Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

AO5536

Datum uitspraak2004-03-10
Datum gepubliceerd2004-03-12
RechtsgebiedSociale zekerheid
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamCentrale Raad van Beroep
Zaaknummers03/2583 ZFW, 03/2584 ZFW
Statusgepubliceerd


Indicatie

Ongegrond verklaren van het verzet inzake het niet tijdig indienen van de beroepsgronden.


Uitspraak

03/2583 ZFW 03/2584 ZFW U I T S P R A A K met toepassing van artikel 21 van de Beroepswet in samenhang met artikel 8:55 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in de gedingen tussen: [apposant 1] en [opposant 2], beiden wonende te '[woonplaats], opposanten, en de onderlinge waarborgmaatschappij NUTS Zorgverzekering U.A., gevestigd te 's-Gravenhage, geopposeerde. I. ONTSTAAN EN LOOP VAN DE GEDINGEN Bij uitspraak van 27 augustus 2003 heeft de Raad met toepassing van artikel 21 van de Beroepswet in samenhang met artikel 8:54 van de Awb het namens opposanten tegen de uitspraak van de rechtbank 's-Gravenhage van 4 april 2003, reg.nrs.01/4065 ZFW en 01/4067 ZFW, ingestelde hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard. Tegen de uitspraak van 27 augustus 2003 heeft mr. drs. R. Dhalganjansing, advocaat te 's-Gravenhage, namens opposanten verzet gedaan. Het geding is ter behandeling aan de orde gesteld ter zitting van 28 januari 2004, waar partijen niet zijn verschenen. II. MOTIVERING De uitspraak van de Raad van 27 augustus 2003 berust op de overweging dat het hoger-beroepschrift niet de ingevolge artikel 6:5, eerste lid, aanhef en onder d, van de Awb vereiste gronden bevat en mr. drs. Dhalgaljansing vervolgens binnen de ingevolge artikel 6:6 van de Awb daartoe bij brief van 7 juli 2003 door de Raad aan hem gestelde termijn van twee weken (ook) geen gronden heeft ingediend. De Raad ziet geen grond om tot een ander oordeel te komen dan in de uitspraak van 27 augustus 2003 is gegeven. Hiertoe overweegt de Raad dat mr. drs. Dhalgaljansing in verzet geen verklaring heeft gegeven voor het niet beantwoorden van de brief van 7 juli 2003. Het verzet dient derhalve ongegrond te worden verklaard. Voor een veroordeling in de proceskosten ziet de Raad geen aanleiding. III. BESLISSING De Centrale Raad van Beroep, Recht doende: Verklaart het verzet ongegrond. Aldus gegeven door mr. drs. Th.G.M. Simons als voorzitter en mr. J.G. Treffers en mr. M. Greebe als leden, in tegenwoordigheid van I.J.M. Peereboom-Nieuwenburg als griffier, en uitgesproken in het openbaar op 10 maart 2004. (get.) Th.G.M. Simons. (get.) I.J.M. Peereboom-Nieuwenburg.