Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BD8257

Datum uitspraak2008-07-16
Datum gepubliceerd2008-07-22
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Middelburg
Zaaknummers60652/HA ZA 07-596
Statusgepubliceerd


Indicatie

''(..)'' Partijen zijn op 6 september 1996 gehuwd. Uit dit huwelijk is op 5 juni 1999 te Terneuzen geboren d[minderjarige van partijen]derjarige [minderjarige van par[minderjarige van partijen]]. In oktober 2001 zijn partijen gescheiden. ''(..)'' '' (...)'' Beide partijen hebben het gezag over [minderjarige van partijen]. Na de echtscheiding is [minderjarige van partijen] bij [eiseres in conventie] blijven wonen. ''(..)'' ''(..)'' [gedaagde in conventie] heeft [minderjarige van partijen] na een bezoekcontact in het weekeinde van 4 en 5 november 2006, niet teruggebracht bij [eiseres in conventie]. Eerst op 10 november 2006 heeft [gedaagde in conventie] [minderjarige van partijen] teruggebracht. ''(..)'' ''(..)'' Op 13 april 2007 is [gedaagde in conventie] door de politierechter te Middelburg schuldig verklaard zonder oplegging van straf of maatregel terzake het onttrekken aan het ouderlijk gezag van [minderjarige van partijen]. Dit vonnis is onherroepelijk geworden. ''(..)'' Het geschil ''(..)'' in conventie [eiseres in conventie] vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, I [gedaagde in conventie] te veroordelen tot betaling van € 5.933,08 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 februari 2007 tot aan de dag van algehele voldoening; II veroordeling van [gedaagde in conventie] in de proceskosten. ''(..)'' ''(...)'' [eiseres in conventie] stelt hiertoe dat als gevolg van het strafbaar handelen van [gedaagde in conventie] en het niet nakomen van de omgangsregeling, door de Belgische en Nederlandse advocaat van [eiseres in conventie] (respectievelijk mr. K. van Cauter en mr. MJ.H. Mülhstaff) vele werkzaamheden zijn besteed aan het veilig teruggeleiden van [minderjarige van partijen] naar [eiseres in conventie]. Kopieën van urenspecificaties zijn aan de dagvaarding gehecht.''(..)''


Uitspraak

Uitspraak vonnis RECHTBANK MIDDELBURG 60652 / HA ZA 07-596 Sector civiel recht zaaknummer / rolnummer: 60652 / HA ZA 07-596 Vonnis van 16 juli 2008 in de zaak van [eiseres in conventie], wonende te Stekene (België), eiseres in conventie, verweerster in reconventie, procureur mr. C.J. IJdema, advocaat mr. M.J.H. Mühlstaff, tegen [gedaagde in conventie], wonende te Hulst, gedaagde in conventie, eiser in reconventie, procureur mr. G.M.J.O. Haaijer-Cattrysse. Partijen zullen hierna [eiseres in conventie] en [gedaagde in conventie] genoemd worden. De procedure Het verloop van de procedure blijkt uit: het tussenvonnis van 13 februari 2008; het proces-verbaal van comparitie van 24 april 2008; de ter comparitie ingebrachte conclusie van antwoord in reconventie. De feiten Partijen zijn op 6 september 1996 gehuwd. Uit dit huwelijk is op 5 juni 1999 te Terneuzen geboren d[minderjarige van partijen]derjarige [minderjarige van par[minderjarige van partijen]]. In oktober 2001 zijn partijen gescheiden. Beide partijen hebben het gezag over [minderjarige van partijen]. Na de echtscheiding is [minderjarige van partijen] bij [eiseres in conventie] blijven wonen. [gedaagde in conventie] heeft [minderjarige van partijen] na een bezoekcontact in het weekeinde van 4 en 5 november 2006, niet teruggebracht bij [eiseres in conventie]. Eerst op 10 november 2006 heeft [gedaagde in conventie] [minderjarige van partijen] teruggebracht. Op 13 april 2007 is [gedaagde in conventie] door de politierechter te Middelburg schuldig verklaard zonder oplegging van straf of maatregel terzake het onttrekken aan het ouderlijk gezag van [minderjarige van partijen]. Dit vonnis is onherroepelijk geworden. Het geschil in conventie [eiseres in conventie] vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, I [gedaagde in conventie] te veroordelen tot betaling van € 5.933,08 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 februari 2007 tot aan de dag van algehele voldoening; II veroordeling van [gedaagde in conventie] in de proceskosten. [eiseres in conventie] stelt hiertoe dat als gevolg van het strafbaar handelen van [gedaagde in conventie] en het niet nakomen van de omgangsregeling, door de Belgische en Nederlandse advocaat van [eiseres in conventie] (respectievelijk mr. K. van Cauter en mr. MJ.H. Mülhstaff) vele werkzaamheden zijn besteed aan het veilig teruggeleiden van [minderjarige van partijen] naar [eiseres in conventie]. Kopieën van urenspecificaties zijn aan de dagvaarding gehecht. De declaratie van mr. Mühlstaff bedraagt € 1.096,45, de declaratie van mr. Van Cauter bedraagt € 4.422,50, de telefoonkosten bedragen € 157,25, de reiskosten naar rechtbank Dendermonde bedragen € 72,20 en het gederfde loon van [eiseres in conventie] bedraagt € 234,68. In totaal bedraagt de vermogensschade € 5.933,08. [gedaagde in conventie] voert verweer. Hij stelt dat hij [minderjarige van partijen] na het omgangsweekeinde niet heeft teruggebracht omdat hij de gelegenheid wilde hebben [minderjarige van partijen] medisch te laten onderzoeken en dat kan niet in het weekeinde. Partijen verschillen reeds geruime tijd van mening of er bij [minderjarige van partijen] sprake is van een psychiatrische stoornis/ een stoornis in het autistisch spectrum. [gedaagde in conventie] heeft tevoren zijn plannen bekend gemaakt bij de plaatselijke politie. Omdat er reeds lange tijd problemen bestaan tussen partijen, welke problemen hebben geresulteerd in diverse juridische procedures, heeft hij [eiseres in conventie] niet ingelicht. Hij betwist aansprakelijk te zijn voor de door [eiseres in conventie] geleden schade. Er is sprake van een rechtvaardigingsgrond. [minderjarige van partijen] is nu opgenomen in een instelling waar hij niet thuis hoort. [eiseres in conventie] heeft [gedaagde in conventie] geen andere keus gelaten door te weigeren een oplossing te zoeken voor alle geschillen waarvan [minderjarige van partijen] de dupe is. Voorts betwist [gedaagde in conventie] de door [eiseres in conventie] gestelde kosten. Hij stelt hiertoe onder meer dat de kosten die gemaakt zijn nadat [minderjarige van partijen] al door hem teruggebracht was naar [eiseres in conventie], niet kunnen worden beschouwd als kosten voor het veilig terug geleiden. in reconventie [gedaagde in conventie] vordert samengevat – bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad: I [eiseres in conventie] te veroordelen om binnen 10 dagen na betekening van het ten deze te wijzen vonnis aan [gedaagde in conventie] te hebben voldaan € 9.916,-- althans een bedrag als de rechtbank in goede justitie zal oordelen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 2 november 2006 tot de dag der algehele voldoening; II [eiseres in conventie] te veroordelen om binnen 10 dagen na betekening van het ten deze te wijzen vonnis tezamen met [minderjarige van partijen] haar medewerking te hebben verleend aan een DNA vaderschapsonderzoek door een door de rechtbank nader te bepalen deskundig onderzoeksbureau en enkel met eventuele tussenkomst van een Nederlandse huisarts of huisartsenpost, op verbeurte van een dwangsom, met veroordeling van [eiseres in conventie] in de kosten van de procedure. [gedaagde in conventie] stelt hiertoe dat [eiseres in conventie] onrechtmatig jegens hem heeft gehandeld door een uitspraak van de Belgische rechtbank ten uitvoer te laten leggen. De man heeft allerlei kosten betaald die in Nederland onder de ziektekostenverzekering vallen en deels ook al vergoed werden door een verzekeringsmaatschappij. Inclusief de executiekosten heeft [gedaagde in conventie] een bedrag van € 3.790,-- onverschuldigd betaald. Daarnaast heeft hij in een poging de executie op te schorten, voor een bedrag van € 6.126,01 aan advocaatkosten moeten maken. Voorts stelt hij dat alle gebeurtenissen tijdens en na het huwelijk van partijen, de vele gerechtelijke procedures en het feit dat [eiseres in conventie] tijdens het huwelijk ook seksuele contacten met anderen onderhield, [gedaagde in conventie] doen twijfelen of hij wel de biologische vader van [minderjarige van partijen] is. [eiseres in conventie] voert verweer. Primair is zij van mening dat [gedaagde in conventie] niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in zijn vordering terzake de terugbetaling van de door hem betaalde kosten. Hij kiest voor een onjuiste rechtsgang nu de Belgische rechter heeft beslist in een verzoekschriftprocedure en onderhavige procedure een dagvaardingsprocedure is. Bovendien moet een geschil terzake de executie van een uitspraak van de Belgische rechter worden voorgelegd aan de Belgische rechter. Meer subsidiair stelt zij dat [gedaagde in conventie] tegen de uitspraken van de Belgische rechter in beroep had kunnen gaan. Bovendien betwist zij dat zij bedragen heeft geclaimd die vergoed waren. De claim terzake de advocaatkosten dient te worden afgewezen vanwege een verkregen toevoeging en omdat deze disproportioneel is. Ten aanzien van het DNA-onderzoek stelt zij dat deze vordering moet worden afgewezen omdat de termijn voor het instellen van een vordering tot ontkenning van het vaderschap reeds is verstreken. De beoordeling in conventie De zaak heeft een internationaal karakter. Deze rechtbank is bevoegd van de vordering in conventie kennis te nemen nu [gedaagde in conventie] in Nederland zijn woonplaats heeft. Op de vordering is Nederlands recht van toepassing als het recht van het land waar de gestelde onrechtmatige daad heeft plaatsgevonden. Het niet terug brengen van [minderjarige van partijen] door [gedaagde in conventie] na een afgesproken bezoekregeling, is in beginsel onrechtmatig jegens [eiseres in conventie]. [gedaagde in conventie] stelt dat hij genoodzaakt was [minderjarige van partijen] bij zich te houden omdat hij eerst na het weekeinde met [minderjarige van partijen] een arts kon bezoeken. Uit zijn eigen stellingen blijkt echter dat hij [eiseres in conventie] niet heeft verzocht om haar toestemming om [minderjarige van partijen] later terug te brengen. Zelf stelt [eiseres in conventie] dat zij er geen probleem mee had dat [gedaagde in conventie] een nieuwe diagnose wilde laten stellen. [gedaagde in conventie] kan, nu niet uit te sluiten is dat [eiseres in conventie], indien gevraagd, toestemming had gegeven om met [minderjarige van partijen] naar een arts te gaan, geen beroep doen op de aanwezigheid van een rechtvaardigingsgrond. Vastgesteld moet worden welke door [eiseres in conventie] gemaakte kosten, rechtstreeks verband houden met het niet tijdig terugbrengen van [minderjarige van partijen]. [eiseres in conventie] stelt onder meer dat zij door het niet terug brengen van [minderjarige van partijen], zich genoodzaakt heeft gezien procedures te starten onder meer om eenhoofdig gezag te verkrijgen. Deze kosten zijn echter geen kosten die worden beschouwd als rechtstreeks verband houdend met het onrechtmatig handelen van [gedaagde in conventie]. Op het moment dat die procedures zijn gestart was [minderjarige van partijen] reeds teruggebracht door [gedaagde in conventie]. Bovendien staat vast dat de procedure die heeft geleid tot het vonnis in kort geding van 10 januari 2007 (overgelegd als productie 2 bij de dagvaarding) door [gedaagde in conventie] aanhangig is gemaakt, en niet door [eiseres in conventie]. Ten slotte wordt hierbij overwogen dat de wijziging van gezamenlijk gezag in eenhoofdig gezag, niet zonder meer leidt tot een stopzetting van de omgangsregeling. [eiseres in conventie] was dus niet genoodzaakt een wijziging van het gezag te vragen om herhaling te voorkomen. In beginsel komen derhalve alleen voor vergoeding in aanmerking de kosten die [eiseres in conventie] heeft moeten maken om [minderjarige van partijen] weer terug te (laten) geleiden. Hieronder worden puntsgewijs de door [eiseres in conventie] opgevoerde kosten besproken. Declaratie mr. Mühlstaff De stelling van [gedaagde in conventie] dat de noodzaak voor het inschakelen van een Nederlandse advocaat door [eiseres in conventie] totaal ontbrak, wordt verworpen. Door [eiseres in conventie] geen toestemming te vragen voor het niet terugbrengen van [minderjarige van partijen] en door haar ook niet tijdig in te lichten over zijn voornemen om met [minderjarige van partijen] een arts te bezoeken, heeft [gedaagde in conventie] zelf nodeloos [eiseres in conventie] gedwongen zich te beraden over de in Nederland te nemen juridische stappen. Begrijpelijk is dan dat [eiseres in conventie] hiervoor een Nederlandse advocaat benadert. In beginsel komen slechts voor vergoeding in aanmerking de kosten gemaakt in de periode dat [gedaagde in conventie] [minderjarige van partijen] onrechtmatig bij zich heeft gehouden, derhalve van 5 november 2006 tot en met 10 november 2006. Uit de overgelegde specificatie uren & kosten blijkt dat mr. Mühlstaff op 9 en 10 november 2006 in totaal 3,25 uur heeft gedeclareerd, tegen een tarief van kennelijk € 204,--. Dit maakt in totaal € 663,--, vermeerderd met 5% kantooropslag ad € 33,15, is in totaal € 828,40 inclusief BTW. Van de overige gedeclareerde werkzaamheden is – zeker zonder nadere specificatie – niet komen vast te staan dat deze werkzaamheden betrekking hadden op het terug (laten) geleiden van [minderjarige van partijen]. Terzake deze post is dus toewijsbaar een bedrag van € 828,40. Declaratie mr. Van Cauter De declaratie van de Belgische advocaat van [eiseres in conventie], mr. Van Cauter, is niet gespecificeerd. Derhalve is niet vast te stellen welke werkzaamheden zijn verricht met het oog op de teruggeleiding van [minderjarige van partijen]. Bovendien ziet deze declaratie op de periode van 27 juni 2006 tot en met 14 december 2006, derhalve een geruime tijd vóór en na de periode dat [minderjarige van partijen] bij [gedaagde in conventie] was. Nu de vordering op dit punt onvoldoende is onderbouwd, wordt dit deel van de vordering afgewezen. Telefoonkosten [eiseres in conventie] heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat zij een hogere telefoonrekening heeft ontvangen over de periode van 5 tot en met 10 november 2006. Begrijpelijk is dat zij vele instanties in Nederland en België, alsmede haar advocaten heeft gebeld om [minderjarige van partijen] weer terug te laten geleiden. De kosten zijn gemaakt met een mobiele telefoon, dus zelfs als zij fulltime was blijven werken zoals [gedaagde in conventie] stelt (welke stelling hierna overigens wordt verworpen), dan heeft zij deze kosten ook tijdens kantooruren kunnen maken. Het schadebedrag van € 157,25 – berekend door het gemiddelde bedrag van de telefoonrekening over de voorgaande drie perioden in mindering te brengen op de telefoonrekening over de periode van 18 oktober tot 17 november 2006 – zal dan ook worden toegewezen. Reiskosten Voor vergoeding komen in aanmerking de reiskosten naar de Jeugdrechtbank op 10 november 2006, te weten 52 kilometer heen en terug, en de reiskosten naar het politiekantoor in Hulst in de periode van 6 tot en met 10 november 2006, zijnde in totaal 120 kilometer. De reiskosten bedragen dan 172 kilometer maal 0,19 cent, te weten € 32,68. Deze kosten zien op de periode dat [minderjarige van partijen] bij [gedaagde in conventie] was. [minderjarige van partijen] is pas na de zitting bij de Jeugdrechtbank door [gedaagde in conventie] teruggebracht, en de kosten van het reizen naar de Jeugdrechtbank houden direct verband met het onrechtmatig handelen van [gedaagde in conventie]. Ten aanzien van de stelling van [gedaagde in conventie] dat het politiekantoor in Hulst op loopafstand is van het werk van [eiseres in conventie] en zij dus geen reiskosten heeft hoeven maken, wordt overwogen dat [eiseres in conventie] – zoals uit 4.3.5. blijkt – vakantiedagen heeft opgenomen in de betreffende periode, en dus niet vanuit haar werkadres naar het politiekantoor in Hulst is gereisd. Gederfde inkomsten (loonverschil Accountantskantoor de Smit) Uit een verklaring van de werkgever van [eiseres in conventie] blijkt dat zij in de periode van 6 november tot en met 11 november grotendeels niet heeft gewerkt. De niet gewerkte uren tot een totaal van 26,25, zijn als vakantie-uren aangemerkt. Dit blijkt eveneens uit het overzicht vakantie & snipperdagen. De rechtbank ziet geen aanleiding om aan het waarheidsgehalte van deze verklaring te twijfelen. Dit leidt dan tot een inkomensschade van € 234,68 die rechtstreeks verband houdt met het onrechtmatig handelen van [gedaagde in conventie]. Dit bedrag wordt dan ook toegewezen. Aannemelijk is dat [eiseres in conventie] vrij heeft genomen om de nodige maatregelen te treffen om [minderjarige van partijen] weer terug te geleiden. De stelling van [gedaagde in conventie] dat uit haar salarisstrook blijkt dat zij 22 dagen zou hebben gewerkt, wordt verworpen. Nu de opgenomen dagen zijn geboekt als vakantiedagen en niet als onbetaald verlof, gaat de rechtbank ervan uit dat [eiseres in conventie] gewoon haar volledige salaris doorbetaald heeft gekregen. Uit hetgeen hiervoor is overwogen volgt dat de vordering van [eiseres in conventie] wordt toegewezen tot een bedrag van € 1.254,-- (afgerond). De vordering tot betaling van wettelijke rente over dit bedrag vanaf 1 februari 2007 tot de dag van algehele voldoening wordt als niet weersproken toegewezen. [gedaagde in conventie] wordt als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij, veroordeeld in de proceskosten in conventie gevallen aan de zijde van [eiseres in conventie]. De kosten aan de zijde van [eiseres in conventie] worden begroot op: - dagvaarding EUR 84,31 - betaald vast recht 75,00 - in debet gesteld vast recht 225,00 - salaris procureur 768,00 (2,0 punt × tarief EUR 384,00) Totaal EUR 1.152,31 Nu [eiseres in conventie] op basis van een toevoeging procedeert, zal [gedaagde in conventie] worden veroordeeld om aan [eiseres in conventie] te betalen het door haarzelf betaalde bedrag aan vast recht ad € 75,--. De overige proceskosten dienen te worden betaald aan de griffier van deze rechtbank. in reconventie Deze rechtbank is ook bevoegd van de vordering in reconventie kennis te nemen nu [gedaagde in conventie] in Nederland zijn woonplaats heeft. Op de vorderingen is Nederlands recht van toepassing als het recht van het land waar de gestelde onrechtmatige daad (het ten onrechte executeren van een uitspraak van een Belgische rechter) heeft plaatsgevonden. Het gesloten stelsel van rechtsmiddelen brengt mee, dat in het executiegeschil geen inhoudelijke bezwaren tegen een uitspraak aangevoerd kunnen worden. Aangezien [gedaagde in conventie] ter comparitie heeft aangegeven het niet eens te zijn geweest met de uitspraak van de Belgische rechter, maar alleen om financiële redenen geen hoger beroep heeft ingesteld, is het in strijd met voornoemd gesloten stelsel om nu alsnog inhoudelijk verweer te voeren tegen die uitspraak. Bovendien vordert [gedaagde in conventie] advocaatkosten in verband met een aanhangig gemaakte procedure om de executie op te schorten, ten aanzien van welke kosten de voorzieningenrechter – naar eigen zeggen van [gedaagde in conventie] – reeds heeft bepaald dat deze dienen te worden gecompenseerd in die zin dat ieder de eigen kosten draagt. Dit deel van de reconventionele vordering wordt dan ook afgewezen. De vordering van [gedaagde in conventie] om [eiseres in conventie] te veroordelen om medewerking te verlenen aan een DNA vaderschapsonderzoek kan worden toegewezen. [eiseres in conventie] heeft zich ter comparitie bereid verklaard mee te werken aan dit onderzoek mits de kosten door [gedaagde in conventie] worden betaald. In het midden kan blijven of een vordering tot ontkenning van het vaderschap reeds is verjaard. In deze procedure wordt alleen een veroordeling tot meewerking aan een vaderschapsonderzoek gevorderd. Nu [eiseres in conventie] haar medewerking heeft toegezegd en zijdens [gedaagde in conventie] geen feiten of omstandigheden zijn aangevoerd op grond waarvan moet worden getwijfeld aan de bereidheid tot medewerking van [eiseres in conventie], bestaat geen grond voor toewijzing van de gevorderde dwangsom. De rechtbank zal voorts afwijzen de vordering dat de rechtbank het in te schakelen deskundig onderzoeksbureau bepaalt. Deze vordering is niet nader onderbouwd en [gedaagde in conventie] heeft, gelet op de bereidheid tot medewerking van [eiseres in conventie], zijn belang bij deze vordering ook niet aangetoond. Nu [gedaagde in conventie] grotendeels in het ongelijk wordt gesteld, wordt hij veroordeeld in de proceskosten in reconventie gevallen aan de zijde van [eiseres in conventie]. Deze kosten worden begroot op: - salaris procureur € 768,00 (2,0 punt × tarief EUR 384,00). Ook dit bedrag dient [gedaagde in conventie] te betalen aan de griffier van deze rechtbank. De beslissing De rechtbank: In conventie: veroordeelt [gedaagde in conventie] om aan [eiseres in conventie] te betalen €1.254,-- (twaalfhonderd en vierenvijftig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 1 februari 2007 tot de dag van algehele voldoening; veroordeelt [gedaagde in conventie] in de proceskosten, aan de zijde van [eiseres in conventie] tot op heden begroot op EUR 1.152,31, waarvan een bedrag van € 1.077,31 dient te worden voldaan aan de griffier van deze rechtbank door overmaking op rekeningnummer 19.23.25.876 ten name van MvJ Arrondissement Middelburg (543) onder vermelding van "proceskosten-veroordeling in conventie" en het zaak- en rolnummer; het resterende bedrag van € 75,-- dient te worden betaald aan [eiseres in conventie] zelf; verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad; wijst af het meer of anders gevorderde; In reconventie: veroordeelt [eiseres in conventie] om binnen 10 dagen na betekening van dit vonnis tezamen met [minderjarige van partijen] haar medewerking te hebben verleend aan een DNA vaderschapsonderzoek; veroordeelt [gedaagde in conventie] in de proceskosten, aan de zijde van [eiseres in conventie] tot op heden begroot op EUR 768,00, welk bedrag dient te worden voldaan aan de griffier van deze rechtbank door overmaking op rekeningnummer 19.23.25.876 ten name van MvJ Arrondissement Middelburg (543) onder vermelding van "proceskosten-veroordeling in reconventie" en het zaak- en rolnummer; verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad; wijst af het meer of anders gevorderde. Dit vonnis is gewezen door mr. T. van de Poll en in het openbaar uitgesproken op 16 juli 2008