Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

AX9932

Datum uitspraak2006-05-31
Datum gepubliceerd2006-07-03
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - meervoudig
Instantie naamRechtbank Maastricht
Zaaknummers03/700745-05 en 03/610685-05 TUL 03/005164-04
Statusgepubliceerd


Indicatie

De rechtbank veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 37 maanden. De rechtbank heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan ernstige strafbare feiten. De rechtbank rekent het verdacht vooral zwaar aan dat hij op 25 oktober 2005 samen met zijn medeverdachten naar het Corneliushuis te Heerlen is gegaan en ter plaatse onder bedreiging van een op een vuurwapen gelijkend voorwerp geld heeft weggenomen uit een kassa en een aantal oudere, kaartende, dames eveneens met behulp van een op een vuurwapen gelijkend voorwerp heeft gedwongen tot de afgifte van geld en goederen.


Uitspraak

RECHTBANK MAASTRICHT Sector Strafrecht Parketnummers strafzaken: 03/700745-05 en 03/610685-05 (ttz.gev.) Parketnummer vordering tenuitvoerlegging: 03/005164-04 Datum uitspraak: 31 mei 2006 Dit vonnis is naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 17 mei 2006 op tegenspraak gewezen door de meervoudige kamer voor strafzaken in de zaak tegen [Naam verdachte], geboren te [geboorteplaats en datum verdachte], wonende te [woonadres verdachte], thans gedetineerd in P.I. Limburg Zuid - HvB Overmaze te Maastricht. De bij afzonderlijke dagvaardingen onder bovenvermelde parketnummers aangebrachte zaken zijn ter terechtzitting gevoegd. De tenlasteleggingen Aan de verdachte is in de zaak met het parketnummer 03/700745-05 ten laste gelegd dat 1. hij op of omstreeks 25 oktober 2005 in de gemeente Heerlen tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen 200 euro, in elk geval een hoeveelheid geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Stichting Corneliushuis Heerlerheide, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [naam slachtoffer 1], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte, tezamen en in vereniging met zijn mededader(s), althans alleen,het Corneliushuis, gelegen aan de Heulsstraat 2, binnen is gedrongen/gegaan en/of (vervolgens) een vuurwapen, in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp heeft getoond aan voornoemde [naam slachtoffer 1] en/of tegen die [naam slachtoffer 1] op dreigende toon heeft gezegd "je beurs, je beurs, geld", in elk geval woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking; 2. hij op of omstreeks 25 oktober 2005 in de gemeente Heerlen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 3] en/of [naam slachtoffer 4] en/of [naam slachtoffer 5] heeft gedwongen tot de afgifte van de navolgende goederen, geheel of ten dele toebehorende aan de navolgende personen, te weten - een tas, een portefeuille, een rijbewijs (ten name van [H.]), twee paspoorten, een CZ-pas, autopapieren en/of enig (ander) goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of - een tas, een portefeuille, een knipbeurs, een geldbedrag van ongeveer 75 euro, in elk geval een hoeveelheid geld, autopapieren, een postbank-pas, twee rijbewijzen, een zonnebril, twee lippenstiften en/of enig (ander) goed, geheel of ten dele toebehorende aan voornoemde [naam slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of - een tas, een sleutelbos, een beurs, een geldbedrag van ongeveer 550 euro, in elk geval een hoeveelheid geld, twee europassen, een creditcard, een gsm (merk Nokia, type 6610i) en/of enig (ander) goed, geheel of ten dele toebehorende aan voornoemde [naam slachtoffer 4], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of - een tas, een bril, lippenstift, een beurs, een geldbedrag van ongeveer 31 euro, in elk geval een hoeveelheid geld, een CZ-pas, een bankpas, een rijbewijs, een aantal sleutels en/of enig (ander) goed, geheel of ten dele toebehorende aan voornoemde [naam slachtoffer 5], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte, tezamen en in vereniging met zijn mededader(s), althans alleen, het Corneliushuis, gelegen aan de Heulsstraat 2, binnen is gedrongen/gegaan en/of (vervolgens) een vuurwapen, in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp heeft gericht op, althans getoond aan de in dat Corneliushuis aanwezige [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 3] en/of [naam slachtoffer 4] en/of [naam slachtoffer 5] en/of (daarbij) tegen die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 3] en/of [naam slachtoffer 4] en/of [naam slachtoffer 5] op dreigende toon heeft gezegd "tassen, tassen!" of dat die [naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 3] en/of [naam slachtoffer 4] en/of [naam slachtoffer 5] haar/hun tassen moest(en) inleveren, althans woorden van gelijke aard en/of strekking; 3. hij op of omstreeks 25 oktober 2005 in de gemeente Heerlen ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [naam slachtoffer 6] en/of [naam slachtoffer 7] te dwingen tot de afgifte van een tas, in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 6] en/of [naam slachtoffer 7], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), met dat oogmerk, tezamen en in vereniging met zijn mededader(s), althans alleen, het Corneliushuis, gelegen aan de Heulsstraat 2, binnen is gedrongen/gegaan en/of (vervolgens) een vuurwapen, in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp heeft gericht op, althans getoond aan de in dat Corneliushuis aanwezige [naam slachtoffer 6] en/of [naam slachtoffer 7] en/of (daarbij) tegen die [naam slachtoffer 6] en/of [naam slachtoffer 7] op dreigende toon heeft gezegd "tassen, tassen!" of dat die [naam slachtoffer 6] en/of [naam slachtoffer 7] haar/hun tassen moest(en) inleveren, althans woorden van gelijke aard en/of strekking, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; 4. hij op of omstreeks 27 oktober 2005 in de gemeente Heerlen opzettelijk mishandelend [naam slachtoffer 8] heeft geslagen, waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden. Aan de verdachte is in de zaak met het parketnummer 03/610685-05 ten laste gelegd dat hij op of omstreeks de periode van 19 augustus tot en met 20 augustus 2005 te Heerlen, in elk geval in Nederland, een bromfiets (Puch Typhoon) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die bromfiets wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof; subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat: hij op of omstreeks de periode van 19 augustus 2005 en 20 augustus 2005 te Heerlen, in elk geval in Nederland, een bromfiets (Puch Typhoon) heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die bromfiets redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof. De bewezenverklaring De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het in de zaak met het parketnummer 03/700745-05 onder 1., 2., 3. en 4. ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat 1. hij op 25 oktober 2005 in de gemeente Heerlen, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een hoeveelheid geld, toebehorende aan Stichting Corneliushuis Heerlerheide, welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld tegen [naam slachtoffer 1], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welke bedreiging met geweld hierin bestond dat hij, verdachte, tezamen en in vereniging met zijn mededaders, het Corneliushuis, gelegen aan de Heulsstraat 2, binnen is gegaan en een op een vuurwapen gelijkend voorwerp heeft getoond aan voornoemde [naam slachtoffer 1] en tegen die [naam slachtoffer 1] op dreigende toon heeft gezegd "je beurs, je beurs, geld"; 2. hij op 25 oktober 2005 in de gemeente Heerlen, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en/of anderen wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [naam slachtoffer 2] en [naam slachtoffer 3] en [naam slachtoffer 4] en [naam slachtoffer 5] heeft gedwongen tot de afgifte van de navolgende goederen, geheel of ten dele toebehorende aan de navolgende personen, te weten - een tas, een portefeuille, een rijbewijs ten name van [H.], twee paspoorten, een CZ-pas, autopapieren en enig ander goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en - een tas, een portefeuille, een knipbeurs, een geldbedrag van ongeveer 75 euro, autopapieren, een postbank-pas, twee rijbewijzen, een zonnebril, twee lippenstiften, geheel of ten dele toebehorende aan voornoemde [naam slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en - een tas, een sleutelbos, een beurs, een hoeveelheid geld, twee europassen, een creditcard, een gsm, merk Nokia, type 6610i, geheel of ten dele toebehorende aan voornoemde [naam slachtoffer 4], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en - een tas, een bril, lippenstift, een beurs, een geldbedrag van ongeveer 31 euro, een CZ-pas, een bankpas, een rijbewijs, een aantal sleutels en enig ander goed, toebehorende aan voornoemde [naam slachtoffer 5], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welke bedreiging met geweld hierin bestond dat hij, verdachte, tezamen en in vereniging met zijn mededaders, het Corneliushuis, gelegen aan de Heulsstraat 2, binnen is gegaan en een op een vuurwapen gelijkend voorwerp heeft gericht op de in dat Corneliushuis aanwezige [naam slachtoffer 2] en [naam slachtoffer 3] en [naam slachtoffer 4] en [naam slachtoffer 5] en tegen die [naam slachtoffer 2] en [naam slachtoffer 3] en [naam slachtoffer 4] en [naam slachtoffer 5] op dreigende toon heeft gezegd dat die [naam slachtoffer 2] en [naam slachtoffer 3] en [naam slachtoffer 4] en [naam slachtoffer 5] hun tassen moesten inleveren, althans woorden van gelijke aard en/of strekking; 3. hij op 25 oktober 2005 in de gemeente Heerlen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en/of anderen wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [naam slachtoffer 6] en [naam slachtoffer 7] te dwingen tot de afgifte van een tas toebehorende aan [naam slachtoffer 6] en/of [naam slachtoffer 7], met dat oogmerk tezamen en in vereniging met zijn mededaders, het Corneliushuis, gelegen aan de Heulsstraat 2, binnen is gegaan en een op een vuurwapen gelijkend voorwerp heeft gericht op de in dat Corneliushuis aanwezige [naam slachtoffer 6] en [naam slachtoffer 7] en tegen die [naam slachtoffer 6] en [naam slachtoffer 7] op dreigende toon heeft gezegd dat die [naam slachtoffer 6] en [naam slachtoffer 7] hun tassen moesten inleveren, althans woorden van gelijke aard en/of strekking, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; 4. hij op of omstreeks 27 oktober 2005 in de gemeente Heerlen opzettelijk mishandelend [naam slachtoffer 8] heeft geslagen, waardoor deze letsel heeft bekomen en pijn heeft ondervonden. De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het in de zaak met het parketnummer 03/610685-05 primair ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat hij op 20 augustus 2005 te Heerlen een bromfiets (Puch Typhoon) voorhanden heeft gehad, terwijl hij ten tijde van het voorhanden krijgen van die bromfiets wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof. De partiële vrijspraak De rechtbank acht niet bewezen hetgeen aan de verdachte in de zaak met het parketnummer 03/700745-05 onder 1., 2. en 3. meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken. De rechtbank acht niet bewezen hetgeen aan de verdachte in de zaak met het parketnummer 03/610685-05 primair meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken. De bijzondere overweging omtrent de bewezenverklaring van het onder 03/610685-05 primair tenlastegelegde De raadsvrouwe van de verdachte heeft ter terechtzitting betoogd dat het proces-verbaal, dat is opgemaakt over het onder 03/610685 tenlastegelegde, niet ten spoedigste is opgemaakt en daarom niet voldoet aan het vereiste van artikel 152 van het Wetboek van Strafvordering, ten gevolge waarvan dit proces-verbaal niet voor het bewijs gebezigd mag worden. De rechtbank verwerpt dit verweer. Nog daargelaten dat de wet geen consequenties verbindt aan het niet ten spoedigste opmaken van een proces-verbaal, als bedoeld in artikel 152 van het Wetboek van Strafvordering, is door de raadsvrouwe niet aannemelijk gemaakt dat het bedoelde proces-verbaal niet ten spoedigste is opgemaakt. De raadsvrouwe heeft immers niet aangetoond dat het proces-verbaal eerder had kunnen worden opgemaakt. De bewijsmiddelen De beslissing van de rechtbank, dat het bewezen verklaarde door de verdachte is begaan, steunt op de inhoud van de bewijsmiddelen, houdende de daartoe redengevende feiten en omstandigheden. De kwalificatie Het in de zaak met het parketnummer 03/700745-05 bewezen verklaarde levert op strafbare feiten welke moeten worden gekwalificeerd als volgt 1.: diefstal, voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen; 2.: afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen, meermalen gepleegd, in eendaadse samenloop gepleegd met: 3.: poging tot afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen, meermalen gepleegd; 4.: mishandeling. Het in de zaak met het parketnummer 03/610685-05 bewezen verklaarde levert op het strafbare feit dat moeten worden gekwalificeerd als volgt opzetheling. De strafbaarheid van de verdachte Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid uitsluit. De verdachte is derhalve strafbaar. De redengeving van de op te leggen straf De officier van justitie heeft ter terechtzitting gevorderd dat de verdachte ter zake van de feiten onder 1, 2 en 3 zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vier jaren, met aftrek conform het bepaalde in artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht. De raadsvrouwe heeft zich ten aanzien van de bewezenverklaring van de tenlastegelegde feiten op de dagvaarding met parketnummer 03/700745-05 gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. Ten aanzien van het onder parketnummer 03/610685-05 tenlastegelegde heeft de raadsvrouwe vrijspraak bepleit. De raadsvrouwe heeft haar visie gegeven op de rol van de verdachte, die hij heeft gespeeld in de op de dagvaarding met parketnummer 03/700745-05 onder 1., 2., en 3. tenlastegelegde feiten. Voorts heeft de raadsvrouwe gewezen op de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De raadsvrouwe heeft gepleit voor oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van vier jaren, waarvan de helft voorwaardelijk. Met betrekking tot de vordering tot tenuitvoerlegging heeft de raadsvrouwe zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. Mede gelet op hetgeen door de officier van justitie en door en namens de verdachte ter terechtzitting naar voren is gebracht, overweegt de rechtbank in verband met de op te leggen straf en maatregel het volgende. De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Naar het oordeel van de rechtbank kan niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf welke een onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming voor de hierna te vermelden duur met zich brengt. De rechtbank heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen. Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan ernstige strafbare feiten, waarbij de rechtbank opmerkt dat zij de onder 1., 2. en 3. met parketnummer 03/700745-05 bewezenverklaarde feiten het meest verwerpelijk acht. Op 25 oktober 2005 is verdachte samen met zijn medeverdachten naar het Corneliushuis te Heerlen gegaan. Ter plaatse aangekomen is onder bedreiging met een op een vuurwapen gelijkend voorwerp geld weggenomen uit een kassa en is een aantal oudere, kaartende, dames eveneens met behulp van een op een vuurwapen gelijkend voorwerp gedwongen tot de afgifte van geld en goederen. De rechtbank rekent verdachte het gewelddadig karakter van het bewezen verklaarde en de maatschappelijke onrust die mede daarvan het gevolg is, zwaar aan. Immers, delicten als de onderhavige tasten in het algemeen het veiligheidsgevoel van mensen en daarmee hun basale vrijheid om zich onbekommerd buitenshuis te begeven aan. Voorts rekent de rechtbank verdachte zwaar aan dat hij bij het plegen van de op 25 oktober 2005 gepleegde feiten een grote rol vervulde. Zo is verdachte degene geweest die, terwijl een medeverdachte met een op een vuurwapen gelijkend voorwerp dreigde, het slachtoffer [naam slachtoffer 1] bij de schouder heeft vastgepakt en, blijkens zijn eigen verklaring, diens rechterarm op de rug heeft gedraaid, waarna hij hem sommeerde de kassa van het Corneliushuis te openen. Verdachte heeft vervolgens de kassa nagenoeg leeggehaald en is met de buit naar buiten gerend. Ook houdt de rechtbank rekening met het onder 4. met parketnummer 03/700745-05 en het primair met parketnummer 03/610685-05 bewezenverklaarde. Tenslotte houdt de rechtbank bij de straftoemeting ten nadele van verdachte rekening met het feit dat hij op 15 juli 2005 door de meervoudige kamer is veroordeeld voor het plegen van openlijk geweld en aan hem de straf van vier-en-zestig dagen jeugddetentie is opgelegd. Verdachte heeft gedurende de proeftijd genoemde strafbare feiten gepleegd. Gelet op deze eerdere veroordeling is er naar oordeel van de rechtbank geen ruimte om – gelijk door de raadsvrouwe van de verdachte bepleit – te bepalen dat de op te leggen vrijheidsstraf of een gedeelte daarvan niet zal worden tenuitvoergelegd. De vorderingen van de benadeelde partijen Ter terechtzitting zijn de formulieren, als bedoeld in artikel 51b, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering, behandeld, waarbij Stichting Corneliushuis Heerlerheide en [naam slachtoffer 4] zich ter zake van hun vorderingen tot schadevergoeding als benadeelde partijen in het strafproces terzake van de dagvaarding met parketnummer 03/700745-05 hebben gevoegd. Nu tegen de vordering geen verweer is gevoerd en uit het onderzoek ter terechtzitting is komen vast te staan dat aan de benadeelde partij Stichting Corneliushuis Heerlerheide door het hiervoor onder 1. bewezen verklaarde strafbare feit rechtstreeks schade is toegebracht tot het door haar gevorderde bedrag van € 200,= en nu aan de verdachte ter zake van dat feit een straf zal worden opgelegd, zal deze vordering geheel worden toegewezen. Nu tegen de vordering geen verweer is gevoerd en uit het onderzoek ter terechtzitting is komen vast te staan dat aan de benadeelde partij [naam slachtoffer 4] door het hiervoor onder 2. bewezen verklaarde strafbare feit rechtstreeks schade is toegebracht tot het door haar gevorderde bedrag van € 721,= en nu aan de verdachte ter zake van dat feit een straf zal worden opgelegd, zal deze vordering geheel worden toegewezen. Nu de verdachte onder meer terzake van de hiervoor onder 1. en 2. bewezen verklaarde strafbare feiten zal worden veroordeeld en hij naar burgerlijk recht jegens de slachtoffers, zijnde de hiervoor genoemde benadeelde partijen Stichting Corneliushuis Heerlerheide en [naam slachtoffer 4] aansprakelijk is voor de schade die door die strafbare feiten is toegebracht, heeft de rechtbank tot het opleggen van nader te noemen maatregelen besloten. Het inbeslaggenomen goed Het in de beslissing als zodanig te noemen in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerp is van zodanige aard dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet. Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat het een voorwerp is met behulp waarvan de onder 1., 2. en 3. met parketnummer 03/700745-05 bewezen verklaarde feiten zijn begaan. Dit voorwerp zal aan het verkeer worden onttrokken. De vordering tot tenuitvoerlegging Ter terechtzitting is gelijktijdig behandeld de vordering van de officier van justitie tot tenuitvoerlegging alsnog van jeugddetentie voor de duur van 64 dagen, aan verdachte opgelegd bij onherroepelijk vonnis van de meervoudige kamer van 15 juli 2005, gewezen onder parketnummer 03/005164-04. Naar het oordeel van de rechtbank voldoet de vordering aan de daaraan krachtens de wet te stellen eisen. Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat verdachte door hetgeen thans bewezen en strafbaar is verklaard zich voor het einde van de proeftijd opnieuw heeft schuldig gemaakt aan strafbare feiten en aldus de algemene voorwaarde heeft overtreden. Aan de rechtbank is niet van omstandigheden gebleken welke aan de gevorderde tenuitvoerlegging in de weg staan. Mede gelet op het voorgaande acht de rechtbank termen aanwezig de vordering tot tenuitvoerlegging toe te wijzen. Ten aanzien van de vordering van de officier van justitie om de straf van jeugddetentie geheel te vervangen door de gevangenisstraf van vier-en-zestig dagen, heeft de rechtbank overwogen dat de veroordeelde thans de leeftijd van achttien jaren heeft bereikt. De rechtbank is voorts van oordeel dat veroordeelde niet meer voor de straf van jeugddetentie in aanmerking komt. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank termen aanwezig de vordering toe te wijzen. De toepasselijke wettelijke bepalingen De op te leggen straf en maatregelen zijn gegrond op de artikelen 24c, 36b, 36c, 36f, 45, 57, 300, 310, 312, 317 en 416 van het Wetboek van Strafrecht. DE BESLISSINGEN: De rechtbank - verklaart wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte het in de zaak met het parketnummer 03/700745-05 onder 1., 2., 3. en 4. ten laste gelegde, zoals hiervoor is omschreven, heeft begaan; - verklaart wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte het in de zaak met het parketnummer 03/610685-05 primair ten laste gelegde, zoals hiervoor is omschreven, heeft begaan; - verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte in de zaak met het parketnummer 03/700745-05 onder 1., 2., en 3. en in de zaak met het parketnummer 03/610685-05 primair meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt hem daarvan vrij; - verklaart dat het bewezenverklaarde de hiervoor vermelde strafbare feiten oplevert en dat de verdachte strafbaar is; - veroordeelt de verdachte voor het hiervoor bewezenverklaarde tot een gevangenisstraf voor de tijd van 37 (zeven-en-dertig) maanden; - beveelt dat de tijd door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de aan veroordeelde opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht; - veroordeelt de verdachte hoofdelijk om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij [naam slachtoffer 4], [woonadres slachtoffer 4], te betalen een bedrag van € 721,= (zevenhonderd en één-en-twintig euro); - veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij [naam slachtoffer 4] in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op nihil; - legt aan de verdachte de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer [naam slachtoffer 4], [woonadres slachtoffer 4], te betalen een bedrag van € 721,= (zevenhonderd en één-en-twintig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 14 dagen; - verstaat dat toepassing van laatstbedoelde vervangende hechtenis de opgelegde verplichting tot betaling niet opheft; - bepaalt dat, indien aan de benadeelde partij [naam slachtoffer 4] voormeld bedrag van € 721,= is voldaan, de verplichting tot betaling aan de staat komt te vervallen; - bepaalt dat, indien aan de verplichting tot betaling aan de staat van het bedrag van € 721,= is voldaan, de verplichting tot betaling van dat bedrag aan de benadeelde partij [naam slachtoffer 4] komt te vervallen; - veroordeelt de verdachte hoofdelijk om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij Stichting Corneliushuis Heerlerheide, Postbus 2, 6401 GB Heerlen, te betalen een bedrag van € 200,= (tweehonderd euro); - veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij Stichting Corneliushuis Heerlerheide in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op nihil; - legt aan de verdachte de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer Stichting Corneliushuis Heerlerheide, Postbus 2, 6401 GB Heerlen, te betalen een bedrag van € 200,= (tweehonderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 4 dagen; - verstaat dat toepassing van laatstbedoelde vervangende hechtenis de opgelegde verplichting tot betaling niet opheft; - bepaalt dat, indien aan de benadeelde partij Stichting Corneliushuis Heerlerheide voormeld bedrag van € 200,= is voldaan, de verplichting tot betaling aan de staat komt te vervallen; - bepaalt dat, indien aan de verplichting tot betaling aan de staat van het bedrag van €200,= is voldaan, de verplichting tot betaling van dat bedrag aan de benadeelde partij Stichting Corneliushuis Heerlerheide komt te vervallen; - verklaart onttrokken aan het verkeer het volgende inbeslaggenomen, nog niet teruggegeven voorwerp: 1.00 STK Wapen Kl: grijs, KWC 45 ACP, Pistool (imitatie); ad 03/005164-04 vordering tot tenuitvoerlegging: - gelast de tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de meervoudige kamer in deze rechtbank van 15 juli 2005 voorwaardelijk opgelegde jeugddetentie voor de duur van 64 dagen; - vervangt de bij vonnis van de meervoudige kamer in deze rechtbank van 15 juli 2005 opgelegde jeugddetentie voor de duur van 64 dagen door een gevangenisstraf voor de duur van 64 dagen. Dit vonnis is aldus gewezen door mr. E.W.A. van den Berg, voorzitter, tevens kinderrechter-plaatsvervanger, mr. F.M. van Maanen Winters en mr. P.H.J. Diederen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E.M.A. Vinken, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 31 mei 2006, zijnde mr. P.H.J. Diederen buiten staat het vonnis mede te ondertekenen.