Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

AD6388

Datum uitspraak2001-08-15
Datum gepubliceerd2002-06-18
RechtsgebiedBestuursrecht overig
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamGerechtshof Leeuwarden
ZaaknummersWAHV 01/00283
Statusgepubliceerd


Uitspraak

WAHV 01/00283 15 augustus 2001 CJIB 34517204 Gerechtshof te Leeuwarden Arrest op het hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter te Rotterdam van 13 april 2001 betreffende [betrokkene] (hierna te noemen: betrokkene), wonende te [woonplaats]. 1. De beslissing van de kantonrechter De kantonrechter heeft het beroep van de betrokkene tegen de beslissing van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam ongegrond verklaard. De beslissing van de kantonrechter is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit. 2. Het procesverloop De betrokkene heeft tegen de beslissing van de kantonrechter hoger beroep ingesteld. De advocaat-generaal is in de gelegenheid gesteld een verweerschrift in te dienen, maar heeft van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt. 3. Beoordeling 3.1. Ingevolge het bepaalde in artikel 14 WAHV kan tegen de beslissing van het kantongerecht hoger beroep bij het gerechtshof te Leeuwarden worden ingesteld, indien de opgelegde administratieve sanctie bij die beslissing meer bedraagt dan fl. 150,--, of indien de betrokkene niet-ontvankelijk is verklaard wegens het niet of niet tijdig stellen van zekerheid als bedoeld in art. 11, derde lid, WAHV. De aan de betrokkene opgelegde sanctie bedraagt fl. 90,--. Op grond van het bovenstaande dient de betrokkene niet-ontvankelijk te worden verklaard in het hoger beroep. 3.2. Bij brief met bijlagen van 13 juli 2000 heeft de betrokkene bezwaar gemaakt bij de gemeente Rotterdam tegen - zakelijk weergegeven - de aan hem in rekening gebrachte wegsleepkosten. De gemeente Rotterdam heeft voornoemde brief doorgezonden naar de politieregio Rotterdam-Rijnmond. Deze politieregio heeft de gemeente Rotterdam geadviseerd om de behandeling van de brief over te dragen aan het arrondissementsparket Rotterdam. Bij brief van 27 juli 2000 heeft de gemeente Rotterdam vervolgens het arrondissementsparket Rotterdam verzocht om de behandeling van de brief over te nemen. Vervolgens is eerstgenoemde brief aan het dossier van de onderhavige zaak toegevoegd. 3.3. Nu de brief van 13 juli 2000 zich richt tegen de door de gemeente Rotterdam aan de betrokkene in rekening gebrachte wegsleepkosten, zal het hof deze brief ter behandeling terugzenden aan de gemeente Rotterdam onder gelijktijdige mededeling hiervan aan de betrokkene. 4. De beslissing Het gerechtshof: verklaart de betrokkene niet-ontvankelijk in het hoger beroep; zendt de brief met bijlagen van 13 juli 2000 ter behandeling terug aan de gemeente Rotterdam onder gelijktijdige mededeling hiervan aan de betrokkene. Dit arrest is gewezen door mr Vellinga, in tegenwoordigheid van de heer Jongeling als griffier en uitgesproken ter openbare zitting.