Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BA8587

Datum uitspraak2007-06-07
Datum gepubliceerd2007-07-03
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Breda
Zaaknummers434545 mb 07-70
Statusgepubliceerd
SectorSector kanton


Indicatie

Beroep betrokkene gegrond. Incompleet dossier. Gedraging niet op de juiste wijze geconstateerd.


Uitspraak

Rechtbank Breda Sector kanton Bergen op Zoom PROCES-VERBAAL TERECHTZITTING, TEVENS HOUDEND AANTEKENING MONDELINGE UITSPRAAK Kantonnummer: 434545 MB VERZ 07-70 CJIB-nummer : 91825614 Uitspraak van de kantonrechter mr. W.E.M. Verjans van 7 juni 2007 op het beroepschrift ex artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv) van: naam : [betrokkene] geboren : [datum] adres : [adres] plaats : [woonplaats] procederend in persoon. Het beroep is behandeld ter openbare terechtzitting van donderdag 7 juni 2007, waarbij het Openbaar Ministerie (OM) werd vertegenwoordigd door mr. B.H.E. Kilian. Betrokkene is in persoon ter zitting verschenen, vergezeld van haar schoonmoeder. Van het verhandelde ter zitting is door de griffier aantekening gehouden. SANCTIEGEGEVENS Betrokkene is de sanctie opgelegd ter zake de gedraging als vermeld en nader omschreven in het zaakoverzicht van 21 september 2006, dat deel uitmaakt van het dossier, dat door betrokkene kon worden ingezien. BEOORDELING Betrokkene is tijdig in beroep gekomen tegen de beslissing van de officier van justitie, zodat zij daarin kan worden ontvangen. De inhoud van de processtukken, bezien in samenhang met hetgeen door partijen ter zitting naar voren is gebracht, leidt tot het volgende oordeel. De vertegenwoordigster van het OM heeft ter zitting geconcludeerd tot gegrond verklaring van het beroep en vernietiging van de bestreden beslissing, omdat de overtreding in kwestie niet op de juiste wijze is geconstateerd. De kantonrechter overweegt dat in het door het CVOM overgelegde dossier de initiële beslissing en de beslissing van de officier van justitie ontbreken. Derhalve is sprake van een incompleet dossier, van welke omissie betrokkene geen slachtoffer mag worden. Reeds om deze reden zal de kantonrechter het beroep van betrokkene gegrond verklaren en de beslissing van de officier van justitie vernietigen. Daarnaast merkt de kantonrechter nog op dat ook voor hem niet is komen vast te staan dat de aan betrokkene verweten gedraging door haar is gepleegd is, nu die gedraging niet op correcte wijze door middel van de zogenaamde “tintman” is geconstateerd. Blijkens de onweersproken verklaring van betrokkene ter zitting was de verbalisant zelfs niet geïnteresseerd in het bij de folie behorende certificaat en heeft hij niet de moeite genomen plaats te nemen in het betrokken voertuig. BESLISSING Verklaart het beroep van betrokkene gegrond. Vernietigt de beslissing van de officier van justitie d.d. 5 augustus 2006. Bepaalt dat aan betrokkene het bedrag dat zij aan zekerheid heeft gesteld, wordt gerestitueerd. De kantonrechter, Verzonden op: Ingevolge de bepalingen van de Wahv is het instellen van hoger beroep tegen deze beslissing niet mogelijk.