Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

AA9415

Datum uitspraak2000-12-07
RechtsgebiedPersonen-en familierecht
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Roermond
Zaaknummers41725/JERK 00-766
Statusgepubliceerd


Uitspraak

Datum uitspraak: 7 december 2000. B E S C H I K K I N G van de kinderrechter in het Arrondissementsrechtbank te Roermond op het op 16 november 2000 ingediende verzoekschrift van de Raad voor de Kinderbescherming te Roermond tot verlenging van de ondertoezichtstelling van: [belanghebbende], [geboorteplaats], hierna te noemen de minderjarige. De kinderrechter merkt naast de minderjarige [moeder], [woonplaats] [vader] [woonplaats] Stichting DE OPBOUW, mede kantoorhoudende te Venray, als belanghebbende aan. Het ouderlijk gezag wordt uitgeoefend door de vader. Het verloop van de procedure: De minderjarige is ondertoezicht gesteld van de stichting voornoemd. De ondertoezichtstelling loopt tot 23 december 2000. Bij verzoekschrift d.d. 27 oktober 2000 heeft genoemde stichting opheffing van de maatregel verzocht tegen de expiratiedatum van die maatregel. De stichting acht zich niet langer bij machte, door de gestelde tegenwerking van met name [vader] de maatregel op adequate wijze uit te voeren. Ter terechtzitting heeft de stichting het ingediende verzoek niet langer gehandhaafd. Naar aanleiding van het verzoek van de stichting heeft de Raad voor de Kinderbescherming een verzoekschrift ingediend, daartoe strekkende dat de duur van de ondertoezichtstelling van voornoemde minderjarige wordt verlengd voor de periode van één jaar. Op 30 november 2000 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden. De griffier heeft van de inhoud daarvan aantekening gehouden. Het oordeel van de kinderrechter: Op grond van de verkregen informatie zoals in opgemelde stukken aangegeven en hetgeen tijdens de terechtzitting naar voren is gebracht, is de kinderrechter van oordeel dat de verlenging van de termijn van ondertoezichtstelling met twee maanden in het belang van de verzorging en opvoeding van de minderjarige vereist is, teneinde de Raad voor de Kinderbescherming in de gelegenheid te stellen een gezinsvoogdij-instelling bereid te vinden deze zaak ter hand te nemen. B E S L I S S I N G Verlengt de termijn waarvoor de minderjarige voornoemd onder toezicht is gesteld van voormelde stichting, mede kantoorhoudende te 5801 CR Venray, Eindstraat 20, met twee maanden, ingaande 23 december 2000. Verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad. Deze beslissing is gegeven door mr. P.C.G. Brants, kinderrechter, en ter openbare terechtzitting van 7 december 2000 uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier.