Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BB1015

Datum uitspraak2007-07-25
Datum gepubliceerd2007-08-07
RechtsgebiedSociale zekerheid
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamCentrale Raad van Beroep
Zaaknummers06/5891 TW
Statusgepubliceerd


Indicatie

Juistheid vastgestelde toeslag op grond van de Toeslagenwet.


Uitspraak

06/5891 TW Centrale Raad van Beroep Meervoudige kamer U I T S P R A A K op het hoger beroep van: [appellant] (hierna: appellant), tegen de uitspraak van de rechtbank Maastricht van 11 september 2006, 06/803 (hierna: aangevallen uitspraak), in het geding tussen: appellant en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: Uwv). Datum uitspraak: 25 juli 2007. I. PROCESVERLOOP Namens appellant heeft mr. I. Wudka, advocaat te Maastricht, hoger beroep ingesteld. Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend. Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 4 juli 2007. Appellant is niet verschenen. Het Uwv heeft zich laten vertegenwoordigen door J. Knufman, werkzaam bij het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. II. OVERWEGINGEN 1. De Raad stelt voorop dat het in dit geding aan de orde zijnde geschil wordt beoordeeld aan de hand van de Toeslagenwet en de daarop berustende bepalingen, zoals die luidden ten tijde als hier van belang. 2. Bij besluit op bezwaar van 14 februari 2006 heeft het Uwv gehandhaafd zijn beslissing van 26 oktober 2005, waarbij de hoogte van de toeslag is vastgesteld op € 10,37 per dag. 3. Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep uitvoerig gemotiveerd ongegrond verklaard. De Raad onderschrijft het oordeel van de rechtbank en maakt de overwegingen die haar tot dat oordeel hebben geleid, tot de zijne. 4. Hetgeen appellant in hoger beroep heeft aangevoerd acht de Raad door het Uwv bij verweerschrift van 20 december 2006 afdoende weerlegd. 5. Het hiervoor overwogene leidt tot de conclusie dat de aangevallen uitspraak voor bevestiging in aanmerking komt. 6. Voor een proceskostenveroordeling op grond van artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht acht de Raad geen termen aanwezig. III. BESLISSING De Centrale Raad van Beroep; Recht doende: Bevestigt de aangevallen uitspraak. Deze uitspraak is gedaan door M.A. Hoogeveen als voorzitter en C.P.J. Goorden en L.J.A. Damen als leden. De beslissing is, in tegenwoordigheid van M.R.S. Bacon als griffier, uitgesproken in het openbaar op 25 juli 2007. (get.) M.A. Hoogeveen. (get.) M.R.S. Bacon.