Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

AF8781

Datum uitspraak2002-12-10
Datum gepubliceerd2006-08-08
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank 's-Hertogenbosch
Zaaknummers00/312 R
Statusgepubliceerd


Indicatie

De rechtbank verleent na het overlijden van de schuldenaar de schone lei.


Uitspraak

Rechtbank 's-Hertogenbosch, sector civiel recht - enkelvoudige kamer Bij vonnis van deze kamer van 3 juli 2000 is de schuldsanering uitgesproken ten aanzien van: L geboren op, overleden op, voorheen wonende te 's-Hertogenbosch. De rechtbank heeft kennisgenomen van het proces-verbaal van de op 26 november 2002 gehouden verificatievergadering, alsmede van een ontwerp van een saneringsplan. De rechtbank heeft het ontwerp saneringsplan behandeld ter terechtzitting van 10 december 2002. De rechter-commissaris heeft bij die gelegenheid schriftelijk verslag uitgebracht. Bezwaren van schuldeisers zijn noch bij de verificatievergadering, noch ter zitting naar voren gebracht. Evenmin is gebleken dat zich één van de gronden voor beëindiging van de toepassing van de schuldsaneringsregeling voordoet. Derhalve dient de toepassing van de schuldsanering te worden voortgezet. In verband met het overlijden van de schuldenaar heeft de rechter-commissaris voorgesteld om de termijn in het saneringsplan vast te stellen tot op heden. De rechtbank kan zich met dit voorstel verenigen en zal derhalve, gelet op artikel 338 van de Faillissementswet, beslissen als volgt. BESLISSING De rechtbank: - bepaalt dat de toepassing van de schuldsaneringsregeling wordt voortgezet; - stelt het saneringsplan als volgt vast: 1. De termijn van de schuldsaneringsregeling gedurende wordt vastgesteld tot de datum van deze zitting, zijnde 10 december 2002. 2. Het vermogen van de schuldenaar, voor zover aanwezig, zal te gelde worden gemaakt en worden ingebracht in de boedel. Gedaan door mr. R.R.M. de Moor, lid van de eerste enkelvoudige kamer, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 10 december 2002 in tegenwoordigheid van C.M. Sweep, griffier.