Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

AX7225

Datum uitspraak2006-06-06
Datum gepubliceerd2006-06-08
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - meervoudig
Instantie naamRechtbank Assen
Zaaknummers19.830356-05
Statusgepubliceerd


Indicatie

In het bijzonder houdt de rechtbank rekening met het feit dat het onder 2 tenlastegelegde het medeplegen van een poging tot moord betreft, terwijl moord een van de zwaarste misdrijven is die het strafrecht kent. Deze poging vond plaats op een openbare weg met behulp van een vuurwapen, waardoor het risico dat een toevallige voorbijganger werd geraakt, erg groot is. De rechtbank acht dit een onaanvaardbaar risico voor de veiligheid van mensen.


Uitspraak

RECHTBANK ASSEN STRAFVONNIS van de Meervoudige kamer in de zaak van het openbaar ministerie tegen: [naam verdachte], geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte] 1982, wonende [adres verdachte], thans gedetineerd in [detentieplaats verdachte]. Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgehad op 23 mei 2006. De verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. H.J. Pellinkhof, advocaat te Assen. De officier van justitie Mr. A.M. de Vries acht hetgeen onder 1 primair, onder 2 primair en onder 5 is tenlastegelegd wettig en overtuigend bewezen en vordert dat de rechtbank als volgt zal beslissen: * Onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 7 jaren; * Tenuitvoerlegging van de 6 maanden gevangenisstraf behorende bij een voorwaardelijke veroordeling. TENLASTELEGGING De verdachte is bij dagvaarding tenlastegelegd, dat 1. hij op of omstreeks 26 november 2005 te Assen ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade [naam slachtoffer] van het leven te beroven, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg, een (door)geladen vuurwapen heeft gericht op die [naam slachtoffer] en/of (daarbij) de trekker van dat vuurwapen heeft overgehaald, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, terzake dat hij op of omstreeks 26 november 2005 te Assen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, [naam slachtoffer] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft/hebben verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) opzettelijk dreigend, zichtbaar voor die [naam slachtoffer], een (door)geladen vuurwapen gericht op die [naam slachtoffer] en/of (daarbij) de trekker van dat vuurwapen overgehaald; 2. hij (vervolgens) op of omstreeks 26 november 2005 te Assen ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade [naam slachtoffer] en/of (een) ander(en), die (net als die [naam slachtoffer]) aanwezig was/waren in de Rolderstraat, van het leven te beroven, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg, - met een vuurwapen een kogel heeft afgevuurd op die [naam slachtoffer] en/of die ander(en) en/of - een ander ((door)geladen) vuurwapen heeft gericht op die [naam slachtoffer] en/of die ander(en) en/of (daarbij) de trekker van dat andere vuurwapen heeft overgehaald, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, terzake dat hij op of omstreeks 26 november 2005 te Assen met een ander of anderen, op of aan, althans zichtbaar vanaf, de openbare weg, de Rolderstraat, in elk geval op of aan, althans zichtbaar vanaf, een openbare weg, openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [naam slachtoffer] en/of (een) ander(en), welk geweld bestond uit - het zichtbaar en/of hoorbaar voor die [naam slachtoffer] en/of die ander(en) met een vuurwapen afvuren van een kogel op die [naam slachtoffer] en/of die ander(en) en/of - het zichtbaar en/of hoorbaar voor die [naam slachtoffer] en/of die ander(en) richten van een ander vuurwapen op die [naam slachtoffer] en/of die ander(en) en/of het (daarbij) overhalen van de trekker van dat andere vuurwapen; althans, indien ook terzake van het laatstvermelde geen veroordeling mocht volgen, terzake dat hij op of omstreeks 26 november 2005 te Assen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, [naam slachtoffer] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft/hebben verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) opzettelijk dreigend, - zichtbaar en/of hoorbaar voor die [naam slachtoffer] met een vuurwapen een kogel afgevuurd, althans een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp in handen gehad en/of - zichtbaar en/of hoorbaar voor die [naam slachtoffer] een ander ((door)geladen) vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, in handen gehad (daarbij) de trekker van dat andere vuurwapen overgehaald; 3. hij op of omstreeks 26 november 2005 te Assen tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (een) wapen(s) van categorie III onder 1, te weten pistolen/een pistool, en/of munitie van categorie III, te weten een aantal patronen, voorhanden heeft gehad; De in deze telastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voorzover daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde betekenis te zijn gebezigd; 4. hij op of omstreeks 01 augustus 2005 te Roden, gemeente Noordenveld, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade [naam slachtoffer] en/of (een) andere(en) van het leven te beroven, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg, met (een) vuurwapen(s) (een) kogel(s) heeft afgevuurd op die [naam slachtoffer] en/of die ander(en), terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, terzake dat hij op of omstreeks 01 augustus 2005 te Roden, gemeente Noordenveld, met een ander of anderen, op of aan, althans zichtbaar vanaf, de openbare weg, de Brink, in elk geval op of aan, althans zichtbaar vanaf, een openbare weg, openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [naam slachtoffer] en/of (een) ander(en) en/of discotheek [naam discotheek], welk geweld bestond uit het met (een) vuurwapen(s) afvuren van (een) kogels op die [naam slachtoffer] en/of die ander(en) en/of die discotheek; althans, indien ook terzake van het laatstvermelde geen veroordeling mocht volgen, terzake dat hij op of omstreeks 01 augustus 2005 te Roden, gemeente Noordenveld,, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, [naam slachtoffer] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft/hebben verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) opzettelijk dreigend met (een) vuurwapen(s) (een) kogel(s) afgevuurd op die [naam slachtoffer]; 5. hij op of omstreeks 09 oktober 2005 te en in de gemeente Assen, een of meer opsporingsambtena(a)r(en) van Regiopolitie Drenthe, zijnde een ambtena(a)r(en) gedurende en/of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn/haar/hun bediening, opzettelijk in het openbaar , namelijk aan de Brinkstraat terwijl daar publiek aanwezig was, en/of in diens/dier tegenwoordigheid mondeling (meermalen) heeft toegevoegd de woorden "kankerpolitie" en/of "flikkers", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking. Kennelijke taal- en/of schrijffouten in de tenlastelegging worden geacht te zijn verbeterd. De verdachte is daardoor, blijkens het onderzoek ter terechtzitting, niet geschaad in de verdediging. VRIJSPRAAK De verdachte dient van het onder 1 primair en onder 4 tenlastegelegde te worden vrijgesproken, omdat de rechtbank dit niet wettig en overtuigend bewezen acht. BEWIJSMIDDELEN Overeenkomstig de nader op te nemen bewijsconstructie. BEWEZENVERKLARING De rechtbank acht wettig bewezen en zij heeft de overtuiging verkregen dat de verdachte het onder 1 subsidiair, 2 primair, 3 en 5 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat: 1. hij op 26 november 2005 te Assen, [naam slachtoffer] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, immers heeft verdachte opzettelijk dreigend, zichtbaar voor die [naam slachtoffer], een geladen vuurwapen gericht op die [naam slachtoffer]; 2. hij vervolgens op 26 november 2005 te Assen ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, opzettelijk en met voorbedachten rade [naam slachtoffer] of anderen, die net als die [naam slachtoffer] aanwezig waren in de Rolderstraat, van het leven te beroven, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg, - met een vuurwapen een kogel heeft afgevuurd op die [naam slachtoffer] of die anderen en - een ander geladen vuurwapen heeft gericht op die [naam slachtoffer] of die anderen en daarbij de trekker van dat andere vuurwapen heeft overgehaald, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; 3. hij op 26 november 2005 te Assen een wapen van categorie III onder 1, te weten een pistool, en munitie van categorie III, te weten een aantal patronen, voorhanden heeft gehad; 5. hij op 09 oktober 2005 te en in de gemeente Assen, opsporingsambtenaren van Regiopolitie Drenthe, gedurende en/of ter zake van de rechtmatige uitoefening van hun bediening, opzettelijk in het openbaar, namelijk aan de Brinkstraat terwijl daar publiek aanwezig was, en in diens tegenwoordigheid mondeling heeft toegevoegd de woorden "kankerpolitie" en"flikkers", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking. De in de bewijsmiddelen genoemde feiten en omstandigheden zijn redengevend voor de bewezenverklaring. Elk bewijsmiddel is slechts gebruikt voor het bewijs van het feit, waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft. De verdachte zal van het onder 1 subsidiair, 2 primair, 3 en 5 meer of anders tenlastegelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht. KWALIFICATIES Het bewezen verklaarde levert respectievelijk op: onder 1: bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, strafbaar gesteld bij artikel 285 van het Wetboek van Strafrecht; onder 2: medeplegen van poging tot moord, strafbaar gesteld bij artikel 289 juncto de artikelen 45 en 47 van het Wetboek van Strafrecht; onder 3: handelen in strijd met artikel 26 eerste lid van de Wet wapens en munitie, terwijl het feit wordt begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III, strafbaar gesteld bij art. 55, derde lid van de Wet wapens en munitie; onder 5: eenvoudige belediging, terwijl de belediging wordt aangedaan aan een ambtenaar gedurende of terzake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, meermalen gepleegd, strafbaar gesteld in artikel 266 juncto artikel 267 van het Wetboek van Strafrecht. STRAFBAARHEID De rechtbank heeft kennis genomen van een psychologisch rapport d.d. 27 maart 2006, opgemaakt door G. de Jong, forensisch psycholoog. Dit rapport houdt onder meer in als conclusie - zakelijk weergegeven -: "Er is bij betrokkene sprake van een gebrekkige ontwikkeling der geestvermogens in de zin van een gemengde persoonlijkheidsstoornis met narcistische en antisociale trekken en een neiging tot misbruik van alcohol en cannabis. Voor zover het tenlastegelegde bewezen wordt geacht, was hiervan ook sprake ten tijde van het plegen van het tenlastegelegde. Het tenlastegelegde moet hem, gezien de persoonlijkheidsproblematiek, in licht verminderde mate worden toegerekend ". De rechtbank verenigt zich, mede gelet op de toedracht van de feiten en de persoon van de verdachte, met voormelde conclusie en maakt die tot de hare. De rechtbank is derhalve van oordeel, dat het hiervoor bewezen verklaarde aan de verdachte kan worden toegerekend, zij het in licht verminderde mate. STRAFMOTIVERING De rechtbank neemt bij de bepaling van de hierna te vermelden straf in aanmerking: - de aard en de ernst van de gepleegde feiten; - de omstandigheden waaronder deze feiten zijn begaan; - hetgeen de rechtbank is gebleken omtrent de persoon van de verdachte; - het requisitoir van de officier van justitie; - het pleidooi van de raadsman van verdachte; - de oriëntatiepunten voor de straftoemeting; - de inhoud van het de verdachte betreffende uittreksel uit het algemeen documentatieregister d.d. 28 november 2005, waaruit blijkt dat de verdachte eerder ter zake van soortgelijke misdrijven is veroordeeld tot onvoorwaardelijke gevangenisstraffen. In het bijzonder houdt de rechtbank rekening met het feit dat het onder 2 tenlastegelegde het medeplegen van een poging tot moord betreft, terwijl moord een van de zwaarste misdrijven is die het strafrecht kent. Deze poging vond plaats op een openbare weg met behulp van een vuurwapen, waardoor het risico dat een toevallige voorbijganger werd geraakt, erg groot is. De rechtbank acht dit een onaanvaardbaar risico voor de veiligheid van mensen. De rechtbank is op grond van de ernst van het bewezen geachte, in samenhang met de hiervoor weergegeven overwegingen, feiten en omstandigheden, van oordeel dat in dit geval een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van langere duur geboden is. Aangezien de rechtbank minder bewezen acht dan de officier van justitie is een lagere straf dan gevorderd op zijn plaats. TOEPASSING VAN WETSARTIKELEN De rechtbank heeft mede gelet op de artikelen 10, 27, 57 en 91 van het Wetboek van Strafrecht. Daarnaast heeft de rechtbank gelet op artikel 2 van de wet wapens en munitie. VORDERING TENUITVOERLEGGING NA VOORWAARDELIJKE VEROORDELING ONDER PARKETNUMMER 19/18.030370-03 De rechtbank acht de officier van justitie niet ontvankelijk in zijn vordering omdat uit het dossier niet duidelijk wordt wanneer de proeftijd is afgelopen, nu uit het dossier niet duidelijk blijkt, of, wanneer en hoe lang de proeftijd is opgeschort voor detentie. Daarmee is niet duidelijk of de vordering tijdig is ingediend. BESLISSING VAN DE RECHTBANK De rechtbank verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte onder 1 primair en onder 4 is tenlastegelegd en spreekt de verdachte daarvan vrij. De rechtbank verklaart bewezen dat het onder 1 subsidiair, het onder 2 primair, het onder 3 en het onder 5 tenlastegelegde, zoals hierboven is omschreven, door de verdachte is begaan, stelt vast dat het aldus bewezen verklaarde oplevert de strafbare feiten zoals hierboven is vermeld en verklaart de verdachte deswege strafbaar. De rechtbank verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte onder 1 subsidiair, het onder 2 primair, het onder 3 en het onder 5 meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij. De rechtbank veroordeelt de verdachte tot gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren. De rechtbank beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht. Beslissing op de vordering na voorwaardelijke veroordeling onder parketnummer 19/18.030370-03 De rechtbank verklaart de officier van justitie niet ontvankelijk in zijn vordering. Dit vonnis is gewezen door mr. M.C. Fuhler, voorzitter en mr. H. de Wit en mr. H.K. Elzinga, rechters in tegenwoordigheid van mr. Y. Kikkert, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van de rechtbank op 06 juni 2006, zijnde mr. Elzinga buiten staat dit vonnis binnen de door de wet gestelde termijn mede te ondertekenen.