
Jurisprudentie
AF0430
Datum uitspraak1999-09-08
Datum gepubliceerd2006-08-07
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Rotterdam
Zaaknummers99/511 EA
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2006-08-07
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Rotterdam
Zaaknummers99/511 EA
Statusgepubliceerd
Indicatie
Geen aangifte van inkomsten uit alimentatie.
Continuering uitgaven creditcard ondanks onvoldoende inkomsten, roekeloos met schulden.
Uitspraak
Arrondissementsrechtbank te Rotterdam
Enkelvoudige kamer
X.
wonende te P.,
verzoekster,
heeft op 27 augustus 1999 een verzoekschrift met bijlagen ingediend tot toepassing van de schuldsaneringsregeling.
Uit de stukken en het verhandelde ter zitting, waaronder de verklaringen van verzoekster zelf, is het volgende gebleken.
Verzoekster heeft verzuimd aangifte inkomstenbelasting te doen over de jaren 1995, 1996, 1997 en 1998, hoewel zij in elk van die jaren inkomsten uit alimentatie genoot van meer dan f. 40.000,00. De fiscus heeft de aanslag inkomstenbelasting over 1995 vastgesteld op f. 12.500,00. Dit bedrag is geheel betaald gebleven. De aanslagen inkomstenbelasting over 1996. 1997 en 1998 zullen spoedig volgen en niet lager zijn dan de aanslag over 1995. De schuld aan de fiscus bedraagt derhalve meer dan f. 50.000,00. Verzoekster heeft geen maatregelen genomen om haar schuld aan de fiscus te kunnen betalen. Zij beschikt thans niet over middelen om genoemde schuld te kunnen betalen. Verzoekster heeft gesteld geen aangifte te hebben gedaan en geen maatregelen te hebben genomen om in staat te zijn haar schulden aan de fiscus te betalen wegens psychische problemen. De rechtbank is van oordeel dat verzoekster ten aanzien van het onbetaald laten van haar schuld aan de fiscus niet te goeder trouw is geweest. Haar psychische problemen, zo deze al bestaan, kunnen hieraan niet in de weg staan. Verzoekster had immers op deze punten advies kunnen inwinnen bij haar advocaat, de fiscus, maatschappelijk werk, etc., etc., etc. Voorts had zij moeten begrijpen dat zij een deel van de alimentatie moest sparen om de fiscus te kunnen betalen.
De schuld aan de Postbank af f. 50.788,45 is ontstaan doordat verzoekster door middel van haar creditcard geld is blijven opnemen en uitgeven, hoewel zij toentertijd wist dat daar onvoldoende inkomsten tegenover stonden. De rechtbank is, gelet op het bovenstaande, van oordeel dat verzoekster ten aanzien van het ontstaan van de schuld aan de Postbank evenmin te goeder trouw is geweest.
Het verzoek tot definitieve toepassing van de schuldsaneringsregeling dient derhalve te worden afgewezen.
Beslissing
De rechtbank
- wijst het verzoek af;
Gewezen door mr. Van Thiel, lid van genoemde kamer, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 8 september 1999 in tegenwoordigheid van de griffier.