Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BG6223

Datum uitspraak2008-12-05
Datum gepubliceerd2008-12-08
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - meervoudig
Instantie naamRechtbank Almelo
Zaaknummers08/710301-08
Statusgepubliceerd


Indicatie

De rb Almelo heeft heden 5-12-08 een verdachte veroordeeld wegens poging tot zware mishandeling van zijn echtgenote en kinderen in de jaren 2000-2003. In die periode heeft hij ook zijn echtgenote meerdere keren verkracht. In de periode tot en met 2008 heeft hij die echtgenote en die kinderen ook meerdere keren bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht. Hij werd veroordeeld tot 30 maanden gevangenisstraf waarvan 6 maanden voorwaardelijk ,met aftrek, toezicht door de reclassering, ook als dat inhoudt een ambulante behandeling in een kliniek.


Uitspraak

RECHTBANK ALMELO Parketnummer: 08/710301-08 STRAFVONNIS Uitspraak: 5 december 2008. De rechtbank te Almelo, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie in het arrondissement Almelo, tegen: verdachte. geboren te Enschede, wonende te Enschede, thans verblijvende in het huis van bewaring te Almelo, terechtstaande -na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting- terzake dat: 1. hij in of omstreeks de periode van 28 juli 2000 tot 01 oktober 2000 te Enschede ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk zijn, verdachtes, (echtgenote) van het leven te beroven, met dat opzet (met kracht) die (echtgenote) bij de keel heeft gegrepen en/of gepakt en/of vervolgens die (echtgenote) op de grond heeft gegooid en/of gesmeten en/of op die (echtgenote) is gaan zitten en/of (vervolgens) (met kracht) de keel van die (echtgenote) heeft dichtgeknepen en/of dichtgedrukt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 1 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat hij in of omstreeks de periode van 28 juli 2000 tot 01 oktober 2000 te Enschede ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan een persoon genaamd Z. (echtgenote), opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet die (echtgenote) (met kracht) bij de keel heeft gegrepen en/of gepakt en/of die (echtgenote) op de grond heeft gegooid en/of gesmeten en/of (vervolgens) op die (echtgenote) is gaan zitten en/of (met kracht) de keel van die (echtgenote) heeft dichtgeknepen en/of dichtgedrukt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; 2. hij in of omstreeks de periode van 28 april 2000 tot en met 15 september 2003 te Enschede meermalen, althans eenmaal, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan zijn, verdachtes, kinderen genaamd (kind 1) en/of (kind 2), opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet meermalen, althans eenmaal, (kind 1) (als baby van ongeveer 3 maanden oud) heen en weer heeft geschud en/of een maxicosi, waarin die pasgeboren kind 2. lag, rond geslingerd en/of heen en weer geschud terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; 3. hij in of omstreeks de periode van 01 oktober 2000 tot en met 6 mei 2008 te Enschede meermalen, althans eenmaal, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan een persoon, zijn verdachtes, (echtgenote), opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet meermalen, althans eenmaal, (met kracht) op de grond heeft gegooid en/of gesmeten en/of de keel van die (echtgenote) heeft dichtgedrukt en/of dichtgeknepen en/of in/tegen het gezicht, althans het lichaam van die (echtgenote) heeft gestompt en/of geslagen en/of geschopt en/of getrapt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 3 geen veroordeling mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat hij in of omstreeks de periode van 01 oktober 2000 tot en met 6 mei 2008 te Enschede, meermalen, althans eenmaal, opzettelijk mishandelend zijn, verdachtes, (echtgenote), meermalen, althans eenmaal, (met kracht) de keel heeft dichtgeknepen en/of dichtgedrukt en/of op de grond heeft gegooid en/of gesmeten en/of in/tegen het gezicht, althans het lichaam, heeft gestompt en/of geslagen en/of geschopt en/of getrapt waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden; 4. hij in of omstreeks de periode van 28 april 2000 tot en met 06 mei 2008 te Enschede, meermalen, althans eenmaal, opzettelijk mishandelend zijn kind(eren), (kind 1 en/of kind 2). meermalen, althans eenmaal, (met kracht) heeft gestompt en/of geslagen, waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden; 5. hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 mei 2000 tot 31 januari 2008, in de gemeente Enschede, meermalen, althans eenmaal, (telkens) door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) zijn, verdachtes, (echtgenote), heeft gedwongen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestond(en) of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die (echtgenote), hebbende hij, verdachte, (telkens) zijn penis in de vagina van die (echtgenote) geduwd/gebracht/(door)gedrukt, bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld en/of die andere feitelijkhe(i)d(en) (telkens) hierin dat verdachte - een dominante en/of bedreigende houding aannam ten opzichte van die (echtgenote) en/ althans als man een fysiek en/of psychisch overwicht over die (echtgenote) had en/of - de anticonceptiepil van die (echtgenote) weggooide en/of verstopte - die (echtgenote) (met kracht) aan/bij haar arm(en) heeft gepakt/getrokken en/of - (vervolgens) die (echtgenote) (met kracht) (op haar rug) op het bed heeft geduwd/gedrukt/gegooid en/of - (vervolgens) op het/de (be(n)e(n) van, althans (boven)op, die (echtgenote) is gaan zitten en/of - (vervolgens) de (onder)broek van die (echtgenote) naar beneden heeft getrokken en/of - (vervolgens) de benen van die (echtgenote) (met kracht) uit elkaar heeft geduwd/getrokken en/of - (vervolgens) op die (echtgenote) is gaan liggen en/of - (vervolgens) (met kracht) de schouder(s) van die (echtgenote) heeft vastgepakt en/of - (vervolgens) (met kracht) zijn penis in de vagina van die (echtgenote) heeft geduwd/gedrukt en/of doorgedrukt en/of is klaargekomen, terwijl die (echtgenote) zich (telkens) tegen hem, verdachte, heeft verzet en/of (telkens) te kennen heeft gegeven dat zij geen sex wilde, althans geen kind(eren) meer wilde en/of (telkens) huilde en/of schreeuwde dat hij, verdachte, - zakelijk weergegeven - op moest houden; 6. hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 mei 2000 tot 31 januari 2008 te Enschede en/of het land Mexico, meermalen, althans eenmaal, zijn, verdachtes, kinderen, genaamd kind 1 en/of kind 2, heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft hij, verdachte, - een (van zijn) kind(eren) bij de enkel(s) gepakt en/of (dreigend) boven aan de trap en/of (dreigend) boven het trapgat gehouden, en/of, - zijn (echtgenote) en/of kind 1 en/of kind 2. opzettelijk dreigend de woorden toegevoegd, nadat hij, verdachte, (met kracht) een mes in een pizzadoos, althans een voorwerp, had gestoken - "als het niet zo gaat als ik wil dan doe ik dat met jullie", en/of - zijn (echtgenote) en/of kind 1 en/of kind 2 opzettelijk dreigend de woorden toegevoegd, - zakelijk weergegeven - dat hij hen zou vermoorden, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking; Gezien de stukken; Gelet op het onderzoek ter terechtzitting; Gehoord de vordering van de officier van justitie; Gelet op de verdediging door en namens verdachte gevoerd; De rechtbank heeft de in de tenlastelegging begane kennelijke schrijffouten verbeterd in de bewezenverklaring. Verdachte wordt daardoor in zijn verdediging niet geschaad. De rechtbank overweegt voor wat betreft de ontvankelijkheid van het openbaar ministerie met betrekking tot feit 6 dat er sprake is van verjaring en wel voor de periode gelegen vóór 6 mei 2002. Met betrekking tot de onder 3 en 4 tenlastegelegde mishandelingen overweegt de rechtbank dat, nu hier telkens de specifieke bepalingen van artikel 304 Wetboek van Strafrecht zijn tenlastegelegd, de verjaringstermijn 12 jaar bedraagt (zie aantekening 3 van prof. mr. A.J. Machielse in NLR bij artikel 70 Wetboek van Strafrecht). De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan verdachte sub 1 primair en sub 3 primair is tenlastegelegd, zodat hij daarvan behoort te worden vrijgesproken. De rechtbank is door de inhoud van wettige bewijsmiddelen – die in de gevallen waarin de wet aanvulling van dit (verkorte) vonnis met de bewijsmiddelen vereist, in een aan dit vonnis te hechten bijlage zullen worden opgenomen – waarop na te melden beslissing steunt, tot de overtuiging gekomen en acht wettig bewezen dat verdachte het sub 1 subsidiair, het sub 2, sub 3 subsidiair, sub 4, sub 5 en sub 6 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat: 1. hij in de periode van 28 juli 2000 tot 1 oktober 2000 te Enschede ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan zijn (echtgenote), opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet die (echtgenote) met kracht bij de keel heeft gegrepen en die (echtgenote) op de grond heeft gegooid en op die (echtgenote) is gaan zitten en met kracht de keel van die (echtgenote) heeft dichtgedrukt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; 2. hij in de periode van 28 april 2000 tot en met 15 september 2003 te Enschede, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan zijn, verdachtes, kinderen genaamd kind 1 en kind 2, opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet die (kind 1) (als baby van ongeveer 3 maanden oud) heen en weer heeft geschud en een maxicosi, waarin die pasgeboren (kind 2) lag, heen en weer heeft geschud terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid; 3. hij in de periode van 1 oktober 2000 tot en met 6 mei 2008 te Enschede, meermalen, opzettelijk mishandelend zijn (echtgenote), in het gezicht en tegen het lichaam heeft geslagen en tegen het lichaam heeft geschopt, waardoor zij pijn heeft ondervonden; 4. hij in de periode van 28 april 2000 tot en met 6 mei 2008 te Enschede, meermalen, opzettelijk mishandelend zijn kinderen, genaamd kind 1 en kind 2, met kracht heeft geslagen, waardoor deze pijn hebben ondervonden; 5. hij op tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 mei 2000 tot 31 januari 2001, in de gemeente Enschede, meermalen, telkens door geweld en andere feitelijkheden zijn, verdachtes, (echtgenote), heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die (echtgenote), hebbende hij, verdachte, telkens zijn penis in de vagina van die (echtgenote) gebracht/doorgedrukt, bestaande dat geweld en die andere feitelijkheden hierin dat verdachte - een dominante en bedreigende houding aannam ten opzichte van die (echtgenote) en als man een fysiek en psychisch overwicht over die (echtgenote) had en/of - die (echtgenote) met kracht bij haar armen heeft gepakt en/of - vervolgens die (echtgenote) met kracht op het bed heeft gedrukt en/of - op die (echtgenote) is gaan zitten en/of - vervolgens de broek van die (echtgenote) naar beneden heeft getrokken en/of - vervolgens de benen van die (echtgenote) met kracht uit elkaar heeft geduwd/getrokken en/of - op die (echtgenote) is gaan liggen en/of - met kracht de schouders van die (echtgenote) heeft vastgepakt en - vervolgens met kracht zijn penis in de vagina van die (echtgenote) heeft gedrukt en doorgedrukt en is klaargekomen, terwijl die (echtgenote) zich telkens tegen hem, verdachte, heeft verzet en telkens te kennen heeft gegeven dat zij geen sex wilde en telkens huilde en/of schreeuwde dat hij, verdachte, - zakelijk weergegeven - op moest houden; 6. hij op tijdstippen in of omstreeks de periode van 6 mei 2002 tot 31 januari 2008 te Enschede en het land Mexico, zijn (echtgenote) en/of zijn, verdachte’s, kinderen, genaamd kind 1 en kind 2, heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, immers heeft hij, verdachte, - een (van zijn) kind(eren) bij de enkels gepakt en dreigend boven het trapgat gehouden, en - zijn. (echtgenote) en kind 1 en kind 2 opzettelijk dreigend de woorden toegevoegd, nadat hij, verdachte, (met kracht) een mes in een pizzadoos had gestoken - "als het niet zo gaat als ik wil dan doe ik dat met jullie", en - zijn (echtgenote) en kind 1 en kind 2 opzettelijk dreigend de woorden toegevoegd, - zakelijk weergegeven - dat hij haar en de kinderen zou vermoorden; Tot deze beslissing geven reden de in die bewijsmiddelen voorkomende feiten en omstandigheden, waarbij de inhoud van die bewijsmiddelen telkens alleen is gebezigd tot bewijs van het tenlastegelegde feit, waarop deze inhoud in het bijzonder betrekking heeft. De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is tenlastegelegd, zodat hij daarvan behoort te worden vrijgesproken. Het bewezen verklaarde levert op: wat betreft sub 1 subsidiair het misdrijf: "Poging tot zware mishandeling", strafbaar gesteld bij artikel 302 juncto artikel 45 van het Wetboek van Strafrecht; wat betreft sub 2 het misdrijf: "Poging tot zware mishandeling, terwijl de schuldige het misdrijf begaat tegen zijn kind”, meermalen gepleegd, strafbaar gesteld bij artikel 302 juncto de artikelen 45 en 304 van het Wetboek van Strafrecht; wat betreft sub 3 subsidiair het misdrijf: "Mishandeling, terwijl de schuldige het misdrijf begaat tegen zijn (echtgenote)" meermalen gepleegd, strafbaar gesteld bij artikel 300 juncto artikel 304 van het Wetboek van Strafrecht; wat betreft sub 4 het misdrijf: "Mishandeling, terwijl de schuldige het misdrijf begaat tegen zijn kind”, meermalen gepleegd, strafbaar gesteld bij artikel 300 juncto artikel 304 van het Wetboek van Strafrecht; wat betreft sub 5 het misdrijf: "Verkrachting" meermalen gepleegd, strafbaar gesteld bij artikel 285 van het Wetboek van Strafrecht; wat betreft sub 6 het misdrijf: "Bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht" meermalen gepleegd, strafbaar gesteld bij artikel 285 van het Wetboek van Strafrecht; De verdachte is strafbaar, aangezien niet is gebleken van een zijn strafbaarheid uitsluitende omstandigheid. De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 4 jaren, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, proeftijd 2 jaren, met als bijzondere voorwaarde: toezicht reclassering ook als dat inhoudt een behandeling bij Mediant of de Tender. De rechtbank overweegt wat de straf betreft, dat op grond van de aard van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd en de persoon van verdachte, zoals één en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, aan verdachte de straf behoort te worden opgelegd, zoals deze hierna zal worden bepaald, waarbij nog het volgende is overwogen: Verdachte heeft zich gedurende meerdere jaren niet alleen schuldig gemaakt aan verbaal geweld jegens zijn gezin, hij heeft ook daadwerkelijk agressieve delicten jegens die gezinsleden gepleegd. Verdachte heeft ook getracht zijn (echtgenote) zwaar te mishandelen en hij heeft haar bovendien meerdere keren mishandeld en bedreigd. Ook heeft hij haar meerdere keren verkracht. Verdachte heeft dusdoende ernstig inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit van zijn (echtgenote). Hij heeft op geen enkele wijze rekening gehouden met de ernstige gevolgen die zijn daden voor haar zouden kunnen hebben. De rechtbank heeft bij de straftoemeting rekening gehouden met de brute wijze waarop verdachte die feiten jegens haar heeft gepleegd. De rechtbank heeft ook bewezen verklaard, dat de verdachte meermalen zijn nog zeer jeugdige kinderen gepoogd heeft zwaar te mishandelen, daadwerkelijk heeft mishandeld en ook heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht. Die feiten rekent de rechtbank verdachte ook ernstig aan. De ervaring leert dat slachtoffers van zowel zeden- als geweldsmisdrijven daarvan nog lange tijd de psychisch nadelige gevolgen kunnen ondervinden. Zo blijkt uit de schriftelijke slachtofferverklaring van aangeefster dat zij tijdens haar huwelijk voornamelijk in angst heeft geleefd. Zij probeert zich groot te houden voor haar kinderen, maar van binnen is zij kapot door het verdriet en de pijn die haar is aangedaan. De bijzondere ernst van de bewezen verklaarde feiten rechtvaardigt in beginsel een langdurige gevangenisstraf, waarbij de rechtbank ook rekening heeft gehouden met de omstandigheid dat de onder 1, 2, 3 en 5 bewezen verklaarde feiten meerdere jaren geleden zijn gepleegd. Omtrent verdachte zijn twee Pro Justitia rapporten uitgebracht, te weten: Het Pro Justitia rapport d.d. 5 augustus 2008, opgemaakt door de klinisch psycholoog drs. X. De deskundige verklaart, zakelijk weergegeven, onder meer: Bij betrokkene is sprake van een ziekelijk stoornis/gebrekkige ontwikkeling van zijn geestvermogens. Betrokkene is een psychisch zeer kwetsbare man, bij wie sprake is van een persoonlijkheidsstoornis. Verder is sprake van een aanpassingsstoornis. Genoemde ziekelijke stoornis beïnvloedde betrokkene’s gedragskeuzes c.q. gedragingen ten tijde van het tenlastegelegde zodanig dat het tenlastegelegde daaruit mede verklaard kan worden. Als betrokkene en zijn vrouw bij elkaar blijven en betrokkene niet behandeld zou worden is er kans op recidive. Daarbij dient in ogenschouw te worden genomen het onvoldoende vermogen om zich onder stress te controleren waardoor hij dan tot impulsief en grensoverschrijdend agressief gedrag kan komen. Het pro Justitia rapport d.d. 29 oktober 2008, opgemaakt door de forensisch psychiater dr. Y. De deskundige verklaart, zakelijk weergegeven, onder meer: Betrokkene is lijdende aan een persoonlijkheidsstoornis NAO. Tevens is in deze periode bijkomend nog sprake van een stress-bepaalde aanpassingsstoornis met gemengd emotioneel-gedragsmatige dysfunktie. Dit was ook zo ten tijde van het plegen van het tenlastegelegde. Hij wordt dan ook ten aanzien van het tenlastegelegde als verminderd toerekeningsvatbaar aangemerkt. Voorgesteld wordt om betrokkene onder bijzondere voorwaarden een juridisch gedwongen behandeling en begeleiding op te leggen ter zake van zijn persoonlijkheids- en relatieproblematiek in een daartoe geëigende forensisch psychiatrisch instituut, zoals bijvoorbeeld De Tender. De rechtbank neemt de conclusie van deze deskundige over en maakt die tot de hare. Bij de vaststelling van na te melden straf heeft de rechtbank ook acht geslagen op de inhoud van de drie rapporten van de reclassering Nederland, te weten: Het vroeghulp interventierapport d.d. 9 mei 2008, opgemaakt door Z.van de reclassering Nederland. Het voorlichtingsrapport d.d. 28 juli 2008, opgemaakt door Z, voornoemd. Het adviesrapport d.d. 18 november 2008, opgemaakt door W. van de reclassering Nederland. Gelet op het bovenstaande en ter norminprenting, is naar het oordeel van de rechtbank, een (gecombineerde) gevangenisstraf als na te melden, een passende straf. De rechtbank heeft daarbij ook rekening gehouden met de nieuwe Wet voorwaardelijke invrijheidstelling. De na te melden straf is gegrond, behalve op voormelde artikelen, op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 14d, 27 en 57 van het Wetboek van Strafrecht. R E C H T D O E N D E: Verklaart het openbaar ministerie met betrekking tot feit 6 voor wat betreft de periode tot 6 mei 2002 niet-ontvankelijk in het recht tot strafvervolging. Verklaart niet bewezen wat aan verdachte sub 1 primair en sub 3 primair is tenlastegelegd en spreekt hem daarvan vrij. Verklaart bewezen, dat het sub 1 subsidiair, sub 2, sub 3 subsidiair, sub 4 tot en met sub 6 tenlastegelegde zoals boven omschreven door verdachte is begaan. Verstaat, dat het aldus bewezen verklaarde oplevert de strafbare feiten zoals hierboven vermeld. Verklaart verdachte strafbaar. Veroordeelt verdachte ter zake daarvan tot een gevangenisstraf voor de tijd van dertig (30) maanden. Beveelt dat van de gevangenisstraf een gedeelte groot zes (6) maanden niet zal worden tenuitvoergelegd, tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten, op de grond dat de veroordeelde zich voor het einde van een proeftijd, die hierbij op twee jaren wordt bepaald, aan een strafbaar feit schuldig heeft gemaakt, of gedurende de proeftijd de hierna te melden bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd. Stelt als bijzondere voorwaarde: De veroordeelde moet zich gedurende de proeftijd gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen hem te geven door of namens de Reclassering Nederland, arrondissement Almelo, ook wanneer de aanwijzingen zullen inhouden dat de veroordeelde zich ambulant moet laten behandelen in een kliniek (zoals bijv. De Tender) en met opdracht aan die instelling ingevolge artikel 14d van het Wetboek van Strafrecht. Beveelt dat de tijd, die de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de hem opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht. Verklaart niet bewezen wat aan de verdachte sub 1 subsidiair, sub 2, sub 3 subsidiair, sub 4 tot en met sub 6 meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt hem daarvan vrij; Aldus gewezen door mr. Stoové, voorzitter, mr. Bloebaum en mr. Stam, rechters, in tegenwoordigheid van Feijer, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting op 5 december 2008.