
Jurisprudentie
AZ6289
Datum uitspraak2007-01-05
Datum gepubliceerd2007-01-17
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Breda
Zaaknummers06/708
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2007-01-17
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Breda
Zaaknummers06/708
Statusgepubliceerd
Indicatie
Het gaat om een zoeking bij een notaris waarbij bescheiden in beslag worden genomen. De notaris dient een klaagschrift in en verwijst naar zijn geheimhoudingsplicht.
Uitspraak
RECHTBANK BREDA
rk-nummer: 06/708
Ongegrondverklaring van het klaagschrift ex artikel 552a wetboek van strafvordering
Beslissing op het klaagschrift ex artikel 552a van het wetboek van strafvordering, ingekomen ter griffie op 27 juli 2006, met betrekking tot voorwerpen, in beslag genomen in de zaak:
[verdachte] ,
in het jaar [geboorte jaar en plaats]
[adres].
Klager is [naam notaris].
1. De procedure.
De procedure blijkt onder meer uit de volgende stukken:
? het klaagschrift, dat - ondertekend door of namens klager - tijdig is ingediend ter griffie van het op grond van artikel 552a van het wetboek van strafvordering bevoegde gerecht;
? de kennisgeving inbeslagneming;
? het proces-verbaal van het onderzoek door de raadkamer van 1 december 2006, waaruit blijkt dat de officier van justitie is gehoord.
Klager is behoorlijk opgeroepen doch niet in raadkamer verschenen.
De belanghebbende is overeenkomstig artikel 552a lid 4 van het wetboek van strafvordering in de gelegenheid gesteld te worden gehoord.
2. De beoordeling.
Klager stelt zich op het standpunt dat de inbeslagneming niet rechtmatig was omdat deze is geschied in strijd met artikel 98 wetboek van strafvordering juncto artikel 218 wetboek van strafvordering, alwaar is bepaald dat bepaalde personen uit hoofde van hun beroep of hun ambt tot geheimhouding verplicht zijn en zich derhalve op hun verschoningsrecht kunnen beroepen.
De rechtbank is van oordeel dat er met betrekking tot de bescheiden geen sprake is van enige geheimhoudingsplicht van klager. Het gaat om de afschriften van bankbescheiden betrekking hebbend op de rekening waarop in het kader van de financiƫle afwerking van een aantal via klager verrichte onroerende zaak transacties, door cliƫnten van klager bedragen zijn gestort. Dergelijke gegevens zijn naar hun aard niet vertrouwelijk van aard en kunnen mitsdien ook niet als zodanig aan klager zijn toevertrouwd.
Het belang van strafvordering verzet zich tegen teruggave, zodat het klaagschrift ongegrond moet worden verklaard.
3. De beslissing.
De rechtbank verklaart het klaagschrift ongegrond.
Deze beslissing is op 5 januari 2007 gegeven door mr. Kooijman, rechter, in tegenwoordigheid van Van Gastel, griffier en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 5 januari 2007 door mr. Kooijman voornoemd.

