
Jurisprudentie
AA6408
Datum uitspraak2000-07-06
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Rotterdam
Zaaknummers135380 / HA RK 00 -181
Statusgepubliceerd
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Rotterdam
Zaaknummers135380 / HA RK 00 -181
Statusgepubliceerd
Uitspraak
A R R O N D I S S E M E N T S R E C H T B A N K
T E R O T T E R D A M
Zaaknummer/Rekestnummer: 135380/HA RK 00-181
De arrondissementsrechtbank te Rotterdam, enkelvoudige kamer.
De beslissing op het op 15 maart 2000 ter griffie van deze rechtbank ingekomen verzoekschrift, met bijlagen, van:
de naamloze vennootschap
N.V. MAATSCHAPPIJ VAN ASSURANTIE,
DISCONTERING EN BELEENING DER STAD ROTTERDAM ANNO 1720,
gevestigd te Rotterdam,
verzoekster,
procureur: mr. P.W. van Baal,
advocaat: mr. W.A. Luiten te Rotterdam,
strekkende tot het bevelen van een voorlopig deskundigen-onderzoek.
Het verzoekschrift richt zich tegen:
[naam]
wonende te [plaats],
verweerster,
procureur: mr. F.A. Tromp,
advocaat: mr. J.F. Schultz te Emmen.
1. Het verloop van de procedure
1.1
De rechtbank heeft in deze zaak een tussenbeslissing gegeven op 18 mei 2000, waarbij [verweerster]in de gelegenheid is gesteld om binnen drie weken na deze tussenbeschikking schriftelijk aan de rechtbank mede te delen of zij alsnog akkoord kan gaan met een voorlopig deskundigenonderzoek uit te voeren door twee deskundigen, te weten een van de door haar in haar antidotaal rekest voorgestelde deskundigen tezamen met de door Stad Rotterdam voorgestelde dr.[deskundige 1].
De inhoud van die beslissing geldt als hier herhaald en ingelast.
1.2
Bij schrijven van haar raadsman d.d. 30 mei 2000 heeft [verweerster] bericht dat zij niet kan instemmen met een onderzoek door één van de drie door Stad Rotterdam voorgestelde artsen.
2. De verdere beoordeling van het verzoekschrift en het bij verweerschrift gedane zelfstandig verzoek
Nu [verweerster] heeft gepersisteerd bij haar weigering mee te werken aan een onderzoek door een van de door Stad Rotterdam voorgestelde deskundigen, ook indien zulks in samenwerking met een van de door haarzelf voorgestelde deskundigen zou geschieden, zal de rechtbank, onder verwijzing naar hetgeen zij in haar voormelde tussenbeslissing heeft overwogen, zowel het verzoekschrift van verzoekster als het bij verweerschrift gedane zelfstandige verzoek van verweerster afwijzen.
3. De beslissing
de rechtbank,
verklaart zich bevoegd van het verzoekschrift kennis te nemen;
wijst af het verzoekschrift van verzoekster;
wijst af het bij verweerschrift gedane zelfstandig verzoek van verweerster.
Deze beslissing is gegeven op 6 juli 2000 door
mr. F.J.W.M. van Dooren, in tegenwoordigheid van
mr. S. Standaert-Dobbelaar, griffier.
1158