
Jurisprudentie
AA7298
Datum uitspraak2000-08-10
RechtsgebiedBelasting
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamGerechtshof Arnhem
Zaaknummers99/3137
Statusgepubliceerd
RechtsgebiedBelasting
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamGerechtshof Arnhem
Zaaknummers99/3137
Statusgepubliceerd
Uitspraak
jl
Gerechtshof Arnhem
zesde enkelvoudige belastingkamer
nummer 99/3137
Proces-verbaal mondelinge uitspraak
belanghebbende : X B.V.
te : Z
ambtenaar : het Hoofd van de afdeling Belastingen van de gemeente Ede (hierna: de ambtenaar)
aangevallen beslissing : uitspraak d.d. 14 september 1999 op bezwaar
soort beschikking : beschikking op grond van de Wet WOZ, nr. 1
tijdvak : 1997-2000
mondelinge behandeling : met toestemming van beide partijen niet gehouden
gronden:
1. Belanghebbende heeft bij brief van 12 mei 1999 bezwaar ingediend tegen de
onderhavige beschikking van 29 april 1998.
2. De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt zes weken.
Belanghebbende heeft deze termijn derhalve ruimschoots overschreden, zodat zij in haar bezwaar niet-ontvankelijk moet worden verklaard.
3. Niet-ontvankelijkverklaring op die grond blijft achterwege indien redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat de indiener in verzuim is geweest.
4. Het Hof leest in de stukken van de vertegenwoordiger van belanghebbende (A B.V.) slechts de opvatting dat de WOZ-beschikking aan haar had moeten worden toegezonden. Die opvatting vindt geen steun in het recht. De ambtenaar kan volstaan met toezending van de beschikking aan degene die aan het begin van het tijdvak het genot heeft van de onroerende zaak krachtens eigendom, bezit of beperkt recht.
5. Belanghebbende had in de periode van 21 juli 1994 tot en met 24 december 1999 het recht van erfpacht op de onroerende zaak a-straat 1 te Q. De beschikking is derhalve terecht toegezonden aan belanghebbende op het adres b-straat 2 te Z. Niet gesteld is dat belanghebbende zelf de beschikking niet heeft ontvangen.
6. Van belanghebbende kan derhalve niet worden gezegd dat zij niet in verzuim geweest
bij de overschrijding van de bezwaartermijn.
1.7. Het beroep is derhalve ongegrond; de uitspraak van de ambtenaar dient te worden bevestigd.
proceskosten:
Voor een kostenveroordeling als bedoeld in artikel 5a van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken vindt het hof geen termen aanwezig.
beslissing:
Het Gerechtshof bevestigt de uitspraak van de ambtenaar.
Aldus gedaan en in het openbaar uitgesproken op 10 augustus 2000 door mr. Lamens, raadsheer, lid van de zesde enkelvoudige belastingkamer, in tegenwoordigheid van mw. mr. Van Hoorn als griffier.
Waarvan opgemaakt dit proces-verbaal.
De griffier, Het lid van de voormelde kamer,
(E.M. van Hoorn) (J. Lamens)
Afschriften zijn aangetekend per post verzonden op 10 augustus 2000
U kunt binnen vier weken na de verzenddatum van deze uitspraak het gerechtshof schriftelijk verzoeken de mondelinge uitspraak te vervangen door een schriftelijke. Van de verzoeker wordt een griffierecht van ƒ 150,- geheven.
De vervanging van een mondelinge uitspraak door een schriftelijke strekt ertoe de mondelinge uitspraak in een andere vorm vast te leggen. Het gerechtshof mag daarbij de gedane uitspraak niet aan een heroverweging onderwerpen.
Uitsluitend tegen een schriftelijke uitspraak van het gerechtshof staat beroep in cassatie open bij de Hoge Raad der Nederlanden.