Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

AZ7471

Datum uitspraak2007-01-24
Datum gepubliceerd2007-01-31
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Haarlem
Zaaknummers325591/ CV EXPL 06-10396
Statusgepubliceerd
SectorSector kanton


Indicatie

Zaakwaarneming. Artikel 6:201 BW. Belangenbehartiging en bevoegde vertegenwoordiging. Op verzoek van zijn huisarts wordt ernstig zieke patiënt door eiseres per ambulance naar het ziekenhuis vervoerd. Gedaagde is als belanghebbende partij bij de rechtshandeling geworden en dient de kosten van het ambulancevervoer aan eiseres te voldoen.


Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM Sector kanton Locatie Haarlem zaak/rolnr.: 325591/ CV EXPL 06-10396 datum uitspraak: 24 januari 2007 VONNIS VAN DE KANTONRECHTER inzake de besloten vennootschap AMBULANCEDIENST KENNEMERLAND B.V. te Alkmaar eisende partij hierna te noemen Ambulancedienst Kennemerland gemachtigde H. Terhoeven tegen [gedaagde] te [woonplaats] gedaagde partij hierna te noemen [gedaagde] gemachtigde mr. F.H.J. Koster De procedure Ambulancedienst Kennemerland heeft [gedaagde] gedagvaard op 9 oktober 2006. [gedaagde] heeft schriftelijk geantwoord. Nadat de kantonrechter had beslist dat de zaak zich niet leent voor een comparitie van partijen na antwoord, heeft Ambulancedienst Kennemerland schriftelijk op het antwoord gereageerd, waarna [gedaagde] nog een schriftelijke reactie heeft gegeven. De feiten 1. Op 28 oktober 2005 heeft Ambulancedienst Kennemerland [gedaagde] per ambulance vanaf zijn woonadres naar een ziekenhuis te Amsterdam vervoerd. 2. Bij factuur van 9 november 2005 heeft Ambulancedienst Kennemerland [gedaagde] ter zake een bedrag van € 364,-- in rekening gebracht. 3. De ziektekostenverzekeraar van [gedaagde] heeft de factuur, minus het eigen risico ten bedrage van € 97,54, aan Ambulancedienst Kennemerland voldaan. 4. Bij brief van 19 mei 2006 heeft de toenmalige incassogemachtigde van Ambulancedienst Kennemerland [gedaagde] gesommeerd tot betaling van € 97,54, vermeerderd met € 15,00 kosten. 5. De gemachtigde van Ambulancedienst Kennemerland heeft [gedaagde] bij brief van 24 juli 2006 gesommeerd tot betaling binnen acht dagen van een bedrag van € 112,54, vermeerderd met rente en incassokosten. 6. [gedaagde] heeft geen betalingen verricht. De vordering Ambulancedienst Kennemerland vordert (samengevat) veroordeling van [gedaagde] tot betaling van € 156,57, vermeerderd met de wettelijke rente over € 112,54 vanaf 9 november 2005 tot aan de dag der algehele voldoening. Ambulancedienst Kennemerland stelt daartoe het volgende. [gedaagde] dient zelf voor de betaling van het eigen risico zorg te dragen. Door ondanks aanmaning met betaling in gebreke te blijven, heeft [gedaagde] Ambulancedienst Kennemerland genoodzaakt haar vordering ter incasso uit handen te geven. Ambulancedienst Kennemerland heeft daardoor vermogensschade geleden, bestaande uit de buitengerechtelijke incassokosten ten belope van € 37,--. Deze kosten dienen voor rekening van [gedaagde] te komen. Omdat [gedaagde] de factuur van 9 november 2005 niet tijdig heeft voldaan, is hij vanaf die datum de wettelijke rente verschuldigd. Het verweer [gedaagde] betwist de vordering. Hij voert daartoe bij monde van zijn gemachtigde het volgende aan. [gedaagde] heeft geen opdracht gegeven tot het ambulancevervoer. Hij is daartoe ook niet in staat, gelet op zijn gezondheid. [gedaagde] is ernstig gehandicapt en verblijft al jaren in een verpleeghuis. Tussen Ambulancedienst Kennemerland en [gedaagde] is geen verbintenis tot stand gekomen. Op [gedaagde] rust dan ook geen betalingsverplichting jegens Ambulancedienst Kennemerland. De beoordeling van het geschil Ambulancedienst Kennemerland heeft als reactie op het verweer van [gedaagde] onder meer het volgende aangevoerd. De huisarts van [gedaagde] heeft om het ambulancevervoer verzocht. De verplichting om zorg te dragen voor betaling van de vervoerskosten rust echter niet op de huisarts, maar op degene die vervoerd wordt. [gedaagde] dient dus zelf te zorgen voor betaling van die kosten, in casu het eigen risico dat hij ingevolge zijn ziektekostenverzekering draagt. De kantonrechter leest in bovenstaande redenering een beroep op zaakwaarneming en vult ingevolge artikel 25 van het Wetboek van burgerlijke Rechtsvordering de rechtsgronden van de vordering in zoverre aan, dat Ambulancedienst Kennemerland haar vordering baseert op artikel 6:201 BW. Ingevolge dit artikel is de zaakwaarnemer bevoegd om rechtshandelingen te verrichten in naam van de belanghebbende, voor zover diens belang daardoor naar behoren wordt behartigd. In dat geval treden de rechtsgevolgen rechtstreeks in voor de belanghebbende. Dat het belang van [gedaagde] door het ambulancevervoer naar behoren is behartigd, is niet in geschil. Het betreft hier het vervoer van een ernstig ziekte patiënt. De huisarts, op wiens verzoek het ambulancevervoer heeft plaatsgevonden – [gedaagde] heeft dit bij gebrek aan wetenschap betwist, maar heeft niet aannemelijk gemaakt op welke andere wijze het vervoer dan wel tot stand is gekomen – heeft zich op redelijke gronden ingelaten met de behartiging van de belangen van [gedaagde]. Dit brengt mee dat tussen Ambulancedienst Kennemerland en [gedaagde] een verbintenis tot stand is gekomen. [gedaagde] dient de uit die verbintenis voortvloeiende verplichtingen na te komen. Het voorgaande leidt ertoe dat de vordering tot betaling van het eigen risico ad € 112.54 voor toewijzing gereed ligt, vermeerderd met de buitengerechtelijke kosten ad € 37,--, nu [gedaagde] daartegen geen zelfstandig verweer heeft gevoerd. In totaal is derhalve toewijsbaar een bedrag van € 149,54. Het meer gevorderde ad (€ 156,57 - € 149,54 =) € 7,03 wordt afgewezen, omdat daaraan de onderbouwing ontbreekt. De wettelijke rente is toewijsbaar vanaf 1 augustus 2006, nu niet is gebleken dat Ambulancedienst Kennemerland [gedaagde] eerder dan bij de brief van 24 juli 2006 in gebreke heeft gesteld. De proceskosten komen voor rekening van [gedaagde] omdat deze voor het grootste deel in het ongelijk wordt gesteld. Beslissing De kantonrechter: - veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan Ambulancedienst Kennemerland van € 149,54, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 112,54 vanaf 1 augustus 2006 tot aan de dag van de algehele voldoening; - veroordeelt [gedaagde] tot betaling van de proceskosten, die aan de kant van Ambulancedienst Kennemerland tot en met vandaag worden begroot op de bedragen zoals deze hieronder zijn gespecificeerd, en bepaalt dat de explootkosten worden verhoogd met een percentage dat overeenkomt met het percentage, bedoeld in art. 9, 1e lid, van de Wet op de Omzetbelasting 1968, omdat Ambulancedienst Kennemerland de haar in rekening gebrachte omzetbelasting niet op grond van genoemde wet kan verrekenen en dit nadrukkelijk verklaart, en de gerechtsdeurwaarder aan de voet van het exploot verklaart dat de kosten in verband daarmee zijn verhoogd: exploot € 73,82 vastrecht € 90,00 salaris gemachtigde € 60,00; - verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad; - wijst af hetgeen meer of anders mocht zijn gevorderd. Dit vonnis is gewezen door mr. S.R. Mellema en uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum.