Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BB3636

Datum uitspraak2007-08-17
Datum gepubliceerd2007-09-17
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureKort geding
Instantie naamRechtbank Arnhem
Zaaknummers159469
Statusgepubliceerd
SectorVoorzieningenrechter


Indicatie

De voorzieningenrechter ziet zich vooreerst voor de vraag geplaatst of eisers in hun vorderingen kunnen worden ontvangen. Deze vraag wordt ontkennend beantwoord, waartoe het volgende wordt overwogen Ingevolge het bepaalde in artikel 438, vijfde lid, Rv dient een derde, die zich tegen een executie wil verzetten, zowel de executant als de geëxecuteerde te dagvaarden. Dit artikellid is geschreven voor alle gevallen waarin een derde tegen een aangevangen of voorgenomen executie wil opkomen.


Uitspraak

vonnis RECHTBANK ARNHEM Sector civiel recht zaaknummer / rolnummer: 159469 / KG ZA 07-515 Vonnis in kort geding van 17 augustus 2007 in de zaak van 1. [eiser 1], wonende te Nijmegen, 2. [eiser 2], wonende te Nijmegen, eisers, procureur mr. H. van Ravenhorst, advocaat mr. G.C.L. van de Corput te Breda, tegen de publiekrechtelijke rechtspersoon GEMEENTE NIJMEGEN, zetelend te Nijmegen, gedaagde, advocaat mr. H.A.M. van Gerwen te Nijmegen. Partijen zullen hierna [eisers]., dan wel [eiser 1] en [eiser 2], en de gemeente genoemd worden. 1. De procedure 1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit: - de dagvaarding - de mondelinge behandeling - de pleitnota van de Gemeente. 1.2. Ten slotte is vonnis bepaald. 2. De feiten 2.1. Tot zekerheid van verhaal van een vordering op mevrouw [XXX], de moeder van [eisers]. (hierna: mevrouw [XXX]), heeft de gemeente, na verkregen toestemming van de voorzieningenrechter van deze rechtbank, op 15 juni 2007 executoriaal beslag laten leggen op – onder meer – een personenauto, merk Volkswagen, type Golf VR6, kleur zwart, met kenteken [kenteken] (hierna: de auto), een crossmotor, merk Yamaha, kleur blauw, een crossmotor, merk KTM 520SX, kleur oranje en een crossmotor, merk Honda 650, kleur wit/rood (hierna: de motoren). De gerechtsdeurwaarder heeft de motoren vervolgens aan de vennootschap onder firma SMB Willems en de auto aan de besloten vennootschap Houterman Lent B.V., h.o.d.n. Houterman Autosleepdienst in gerechtelijke bewaring gegeven. 2.2. Bij faxberichten van respectievelijk 3 augustus, 7 augustus en 10 augustus 2007 hebben [eisers]. om afgifte van de auto en de motoren aan de deurwaarder verzocht. Hiertoe bleek de deurwaarder niet bereid. 2.3. In de periode van 21 augustus t/m 23 augustus 2007 zullen de auto en de motoren worden geveild. 3. Het geschil 3.1. [eisers]. vorderen – samengevat – opheffing van het beslag op de auto en de motoren, althans veroordeling van de gemeente om met onmiddellijke ingang het executoriaal beslag op de voertuigen op te heffen, alsmede onmiddellijke afgifte van de auto en de crossmotor, merk Yamaha aan [eiser 1] en van de crossmotoren, merk KTM 520SX en merk Honda 650 aan [eiser 2], een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom. 3.2. [eisers]. leggen aan hun vorderingen ten grondslag dat zij, en niet hun moeder, eigenaar zijn van de auto en de motoren, zodat het beslag iedere rechtsgrond mist en derhalve onrechtmatig is. 3.3. De Gemeente voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan. 4. De beoordeling 4.1. De voorzieningenrechter ziet zich vooreerst voor de vraag geplaatst of [eisers]. in hun vorderingen kunnen worden ontvangen. Deze vraag wordt ontkennend beantwoord, waartoe het volgende wordt overwogen 4.2. Ingevolge het bepaalde in artikel 438, vijfde lid, Rv dient een derde, die zich tegen een executie wil verzetten, zowel de executant als de geëxecuteerde te dagvaarden. Dit artikellid is geschreven voor alle gevallen waarin een derde tegen een aangevangen of voorgenomen executie wil opkomen. 4.3. [eisers]. verzetten zich, zowel door hun primaire als hun subsidiaire vordering, in feite tegen de voorgenomen executie. Onweersproken is dat de gemeente geen vordering heeft op [eisers]., zodat [eisers]. in het kader van dit kort geding moeten worden aangemerkt als ‘derden’ in de zin van artikel 438, vijfde lid, Rv voornoemd. [eisers]. pretenderen eigenaar te zijn van de auto en de motoren en verzetten zich ex artikel 456 Rv tegen de verkoop ervan. Dit brengt met mee dat [eisers]., om zich te kunnen verzetten tegen de voorgenomen executie, de gemeente als executant én mevrouw [XXX] als geëxecuteerde hadden moeten dagvaarden. Nu [eisers]. hebben nagelaten mevrouw [XXX] in dit kort geding te betrekken, is aan voormeld vereiste niet voldaan, zodat [eisers]. reeds op grond daarvan niet-ontvankelijk moeten worden verklaard in hun vorderingen. De stelling van [eisers]. dat mevrouw [XXX], die eveneens ter zitting aanwezig was, wel vrijwillig zal willen verschijnen, maakt het voorgaande niet anders. Daargelaten dat zij niet verschenen is, kan zij immers ingeval van een dergelijke geheel onvoorbereide vrijwillige verschijning zonder deskundige juridische bijstand niet geacht worden haar belangen in deze zaak op een behoorlijke wijze te kunnen overzien en behartigen. Daarbij komt dat de redactie en de bewoordingen van artikel 438, vijfde lid, Rv er geen twijfel over laten bestaan dat het een voorschrift van dwingend recht betreft en derhalve op straffe van niet-ontvankelijkheid dient te worden nageleefd. 4.4. Gezien het vorenstaande kan de inhoudelijke behandeling van de vorderingen niet aan de orde komen. 4.5. [eisers]. zullen als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van de Gemeente worden begroot op: - vast recht EUR 251,00 - overige kosten 0,00 - salaris advocaat 816,00 Totaal EUR 1.067,00 5. De beslissing De voorzieningenrechter 5.1. verklaart [eisers]. niet-ontvankelijk in hun vorderingen, 5.2. veroordeelt [eisers]. in de proceskosten, aan de zijde van de Gemeente tot op heden begroot op EUR 1.067,00. Dit vonnis is gewezen door mr. O. Nijhuis en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier mr. B.J.M. Vermulst op 17 augustus 2007.