Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BB3497

Datum uitspraak2007-09-12
Datum gepubliceerd2007-09-13
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Breda
Zaaknummersparketnr. 4507-04 rk-nummer: 07/509
Statusgepubliceerd


Indicatie

Vergoeding kosten van een door de verzoeker ingeschakelde raadsman. Belang van het onderzoek.


Uitspraak

RECHTBANK BREDA parketnr. 4507-04 rk-nummer: 07/509 Beslissing op het verzoekschrift ex artikel 591 wetboek van strafvordering Beslissing op het verzoekschrift ex artikel 591 van het wetboek van strafvordering ingekomen ter griffie op 2 mei 2007, in de zaak: ALBUKO N.V., gevestigd te Wijnegem (België), te dezer zake domicilie kiezende ten kantore van haar raadsman, mr. Elsen, kantoorhoudende te Rotterdam aan de Admiraliteitskade 50. 1. De procedure. De procedure blijkt onder meer uit de volgende stukken: · het verzoekschrift dat strekt tot toekenning van een vergoeding ten laste van de Staat tot een bedrag van €. 105.817,18, ter zake van: · de kosten voor het aanwenden van getuigen-deskundigen; · de kosten raadsman met betrekking tot de indiening en behandeling van bovenvermeld verzoekschrift; · het vonnis van de meervoudige kamer van 24 mei 2006; · het door de verdachte en de officier van justitie ingestelde hoger beroep hetwelk op 2 febuari 2007 weer door beiden is ingetrokken; · het proces-verbaal van het onderzoek door de raadkamer van 18 juli 2007, waaruit blijkt dat de officier van justitie alsmede de raadsman van verzoeker zijn gehoord. Verzoeker is behoorlijk opgeroepen doch niet bij de behandeling van het verzoek verschenen. 2. De beoordeling. Door de raadsman van Albuko zijn diverse argumenten naar voren gebracht op grond waarvan volgens hem gehele toewijzing van de gevraagde vergoeding dient te volgen, welke argumenten hierna behandeld zullen worden. Vooropgesteld wordt dat de wet aan de gewezen verdachte een aanspraak toekent op schadevergoeding terzake van ten laste van hem gekomen kosten, indien die kosten het belang van het onderzoek hebben gediend. Daarbij is niet van belang, zoals door de verdediging is betoogd, dat die kosten noodzakelijk waren om de verdediging het gewenste inzicht in en kennis van de zaak te verschaffen. Immers het kennisniveau van de verdediging is geen aspect dat bij het onderzoek een rol speelt. De keuze van de raadsman en de kwaliteit van de verdediging is een factor waar de rechtbank geen invloed op heeft. Ook het feit dat [naam deskundige] deskundig is op het terrein waarop hij heeft geadviseerd, vormt geen grond op zich voor toewijzing. Een eventuele ondeskundigheid kan hoogstens een aspect zijn dat bij de beantwoordeing van de vraag of het belang van het onderzoek is gediend een rol speelt. Van ondeskundigheid van [naam deskundige] is de rechtbank echter niet gebleken. Evenmin is van belang of in hoger beroep in een zaak tegen een medeverdachte het Gerechtshof aanleiding heeft gezien om een derde deskundige een rapport te laten uitbrengen, zulks naast de rapporten van TNO en [naam deskundige]. Het belang dient in de onderhavige zaak beoordeeld te worden. Ook is niet van belang of, zoals het OM heeft betoogd, Albuko als eerste het hoger beroep heeft ingetrokken. Het moge zo zijn dat het rapport voor Albuko in hoger beroep daardoor nutteloos is geworden, maar niet aan de orde is of het rapport van [naam deskundige] in hoger beroep het belang van het onderzoek heeft gediend maar of dat in eerste aanleg het geval is geweest. Beslissend is of het belang van het onderzoek is gediend. Bij de vraag of daarvan sprake is, betrekt de rechtbank het volgende. Nadat namens Albuko ter zitting van 18 januari 2006 was verzocht om [naam deskundige]e als deskundige te horen, nadat door hem een rapport zou zijn opgesteld, heeft de rechtbank beslist dat [naam deskundige] als deskundige ter zitting zou worden gehoord. Het door [naam deskundige] opgestelde rapport is aan de rechtbank overgelegd en ter zitting van 23 maart 2006 is hij als deskundige gehoord, waarbij zijn rapport ter sprake is gekomen. Uit de overwegingen van de rechtbank in het vonnis komt naar voren dat het rapport van [naam deskundige] ertoe heeft geleid dat de rechtbank aan TNO nadere vragen heeft gesteld naar aanleiding van een aantal door [naam deskundige] gemaakte opmerkingen. Gesteld kan worden dat dit uiteindelijk de rechtbank heeft genoodzaakt om diepgaander dan zij anders wellicht zou hebben gedaan, te motiveren waarom zij het rapport van TNO volgt, door in te gaan op hetgeen [naam deskundige] als kritiek naar voren had gebracht, maar uiteindelijk heeft de rechtbank de bevindingen van TNO gevolgd en daarop haar beslissing gebaseerd. Niet (mede) op het rapport van [naam deskundige]. Vorenstaande leidt tot het oordeel dat de bijdrage van [naam deskundige] als deskundige niet het belang van het onderzoek heeft gediend. 3. De beslissing. De rechtbank wijst het verzoek tot toekenning van vergoeding af. Deze beslissing is op 12 september 2007 gegeven door mr. Kooijman, rechter, in tegenwoordigheid van, Van Gastel griffier en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 12 september 2007 door mr. Kooijman voornoemd.