Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

AX9141

Datum uitspraak2006-06-19
Datum gepubliceerd2006-06-22
RechtsgebiedBestuursrecht overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Almelo
Zaaknummers05 / 582 GEMWT N1 A
Statusgepubliceerd


Indicatie

Door eiser is in een brief gesteld dat toetsing dient plaats te vinden of de ruimte waarin de kapsalon is gevestigd voldoet aan de eisen van Bouwbesluit 2003. Hij heeft verzocht handhavend op te treden en te zorgen dat de activiteiten in de autobox bij de woning aan de [adres] worden beëindigd en beëindigd blijven.


Uitspraak

RECHTBANK ALMELO Sector bestuursrecht Registratienummer: 05 / 582 GEMWT N1 A uitspraak van de enkelvoudige kamer in het geschil tussen: [eiser], wonende te [woonplaats], eiser, en Het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Almelo, verweerder. Derdebelanghebbende: [derde], wonende te [woonplaats]. 1. Aanduiding bestreden besluit Besluit van verweerder van 22 april 2005. 2. De feiten en het verloop van de procedure Op 19 februari 2003 heeft [derde] (hierna: [derde]) bij verweerder een verzoek om vrijstelling ingediend voor het uitoefenen van haar werk als kapster in de autobox behorende bij de woning [adres] te [woonplaats]. Bij besluit van 28 april 2003 heeft verweerder vervolgens besloten vrijstelling te verlenen op grond van artikel 19, derde lid, van de Wet op de Ruimtelijke Ordening en artikel 20, eerste lid onder e, van het Besluit op de ruimtelijke ordening 1985 voor het uitoefenen van het beroep als kapster in de autobox. Bij brief van 3 juni 2003, ingekomen op 6 juni 2003, hebben enkele buurtbewoners, waaronder eiser, bezwaar gemaakt tegen dit besluit. Bij besluit van 7 oktober 2003 is het bezwaarschrift, na advies van de commissie van advies voor de bezwaarschriften, ongegrond verklaard. Hiertegen is geen beroep ingesteld door de bezwaarmakers. Op 26 november 2004 is door eiser in een brief gesteld dat toetsing dient plaats te vinden of de ruimte waarin de kapsalon is gevestigd voldoet aan de eisen van Bouwbesluit 2003. Hij heeft verzocht handhavend op te treden en te zorgen dat de activiteiten in de autobox bij de woning aan de [adres] worden beëindigd en beëindigd blijven. Bij besluit van 21 december 2004, verzonden op dezelfde datum, heeft verweerder dit verzoek afgewezen. Bij brief van 31 januari 2005 heeft eiser bezwaar gemaakt tegen de afwijzing. Zoals ter zitting is gebleken, is deze brief op 31 januari 2005 afgegeven bij verweerder. Op 2 maart 2003 heeft een hoorzitting plaatsgevonden. Bij het bestreden besluit van 22 april 2005 heeft verweerder eisers bezwaarschrift ongegrond verklaard. Blijkens het op 19 mei 2005 ingediende beroepschrift kan eiser zich niet verenigen met dit besluit. Verweerder heeft op 8 juli 2005, verzonden op 11 juli 2005, een verweerschrift ingediend. Het beroep is behandeld ter openbare zitting van de rechtbank van 14 juni 2005, waar eiser in persoon is verschenen, terwijl verweerder zich heeft doen vertegenwoordigen door B. Tapper. Verder is [derde] verschenen, vergezeld van haar echtgenoot en van [...]. 3. Overwegingen In geschil is de vraag of het besluit van 22 april 2005 in rechte in stand kan blijven. Wettelijk kader Artikel 17, eerste lid, van de Woningwet luidt als volgt: “1. Indien een gebouw, niet zijnde een woning, woonkeet of woonwagen, wegens strijd met de in artikel 2, eerste lid, bedoelde voorschriften of uit anderen hoofde noodzakelijk voorzieningen behoeft dan wel wegens strijd met de in artikel 2, tweede lid, bedoelde voorschriften voorzieningen behoeft, kunnen burgemeester en wethouders degene, die als eigenaar of uit anderen hoofde tot het treffen van die voorzieningen bevoegd is, aanschrijven binnen een door hen te bepalen termijn de door hen aan te geven voorzieningen te treffen.” De in artikel 2, tweede lid, van de Woningwet bedoelde voorschriften zijn de in het Bouwbesluit 2003 uit het oogpunt van veiligheid, gezondheid en bruikbaarheid gegeven voorschriften omtrent de staat van bestaande woningen, woonketen en woonwagens en van bestaande andere gebouwen. Artikel 4 van de Woningwet houdt in dat deze voorschriften van het Bouwbesluit 2003 van toepassing zijn op elk bouwen, en op de staat van elk bestaand bouwwerk en van elke bestaande standplaats. Indien een bouwwerk of standplaats gedeeltelijk wordt vernieuwd, veranderd of vergroot, zijn die voorschriften, voor zover zij betrekking hebben op het bouwen, slechts van toepassing op die vernieuwing, verandering of vergroting. Artikel 1.1, eerste lid, van het Bouwbesluit 2003 definieert onder andere hetgeen wordt verstaan onder “gebruiksfunctie”, namelijk de gedeelten van een of meer bouwwerken op een perceel of standplaats, die dezelfde gebruiksbestemming hebben en die tezamen een gebruikseenheid vormen. Tevens wordt “nevenfunctie” geduid als een gebruiksfunctie die ten dienste staat van een andere gebruiksfunctie. Het derde lid van dit artikel definieert “woonfunctie” als gebruiksfunctie voor het wonen, “winkelfunctie” als gebruiksfunctie voor het verhandelen van materialen, goederen of diensten en “overige gebruiksfunctie” als niet in het derde lid benoemde gebruiksfunctie voor activiteiten waarbij het verblijven van mensen een ondergeschikte rol speelt. De eisen die in het Bouwbesluit 2003 worden gesteld aan bestaande gebouwen zijn gerelateerd aan de gebruiksfunctie. De autobox waarin [derde] haar werkzaamheden als kapster uitoefent, valt binnen de grenzen van het bestemmingsplan “Noord, Schelfhorst/Krommendijk vak 9”. De betreffende gronden hebben de bestemming “autoboxen”. Deze gronden zijn bestemd voor het stallen van auto’s. Standpunten van partijen Bij het bestreden besluit heeft verweerder overwogen dat het gebruik (van een deel) van de woning [adres] als kapsalon door middel van een vrijstelling ingevolge artikel 19, derde lid, van de WRO is gelegaliseerd. Volgens verweerder is dit besluit onherroepelijk geworden. Naar verweerders mening is er dan ook geen sprake van een strijdig gebruik van (een deel van) de woning. Aangevoerd wordt dat de functie van het te gebruiken deel van de woning niet verandert. Er blijft sprake van een woonfunctie die onder voorwaarden mede mag worden gebruikt als kapsalon. Gesteld wordt dat de kapsalon voldoet aan de eisen voor een bestaande woonfunctie. Er hoeft niet te worden voldaan aan de technische eisen van het Bouwbesluit voor een nieuwe functie, aldus verweerder. Volgens verweerder is van bouwen als bedoeld in artikel 1 van de Woningwet geen sprake. Het medegebruik is niet bouwvergunningplichtig. Volgens verweerder vinden er geen bouwwerkzaamheden/ veranderingen plaats. Gelet op het voorgaande is verweerder van mening dat er geen sprake is van een illegale situatie en dat hij terecht heeft kunnen afzien van het treffen van handhavingsmaatregelen. Eiser stelt in beroep dat de autobox in gebruik is genomen als kapsalon en dat voor deze nieuwe functie andere technische eisen gelden dan voor de bestaande functie van autobox. Volgens eiser moet de autobox voor de gewijzigde functie voldoen aan de eisen zoals deze worden gesteld in het Bouwbesluit 2003 aan deze gewijzigde functie. Eveneens stelt eiser dat het vestigen van een kapsalon als een aan huis gebonden beroep zoals bedoeld in de beleidsregels voor toepassing van artikel 19, derde lid, van de WRO in de gemeente Almelo wel mogelijk is. In het verweerschrift herhaalt verweerder dat het gebruik van een deel van de woning als kapsalon door middel van een vrijstelling op grond van artikel 19, derde lid, van de WRO is gelegaliseerd (conform de beleidsregels vastgesteld op 16 december 2003). Dit besluit is onherroepelijk geworden en optreden vanwege strijdig gebruik van (een deel van) de woning is dan ook niet aan de orde, aldus verweerder. Verder is verweerder van mening dat er geen sprake is van bouwen als bedoeld in artikel 1 van de Woningwet. Het wijzigen van het gebruik is naar verweerders mening dan ook niet bouwvergunningplichtig, er vinden immers geen bouwwerkzaamheden/veranderingen plaats (zoals bedoeld in het Besluit Bouwvergunningsvrije en licht Bouwvergunningsplichtige Bouwwerken artikel 3, eerste lid, onder k.). De functie van het te gebruiken deel van de woning verandert volgens verweerder niet, er blijft sprake van een woonfunctie, die onder voorwaarden mede gebruikt mag worden voor de kapsalon. Volgens verweerder hoeft er dan ook niet te worden voldaan aan de technische eisen voor een nieuwe functie. Gesteld wordt dat de eisen zoals gesteld in het Bouwbesluit 2003 dan ook niet van toepassing zijn. Verweerder is ten slotte van mening dat het verzoek om handhaving dient te worden afgewezen vanwege het feit dat er geen sprake van een overtreding is. Overwegingen van de rechtbank Naar het oordeel van de rechtbank is het bestreden besluit onjuist voor zover verweerder als uitgangspunt heeft genomen dat toetsing van een bouwwerk aan de eisen van Bouwbesluit 2003 alleen aan de orde is als sprake is van bouwen in de zin van Woningwet. Het Bouwbesluit 2003 bevat op grond van artikel 2, tweede lid, van de Woningwet immers ook eisen voor bestaande gebouwen. Volgens artikel 4 van de Woningwet dienen bestaande gebouwen, waaronder de autobox in kwestie, in beginsel steeds aan deze eisen te voldoen. Als aan de eisen niet is voldaan, ontleent verweerder aan artikel 17 van de Woningwet de bevoegdheid bepaalde personen aan te schrijven. Daargelaten of hiermee zonder meer kan worden bereikt wat eiser heeft verzocht, had verweerder het verzoek aan deze wettelijke bepalingen moeten toetsen. Dit heeft hij verzuimd. Verweerder heeft verder ten onrechte overwogen dat de woonfunctie dan de autobox niet is veranderd. Ten eerste heeft de autobox nooit een woonfunctie gehad in de zin van het Bouwbesluit 2003. Een autobox gebruiken volgens zijn bestemming kan niet worden geschaard onder wonen. Uit de geciteerde definities in het Bouwbesluit 2003 en de bijbehorende toelichting volgt, dat een autobox een overige gebruiksfunctie is en tevens een nevenfunctie ten behoeve van de woonfunctie van de woning op het adres [adres] in [woonplaats]. Ten tweede is onjuist, zoals verweerder ter zitting nadrukkelijk heeft betoogd, dat in dit geval door wijziging van het feitelijke gebruik de gebruiksfunctie in de zin van het Bouwbesluit 2003 niet is veranderd. Volgens verweerder blijft de gebruiksfunctie zoals die is bepaald bij de bouw bepalend. Deze opvatting van verweerder vindt voor bestaande bouw geen steun in het Bouwbesluit 2003 en de toelichting daarop. Veeleer ligt in de doelstelling van het Bouwbesluit 2003, waaronder het waarborgen van veiligheid en gezondheid, besloten dat steeds moet zijn voldaan aan de eisen uit het Bouwbesluit 2003 die behoren bij de feitelijke gebruiksfunctie van een bouwwerk. Zolang [derde] gebruik maakt van de verleende vrijstelling van het bestemmingsplan, is de autobox in kwestie niet meer een overige gebruiksfunctie, maar een winkelfunctie. Verweerder had daarom na de aanvraag van eiser dienen te onderzoeken in hoeverre de autobox voldoet aan de eisen van het Bouwbesluit voor een winkelfunctie. In het geval zou zijn vastgesteld dat niet aan deze eisen is voldaan, had verweerder dienen te beoordelen of deze overtreding tot maatregelen zou moeten leiden en zo ja welke. Verweerder heeft verzuimd dit te doen, zodat het besluit in strijd met de artikelen 3:2, 7:11 en 7:12 van de Algemene wet bestuursrecht tot stand is gekomen. De rechtbank zal het bestreden besluit daarom vernietigen en verweerder opdragen een nieuw besluit te nemen en daarbij deze uitspraak van de rechtbank in acht te nemen. Beslist wordt derhalve als volgt. 4. Beslissing De Rechtbank Almelo, Recht doende: - verklaart het beroep gegrond en vernietigt het bestreden besluit; - draagt verweerder op een nieuw besluit te nemen met inachtneming van deze uitspraak; - verstaat dat de gemeente Almelo aan eiser het griffierecht ad EUR 138,-- vergoedt. Tegen deze uitspraak staat binnen zes weken na verzending hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in Den Haag. Aldus gegeven door mr. M.E. van Wees, in tegenwoordigheid van J. Wenniger als griffier en in het openbaar uitgesproken op 19 juni 2006 Afschrift verzonden op AB