
Jurisprudentie
AO0707
Datum uitspraak2003-11-12
Datum gepubliceerd2003-12-22
RechtsgebiedBestuursrecht overig
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamGerechtshof Leeuwarden
ZaaknummersWAHV 03/00827
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2003-12-22
RechtsgebiedBestuursrecht overig
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamGerechtshof Leeuwarden
ZaaknummersWAHV 03/00827
Statusgepubliceerd
Indicatie
art. 13a WAHV; art. 14 WAHV; De kantonrechter heeft de betrokkene wegens misbruik (kennelijk onredelijk gebruik) van procesrecht veroordeeld in de kosten van de procedure. Sanctie bedraagt Euro€ 28,-. De omstandigheid dat de kantonrechter naar de opvatting van de betrokkene een onjuiste beslissing heeft genomen omtrent de kostenveroordeling brengt niet mee dat de kantonrechter is getreden buiten het toepassingsgebied van art. 13 WAHV dan wel dat de kantonrechter zo fundamentele beginselen van behoorlijke rechtspleging heeft geschonden dat geen sprake is van een eerlijke en onpartijdige behandeling. Voor een doorbreking van het appelverbod van art. 14, eerste lid, WAHV is derhalve geen plaats. Het hof geeft de advocaat-generaal in overweging om niet tot inning van het bedrag over te gaan.
Uitspraak
WAHV 03/00827
12 november 2003
CJIB 09054976050
Gerechtshof te Leeuwarden
Arrest
op het hoger beroep tegen de beslissing
van de kantonrechter van de rechtbank te 's-Gravenhage
van 12 mei 2003
betreffende
[betrokkene] (hierna te noemen: betrokkene),
wonende te [woonplaats]
1. De beslissing van de kantonrechter
De kantonrechter heeft het beroep van de betrokkene tegen de beslissing van de officier van justitie in het arrondissement 's-Gravenhage ongegrond verklaard en de betrokkene wegens misbruik (het hof leest: kennelijk onredelijk gebruik) van procesrecht veroordeeld in de kosten van de procedure tot een bedrag van Euro€ 161,-. De beslissing van de kantonrechter is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
2. Het procesverloop
De betrokkene heeft tegen de beslissing van de kantonrechter hoger beroep ingesteld.
De advocaat-generaal heeft een verweerschrift ingediend.
De betrokkene is in de gelegenheid gesteld het beroep schriftelijk nader toe te lichten. Van deze gelegenheid is geen gebruik gemaakt.
3. Beoordeling
3.1. Ingevolge het bepaalde in artikel 14 WAHV kan tegen de beslissing van de kantonrechter hoger beroep bij het gerechtshof te Leeuwarden worden ingesteld, indien de opgelegde administratieve sanctie bij die beslissing meer bedraagt dan Euro€ 70,--, of indien de betrokkene niet-ontvankelijk is verklaard wegens het niet of niet tijdig stellen van zekerheid als bedoeld in art. 11, derde lid, WAHV. De aan de betrokkene opgelegde sanctie bedraagt €Euro 28,--.
3.2. Het beroep strekt ten betoge dat de betrokkene ten onrechte wegens misbruik van procesrecht in de kosten van de procedure bij de kantonrechter is veroordeeld.
3.3. De omstandigheid dat de kantonrechter naar de opvatting van de betrokkene een onjuiste beslissing heeft genomen omtrent de kostenveroordeling brengt niet mee dat de kantonrechter is getreden buiten het toepassingsgebied van art. 13 WAHV dan wel dat de kantonrechter zo fundamentele beginselen van behoorlijke rechtspleging heeft geschonden dat geen sprake is van een eerlijke en onpartijdige behandeling. Voor een doorbreking van het appelverbod van art. 14, eerste lid, WAHV is derhalve geen plaats.
3.4. Voor zover de veroordeling in de kosten berust op het bepaalde in art. 1 onder a van het Besluit proceskosten bestuursrecht geeft het hof de advocaat-generaal - gelet op het arrest van dit hof d.d. 2 juli 2003 (WAHV 02/1128, AB 2003/373; JB 2003/251) - in overweging niet tot inning van het bedrag over te gaan.
4. De beslissing
Het gerechtshof:
verwerpt het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door mr. Dijkstra, Van Dijk en Weenink in tegenwoordigheid van mr. Wijma als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting.