
Jurisprudentie
BG6700
Datum uitspraak2008-12-03
Datum gepubliceerd2008-12-12
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamRechtbank Maastricht
Zaaknummers133338 / HA RK 08-308
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2008-12-12
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamRechtbank Maastricht
Zaaknummers133338 / HA RK 08-308
Statusgepubliceerd
Indicatie
- machtiging RC faillissementen aan curator tot ontslag personeel na faillissement
- opzegverbod tijdens ziekte
- bezwaar ex artikel 67 Faillissementswet
- overgang onderneming/beëindiging werkzaamheden gefailleerde stichting.
Uitspraak
RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Civiel
Datum uitspraak : 3 december 2008
Zaaknummer : 133338 / HA RK 08-308
De enkelvoudige kamer, belast met de behandeling van burgerlijke zaken, heeft de navolgende beschikking gegeven
inzake
[Naam appellante],
wonende te [woonplaats],
appellante,
advocaat mr. R.J.F.H. Weerts (toevoeging);
? Het verloop van de procedure
Appellante, [naam appellante], heeft bij verzoekschrift van 16 september 2008 - tijdig - hoger beroep ingesteld tegen de beschikking van de rechter-commissaris in het faillissement van de Stichting Zwerfjongeren Limburg (hierna te noemen: "SZL") d.d. 11 september 2008, waarbij voornoemde rechter-commissaris aan mr. J.J.Th. Paulissen (curator in het faillissement van SZL) machtiging verleende om de arbeidsovereenkomst tussen [Appellante] en SZL tegen de vroegst mogelijke datum op te zeggen.
Vervolgens heeft de rechtbank de behandeling van het verzoekschrift bepaald.
Op 26 november 2008 heeft de mondelinge behandeling van het verzoekschrift plaatsgevonden. Ter terechtzitting hebben [Appellante] - bij monde van haar advocaat - en de curator hun standpunten toegelicht.
Na afloop van de behandeling heeft de rechtbank de datum van de uitspraak bepaald op heden.
? Het geschil
Het gaat in de onderhavige zaak om het volgende:
- [Appellante] was ten tijde van het faillissement van SZL op 9 september 2008 reeds lange tijd ongeschikt om de overeengekomen arbeid te verrichten en was dat op het moment van het indienen van het beroepschrift nog steeds;
- ingevolge artikel 7:670b lid 2 van het Burgerlijk Wetboek (BW) geniet een zieke werknemer in beginsel geen ontslagbescherming wegens ziekte, wanneer sprake is van beëindiging van de werkzaamheden van de onderneming dan wel een onderdeel waarin de werknemer uitsluitend of in hoofdzaak werkzaam is;
?- SZL vormde een onderdeel van de Stichting Koraal Groep;
?- uit het persbericht dat de Koraal Groep op 10 september 2008 op haar website heeft geplaatst blijkt dat de werkgelegenheid van een deel van de medewerkers van SZL direct in gevaar was en dat de dienstverlening van SZL werd ondergebracht bij de Stichting Gastenhof, een ander onderdeel van de Koraal Groep;
?-dat persbericht maakte er tevens melding van dat tenminste 23 medewerkers van SZL werkgelegenheid hadden gevonden bij de Stichting Gastenhof;
?- volgens jurisprudentie op dit punt wordt het ontslagverbod tijdens ziekte niet opgeheven wanneer de activiteiten, weliswaar verminderd, elders worden ondergebracht: er is dan de facto geen sprake van beëindiging van de werkzaamheden;
?- gelet op het vorenstaande kan niet worden gesproken van een beëindiging van de werkzaamheden van het onderdeel van de onderneming, waardoor het ontslagverbod tijdens ziekte blijft gelden.
[Appellante] heeft op grond van het vorenstaande verzocht voormelde beschikking van de rechter-commissaris te vernietigen en te beslissen dat [Appellante] wegens ziekte ontslagbescherming geniet, waardoor de door de curator gedane opzegging nietig is en de arbeidsovereenkomst mitsdien intact blijft.
? De beoordeling
3.1
Niet in geschil is dat SZL op 9 september 2008 in staat van faillissement werd verklaard, met benoeming van mr. Paulissen voornoemd tot curator, en dat door dat faillissement de werkzaamheden van SZL in principe werden beëindigd.
3.2
Tijdens de behandeling van het beroep ter terechtzitting heeft voornoemde curator onweersproken verklaard dat slechts een deel van de werkzaamheden van SZL - en dat dan ook nog slechts in zeer afgeslankte vorm - is "opgepakt" door de Stichting Gastenhof.
Naar de rechtbank ter zitting van voornoemde curator heeft begrepen is daarbij ook slechts een beperkt deel van de oorspronkelijke werknemers van SZL in dienst gekomen van de Stichting Gastenhof.
3.3
Nu het vorenstaande ter terechtzitting door [Appellante] niet gemotiveerd is weersproken kan de rechtbank dan ook niet anders begrijpen dan dat de werkzaamheden van SZL in de oorspronkelijke vorm zijn beëindigd en niet door een andere rechtpersoon in vergelijkbare zin zijn voortgezet. Van een overgang van een economische eenheid - de activiteiten van SZL - die haar identiteit - bij de Stichting Gastenhof - heeft behouden, is de rechtbank dan ook niet gebleken.
3.4
Een en ander brengt met zich dat er geen sprake is van voortzetting van de onderneming van SZL, en dat op grond van het bepaalde in artikel 7:670b lid 2 BW het opzegverbod van een zieke werknemer in casu dan ook niet van toepassing is.
3.5
Het vorenstaande brengt met zich dat het verzoek de beschikking van de rechter-commissaris te vernietigen dient te worden afgewezen, evenals het verzoek te beslissen dat [Appellante] wegens ziekte ontslagbescherming geniet, waardoor de door de curator gedane opzegging nietig is.
? De beslissing
De rechtbank:
wijst af:
?- het verzoek van [Appellante] tot vernietiging van de beschikking van de rechter-commissaris in het faillissement van SZL van 11 september 2008, bij welke beschikking die rechter-commissaris aan de curator in het faillissement van SZL machtiging verleende de arbeidsovereenkomst tussen [Appellante] en SZL tegen de vroegst mogelijke datum op te zeggen;
?- het verzoek van [Appellante] te beslissen dat zij wegens ziekte ontslagbescherming geniet, en dat de door de curator gedane opzegging van de arbeidsovereenkomst derhalve nietig is.
Deze beschikking is gegeven door J.F.W. Huinen, rechter, en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier.
PZ