Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

AA7163

Datum uitspraak2000-09-20
RechtsgebiedPersonen-en familierecht
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Leeuwarden
Zaaknummers38640
Statusgepubliceerd


Uitspraak

ARRONDISSEMENTSRECHTBANK TE LEEUWARDEN Uitspraak: 20 september 2000 Rekestnummer: 205/00 Zaaknummer: 38640 ALIMENTATIE. BESCHIKKING van de arrondissementsrechtbank te Leeuwarden, enkelvoudige familiekamer, in de zaak van: [naam man], wonende te [woonplaats man], hierna ook te noemen de man, procureur mr. H. de Jong, tegen [naam vrouw], wonende te [woonplaats vrouw], hierna ook te noemen de vrouw, procureur mr. M.R. Bartels. PROCESGANG Bij beschikking van deze rechtbank van 31 mei 2000, waarvan de inhoud als hier ingelast en overgenomen dient te worden beschouwd, is de behandeling van de zaak wat betreft de alimentatie verwezen naar een nadere pro forma terechtzitting op 21 juli 2000. Partijen zijn in deze beschikking door de rechtbank een laatste maal in de gelegenheid gesteld te reageren en de rechtbank heeft erop gewezen dat het niet volledig of niet tijdig voldoen aan na te melden opdrachten zal kunnen worden uitgelegd ten nadele van de partij die in gebreke blijft, waarna in beginsel een eindbeslissing zal volgen. Aan de man is in voormelde beschikking opgedragen om "uiterlijk drie weken voor deze nadere zitting aan de griffier van de rechtbank en de vrouw te zenden: bewijsstukken van de periode waarover en de hoogte van zijn ziekengelduitkering; bewijsstukken van de ingangsdatum en de hoogte van zijn WAO-uitkering; toelichting op zijn mate van arbeidsongeschiktheid en mogelijkheden op de arbeidsmarkt; bewijsstukken van noodzaak autofinanciering, zoals hiervoor overwogen onder 3.5; reactie op stelling van de vrouw dat de uitkering van de RSV (met een geprognotiseerd bedrag van ƒ 9778,=) in 1999 aangewend had kunnen worden voor aflossing van de schuld bij de [naam bank], zoals hiervoor overwogen onder 3.3; een toegelichte en mede op bedoelde stukken gebaseerde en aangepaste brutoalimentatie-draagkrachtberekening, vanaf de dag van indiening van het verzoekschrift (3 februari 2000) en uitgesplitst per periode voor zover daar aanleiding toe is, en met inachtneming van de Trema-normen." Aan de vrouw is opgedragen om uiterlijk één week voor voormelde zitting aan de griffier van de rechtbank en de man een schriftelijke reactie te zenden op hetgeen de man tot dan toe met betrekking tot de alimentatie heeft gesteld en ingezonden, voor zover zij zich daarmee niet kan verenigen. Behandeling vond pro forma plaats ter terechtzitting met gesloten deuren van deze kamer op 21 juli 2000. Bij de stukken bevinden zich een brief met bijlagen d.d. 3 juli 2000 van de procureur van de man, alsmede een brief d.d. 10 juli 2000 van de procureur van de vrouw. RECHTSOVERWEGINGEN Gelet op de aanwezige bescheiden overweegt de rechtbank als volgt. Op 4 juli 2000 is ter griffie van deze rechtbank een brief met bijlagen ingekomen van de procureur van de man. Deze bescheiden hadden, gelet op het hiervoor onder de procesgang vermelde, uiterlijk drie weken voor 21 juli 2000 in het bezit van de rechtbank en de vrouw moeten zijn. Nu deze bescheiden te laat zijn ingekomen én de vrouw zich bij brief van 10 juli 2000 bovendien op het standpunt heeft gesteld dat de rechtbank op deze stukken geen acht meer dient te slaan, zal de rechtbank van de inhoud van de door de man overgelegde stukken geen kennis nemen. De rechtbank zal thans dan ook het verzoek van de man tot wijziging van de alimentatie als onvoldoende onderbouwd afwijzen. De proceskosten zullen als volgt worden gecompenseerd, nu partijen echtgenoten zijn geweest. BESLISSING De rechtbank: wijst het verzoek van de man af; compenseert de proceskosten aldus, dat iedere partij de eigen kosten draagt. Deze beschikking is gegeven te Leeuwarden door mr. J.G.W. Lootsma, lid van voormelde kamer, tevens kinderrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting op 20 september 2000, in tegenwoordigheid van de griffier. c:20 Van deze beschikking kan binnen 2 maanden hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te Leeuwarden. Indien u in deze procedure bent verschenen start deze termijn op de dag van de uitspraak. Als u niet in de procedure bent verschenen kan de termijn op een latere datum beginnen. Volgens de wet bent u verplicht om voor het instellen van hoger beroep een advocaat in te schakelen. In verband met de beperkte termijn dient u zo spoedig mogelijk contact met uw/een advocaat op te nemen! De griffier.