Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BH8989

Datum uitspraak2009-03-30
Datum gepubliceerd2009-03-30
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureKort geding
Instantie naamRechtbank 's-Gravenhage
Zaaknummers330360 / KG ZA 09-175
Statusgepubliceerd


Indicatie

Een tegen de Staat ingestelde vordering tot teruggave van een pitbullterrier. Bij vonnis is de onttrekking aan het verkeer van de hond uitgesproken. Nadien is de Regeling Agressieve Dieren ingetrokken en is de hond op grond van het nieuwe beleid aan een gedragstest onderworpen, waarin vermeld werd dat de hond onder daarbij geformuleerde voorwaarden kon worden teruggegeven aan de eigenaresse. Hond is als hoog risico hond beoordeeld en mocht op grond van het thans geldende beleid niet terug naar de eigenaresse maar diende gedood te worden. Vermelding in gedragstest geen aanleiding om hond aan eigenaresse terug te geven. Beroep op opgewekt vertrouwen niet gehonoreerd.


Uitspraak

RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE Sector civiel recht - voorzieningenrechter Vonnis in kort geding van 30 maart 2009, gewezen in de zaak met zaak- / rolnummer: 330360 / KG ZA 09-175 van: [eiseres] wonende te [woonplaats], eiseres, advocaat mr. E.P.N. Pieterse te Rotterdam, tegen: De Staat der Nederlanden (Ministerie van Justitie), zetelend te Den Haag, gedaagde, advocaat mr. J.P. Matze te Den Haag. Partijen worden hierna respectievelijk aangeduid als '[eiseres]' en 'De Staat'. 1. De feiten Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting van 19 maart 2009 wordt in dit geding van het volgende uitgegaan. 1.1. [eiseres] is eigenaresse van een hond van het ras pitbull met de naam Missy. 1.2. Op grond van artikel 73 lid 2 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, in combinatie met artikel 2 van de Regeling Agressieve Dieren (RAD) en de daarbij behorende bijlage was het [eiseres] verboden Missy in bezit te hebben. 1.3. Missy heeft op 10 oktober 2007 een andere hond doodgebeten. Missy is een dag later door de politie in beslag genomen. 1.4. Bij vonnis van 28 februari 2008 heeft de politierechter te Rotterdam [eiseres] veroordeeld tot betaling van een voorwaardelijke geldboete van € 250,--, subsidiair te vervangen door vijf dagen hechtenis en is de onttrekking aan het verkeer van Missy bevolen. Deze veroordeling is uitgesproken wegens handelen in strijd met de onder 1.2. genoemde regelingen. Tegen deze uitspraak heeft [eiseres] geen beroep ingesteld. Het vonnis is op 14 maart 2008 onherroepelijk geworden. 1.5. Bij brief van 12 juni 2008 van de Dienst Regelingen van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit is aan [eiseres] - voor zover van belang - het navolgende meegedeeld: "De Regeling agressieve dieren wordt ingetrokken. Dat heeft de minister besloten. U krijgt deze brief omdat wij namens het Openbaar Ministerie uw hond(en) in bewaring hebben. (...) Het intrekken van de Regeling agressieve dieren kan gevolgen hebben voor uw hond(en). Het Openbaar Ministerie bekijkt op dit moment alle zaken opnieuw en neemt per hond een beslissing. Honden die enkel op grond van uiterlijke kenmerken in beslag zijn genomen, worden aan de eigenaar teruggegeven. Bij sommige honden zullen wij wel eerst een gedragstest moeten uitvoeren. Hier hebben wij enige tijd voor nodig. Nadat de uiteindelijke beslissing is genomen, ontvangt u bericht." 1.6. Op 28 december 2008 is Missy aan een gedragstest onderworpen. De test is uitgevoerd door M.B.H. Schilder (diergeneeskundige). In het hiervan opgestelde rapport heeft de heer Schilder geconcludeerd dat het risico dat Missy voor de maatschappij met zich meebrengt moet worden ingeschat als hoog. De heer Schilder heeft de navolgende aanbeveling gedaan: "Op basis van haar vriendelijke gedrag naar bekende mensen, haar vriendelijke maar wat terughoudender gedrag naar onbekende mensen, haar gevaar voor vermoedelijk vooral kleine honden luidt de aanbeveling: Teruggave aan eigenaresse, maar onder de volgende voorwaarden: 1) Misty mag slechts aangelijnd en gemuilkorfd worden uitgelaten 2) Misty mag slechts worden uitgelaten door mensen die haar goed onder controle hebben; 3) het dragen van de muilkorf moet positief worden aangetraind door gebruik te maken van aanwijzingen in een flyer van de Dienst Regelingen (ministerie van Landbouw) 4) de controle over Missy moet worden verbeterd door het volgen van een gehoorzaamheidscursus: het resultaat daarvan moet worden getoond 5) het gedrag naar (kleine) honden moet worden verbeterd door resocialisatie aan honden via het volgen van een training door een gedragstherapeut". 1.7. Bij brief van 14 januari 2009 heeft een door [eiseres] ingeschakelde raadsman aan de officier van justitie verzocht Missy, onder verwijzing naar de inhoud van de gedragstest, aan [eiseres] terug te geven. 1.8. De officier van justitie heeft hierop bij brief van 3 februari 2009 gereageerd met (onder meer) de mededeling dat op grond van artikel 116 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) op dinsdag 10 februari 2009 opdracht zal worden gegeven Missy in te laten slapen. 1.9. Bij brief van 6 februari 2009 heeft de officier van justitie aan de raadsman van [eiseres] aangegeven dat in de brief van 3 februari 2009 per abuis artikel 116 Sv in plaats van artikel 36b van het Wetboek van Strafrecht (Sr) is vermeld. 1.10. De euthanasering is aangehouden in afwachting van dit vonnis. 2. De vordering, de gronden daarvoor en het verweer 2.1. [eiseres] vordert - zakelijk weergegeven -: primair: de Staat 1) te gelasten dat de maatregel tot onttrekking aan het verkeer niet feitelijk ten uitvoer wordt gelegd en 2) te bewegen tot afgifte van Missy aan [eiseres], op verbeurte van een dwangsom; subsidiair: de Staat 1) te gelasten dat de maatregel tot onttrekking aan het verkeer voorlopig niet feitelijk ten uitvoer wordt gelegd en 2) te verbieden dat Missy wordt geëuthanaseerd, hangende de te treffen rechtsmaatregelen dan wel de te voeren procedures en 3) te bewegen tot voorlopige afgifte van Missy aan [eiseres] hangende de te treffen rechtsmaatregelen dan wel te voeren procedures om de maatregel onttrekking aan het verkeer terug te draaien. 2.2. Daartoe voert [eiseres] het volgende aan. Door de veranderde regeling inzake agressieve honden is Missy, die al was onttrokken aan het verkeer, toch bewaard gebleven. Dat heeft ertoe geleid dat zij onderworpen werd aan een gedragstest. De risico-inschatting is bekend geworden, waarbij is aanbevolen dat Missy wordt teruggegeven aan [eiseres] onder een vijftal voorwaarden. [eiseres] is bereid de gestelde voorwaarden zonder enige beperking na te leven. Bij [eiseres] is het gerechtvaardigde vertrouwen gewekt dat zij Missy zou terugkrijgen, zodat zij recht en belang heeft bij de ingestelde vorderingen. 2.3. De Staat voert gemotiveerd verweer, dat hierna, voor zover nodig, zal worden besproken. 3. De beoordeling van het geschil 3.1. Vooropgesteld wordt dat in het wettelijke stelsel besloten ligt dat een veroordelende beslissing van de strafrechter, waartegen geen gewoon rechtsmiddel meer openstaat, niet alleen mag maar ook moet worden ten uitvoer gelegd. Gelijk de Staat heeft aangevoerd mag op dat uitgangspunt slechts een uitzondering worden gemaakt, indien de wet daartoe een grondslag biedt of indien een uitspraak van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM), waarmee de strafrechter bij zijn beslissing geen rekening heeft kunnen houden, noopt tot de slotsom dat die beslissing is tot stand gekomen op zodanige wijze dat niet meer kan worden gesproken van een eerlijke behandeling van de zaak in de zin van artikel 6 lid 1 eerste zin van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). 3.2. Vaststaat dat de uitspraak van de strafrechter onherroepelijk is en formele rechtskracht heeft. 3.3. Nadat de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (verder: de Minister) had aangekondigd de RAD in te trekken, heeft de Minister een beleid vastgesteld ten aanzien van op dat moment op grond van de RAD in beslag genomen honden. Dit beleid is schriftelijk vastgelegd op 6 januari 2009. Het beleid houdt onder meer in dat honden die uitsluitend op basis van uiterlijke kenmerken in beslag waren genomen en die dus niet bij bijtincidenten waren betrokken, worden teruggegeven aan de eigenaar. Honden die betrokken waren bij bijtincidenten of waarvan gebleken is dat die afwijkend gedrag vertonen, worden getest op hun agressiviteit en op basis van de resultaten van die test gedood of teruggegeven. 3.4. Vaststaat dat de gedragstest waaraan Missy op 28 december 2008 is onderworpen, uitwees dat Missy als een hond met een hoog risico moet worden aangemerkt. In de gedragstest is echter ook de aanbeveling opgenomen dat Missy, onder de daarbij genoemde voorwaarden, wordt teruggegeven aan de eigenaresse. Deze aanbeveling strookt niet met de door de Minister gehanteerde, op 6 januari 2009 op schrift gestelde, beleidslijn. Ingevolge die beleidslijn dient Missy immers geëuthanaseerd te worden, nu daarin is bepaald dat indien sprake is van een onherroepelijk vonnis bij een testuitslag van zeer hoog risico of hoog risico, opdracht wordt gegeven om de hond te euthanaseren. [eiseres] is door deze aanbeveling in de gedragstest volledig op het verkeerde been gezet omtrent de teruggave van Missy. Daarbij komt dat het op de weg van de Staat had gelegen [eiseres] deugdelijk te informeren over de gewijzigde regelgeving en de gevolgen die dit - kennelijk in strijd met hetgeen onder 3.1. is vermeld - kan hebben voor Missy, hetgeen hij naar het oordeel van de voorzieningenrechter onvoldoende heeft gedaan. Wat daar echter ook van zij, genoemde omstandigheden vormen op zichzelf en in onderlinge samenhang bezien onvoldoende grondslag om, in afwijking van de door de politierechter (bij onherroepelijk vonnis) opgelegde onttrekking aan het verkeer en het thans door de Staat gehanteerde beleid, de Staat te gelasten deze maatregel (voorlopig) niet uit te voeren en hem te veroordelen tot teruggave van Missy aan [eiseres]. De vorderingen van [eiseres] komen daarom niet voor toewijzing in aanmerking. 3.5. [eiseres] zal, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de kosten van dit geding. 4. De beslissing De voorzieningenrechter: - wijst de vordering af; - veroordeelt [eiseres] in de kosten van dit geding, tot dusverre aan de zijde van de Staat begroot op € 1.078,--, waarvan € 816,-- aan salaris advocaat en € 262,-- aan griffierecht; - verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad ten aanzien van de proceskosten . Dit vonnis is gewezen door mr. R.J. Paris en in het openbaar uitgesproken op 30 maart 2009