Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BB3117

Datum uitspraak2007-08-29
Datum gepubliceerd2007-09-19
RechtsgebiedVreemdelingen
Soort ProcedureHerziening
Instantie naamRaad van State
Zaaknummers200704912/1
Statusgepubliceerd


Indicatie

Herziening / aanbieding per Falk Courier
Aan het verzoek heeft verzoeker ten grondslag gelegd dat het hem niet bekend was en ook redelijkerwijs niet bekend kon zijn dat Falk Courier B.V. de enveloppe waarin het hoger beroepschrift is verzonden niet van een stempel voorziet noch op andere wijze aan de geadresseerde kenbaar maakt op welk moment de enveloppe werd aangeboden. Blijkens een verklaring van Falk Courier B.V. van 26 juni 2007 is het poststuk op 4 juni 2007 bij haar opgehaald en dezelfde nacht bezorgd. Hetgeen in het verzoek is gesteld, valt niet aan te merken als een feit of omstandigheid, als bedoeld in artikel 8:88 van de Awb.


Uitspraak

200704912/1. Datum uitspraak: 29 augustus 2007 RAAD VAN STATE AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak na vereenvoudigde behandeling (artikel 8:54, eerste lid, in samenhang met artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht) op het verzoek van: [Verzoeker], verzoeker, om herziening van de uitspraak van de Afdeling van 22 juni 2007 in zaak no. 200703851/1. 1. Procesverloop Bij brief, bij de Raad van State binnengekomen op 13 juli 2007, heeft verzoeker de Afdeling verzocht de uitspraak van 22 juni 2007 in zaak no. 200703851/1, waarbij het hoger beroep van verzoeker tegen een uitspraak van de rechtbank 's-Gravenhage, nevenzittingsplaats Groningen, van 24 april 2007 niet-ontvankelijk is verklaard, te herzien. De brief en een afschrift van de uitspraak van 22 juni 2007 zijn aangehecht. 2. Overwegingen 2.1. Aan het verzoek heeft verzoeker ten grondslag gelegd dat het hem niet bekend was en ook redelijkerwijs niet bekend kon zijn dat Falk Courier B.V. de enveloppe waarin het hoger beroepschrift is verzonden niet van een stempel voorziet noch op andere wijze aan de geadresseerde kenbaar maakt op welk moment de enveloppe werd aangeboden. Blijkens een verklaring van Falk Courier B.V. van 26 juni 2007 is het poststuk op 4 juni 2007 bij haar opgehaald en dezelfde nacht bezorgd. 2.2. Ingevolge artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht kan een onherroepelijk geworden uitspraak worden herzien op grond van in deze bepaling nader omschreven feiten en omstandigheden. Hetgeen in het verzoek is gesteld, valt niet aan te merken als een feit of omstandigheid, als bedoeld in die bepaling. Ten overvloede wijst de Afdeling er op dat verzoeker bij brief van 6 juni 2007 inzake de geconstateerde termijnoverschrijding in de gelegenheid is gesteld zich nader uit te laten over het geconstateerde verzuim, maar van die gelegenheid geen gebruik heeft gemaakt. 2.3. Het verzoek dient als kennelijk ongegrond te worden afgewezen. 2.4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding. 3. Beslissing De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State Recht doende in naam der Koningin: wijst het verzoek af. Aldus vastgesteld door mr. C.J.M. Schuyt, Lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. L. van Bottenburg, ambtenaar van Staat. w.g. Schuyt Lid van de enkelvoudige kamer w.g. Van Bottenburg ambtenaar van Staat Uitgesproken in het openbaar op 29 augustus 2007 422. Verzonden: 29 augustus 2007 Voor eensluidend afschrift, de Secretaris van de Raad van State, voor deze, mr. H.H.C. Visser, directeur Bestuursrechtspraak