Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BH1939

Datum uitspraak2009-01-21
Datum gepubliceerd2009-02-04
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Almelo
Zaaknummers72574 / HA ZA 05-717
Statusgepubliceerd


Indicatie

Factoring-dienstverlening; vertegenwoordiging; onverschuldigde betaling.


Uitspraak

vonnis RECHTBANK ALMELO Sector civiel recht Zaaknummer: 72574 / HA ZA 05-717 datum vonnis: 21 januari 2009 (m) Vonnis van de rechtbank Almelo, meervoudige kamer voor burgerlijke zaken, in de zaak van: 1. de onderlinge waarborgmaatschappij Onderlinge Waarborgmaatschappij MENZIS ZORGVERZEKERAAR U.A., statutair gevestigd te Zwolle, als rechtsopvolger onder algemene titel van de onderlinge waarborgmaatschappij Onderlinge Waarborgmaatschappij AMICON ZORGVERZEKERAAR ZIEKENFONDS U.A., statutair gevestigd te Wageningen, 2. de onderlinge waarborgmaatschappij Onderlinge Waarborgmaatschappij MENZIS PARTICULIER U.A., statutair gevestigd te Zwolle, eiseressen in conventie, verweersters in reconventie, advocaat mr. T.J. van Drooge, tegen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid DFA SERVICE B.V., statutair gevestigd te Meppel, gedaagde in conventie, eiseres in reconventie, advocaat mr. E.M.M. van de Loo, Partijen zullen hierna Amicon en DFA genoemd worden. 1. Het verdere procesverloop 1.1. In deze zaak is op 21 maart 2007 een tussenvonnis gewezen. Voor wat betreft het procesverloop verwijst de rechtbank naar dat tussenvonnis. 1.2. Naar aanleiding van genoemd tussenvonnis heeft Amicon bij brief d.d. 30 mei 2007 stukken in het geding gebracht. 1.3. Op 14 juni 2007 heeft aan de zijde van Amicon een getuigenverhoor plaatsgevonden, waarvan proces-verbaal is opgemaakt. 1.4. Bij brief d.d. 24 september 2007 heeft Amicon stukken in het geding gebracht. 1.5. Op 10 oktober 2007 heeft aan de zijde van Amicon voortzetting van het getuigenverhoor plaatsgevonden, waarvan proces-verbaal is opgemaakt. 1.6. Op 17 april 2008 heeft aan de zijde van Amicon voortzetting van het getuigenverhoor plaatsgevonden, waarvan proces-verbaal is opgemaakt. Op dezelfde dag heeft tevens een getuigenverhoor aan de zijde van DFA plaatsgevonden, waarvan proces-verbaal is opgemaakt. 1.7. Amicon heeft geconcludeerd na enquête. 1.8. DFA heeft geconcludeerd na enquête. 1.9. Amicon heeft een akte uitlating producties genomen. 1.10. Partijen hebben vonnis gevraagd, welk vonnis is bepaald op heden. 2. De verdere beoordeling van het geschil en de motivering van de beslissing in conventie en in reconventie: 2.1. De rechtbank neemt hier over hetgeen zij heeft overwogen en beslist in haar vonnis van 21 maart 2007. 2.2. Bij genoemd tussenvonnis heeft de rechtbank Amicon in de gelegenheid gesteld te bewijzen dat DFA jegens haar toerekenbaar tekortgeschoten is in de nakoming van de overeenkomst. Voorts heeft de rechtbank daarbij overwogen dat Amicon onder meer zal moeten bewijzen, dat: • DFA tekort is geschoten jegens Amicon bij de uitvoering van de overeenkomst door de tandartsdeclaraties niet conform de overeengekomen lay-out aan Amicon aan te leveren; • Amicon door toedoen van DFA tandartsen ten onrechte dubbel bevoorschot heeft; • Amicon door toedoen van DFA niet heeft kunnen verrekenen met de tandartsen. 2.3. Aan de zijde van Amicon zijn de volgende getuigen gehoord: • mevrouw W.J. X, twintig jaar in dienst geweest bij Amicon, 15 jaar teammanager geweest, thans niet meer werkzaam bij Amicon; • de heer C.R. Y, als functioneel beheerder ingehuurd door Amicon in de periode van september 2000 tot augustus 2004 om IT problemen op te lossen; • de heer Z, afdelingshoofd van de afdeling declaratiezorgverleners bij Amicon; per 1 januari 2001 uit dienst bij Amicon; • de heer A.G.M. D, accountmanager tandheelkunde bij Amicon; • mevrouw M.M.M. F, van juli 1986 tot 2004 administratief medewerkster op de afdeling tandheelkunde/natura bij Amicon, thans functioneel beheerder bij Menzis; • de heer A.W. H, tandarts; • de heer G. B, vanaf juni 1996 tot begin 2002 in actieve dienst bij DFA; in de periode 2000/2001 hoofd ICT bij DFA; • mevrouw H.A. E vanaf 1995 tot oktober 2003 of 2004 relatiebeheerder voor de tandartsen in het Amicongebied bij DFA, thans relatiemanager bij Achmea; • de heer J.P.M. V, tandarts. 2.4. Aan de zijde van DFA is de volgende getuige gehoord: • de heer P.G. Schoorlemmer, vanaf 15 mei 2000 tot en met 31 mei 2007 in dienst bij DFA geweest; in de periode dat de problemen speelden was hij hoofd afdeling financiën en debiteurenbeheer. Is DFA tekort geschoten jegens Amicon bij de uitvoering van de overeenkomst door de tandartsdeclaraties niet conform de overeengekomen lay-out aan Amicon aan te leveren? 2.5. De rechtbank komt tot de conclusie dat DFA de tandartsdeclaraties conform de overeengekomen lay-out aan Amicon heeft aangeleverd. Uit de getuigenverklaringen blijkt immers dat partijen met ‘conform de overeengekomen lay-out’ hebben bedoeld dat DFA conform de zogenaamde landelijke VECTIS-standaard de tandartsdeclaraties diende aan te leveren en dat DFA overeenkomstig die zogenaamde landelijke VECTIS-standaard de tandartsdeclaraties heeft aangeleverd. De heer Govers heeft in dit kader verklaard: “Er bestaat een zogenaamde vektisstandaard. Dat is een landelijke standaard waar veel verzekeraars en zorgverleners mee werken. (…) Ik denk dat DFA ook met die vektisstandaard gewerkt heeft.” De heer D heeft in dit kader verklaard: “Het was voor ons een verrassing dat de tandarts zijn declaratie in 2 bestanden aan DFA aanleverde. Het ene bestand betrof ziekenfondsverzekerdenverrichtingen conform de EI standaard. Het andere bestand betrof de verrichtingen die daar niet ondervielen. (…) De EI standaard staat gelijk aan de zogenaamde vectisstandaard. In die periode werd driftig gebruik gemaakt van die standaard.” De heer H heeft in dit kader verklaard: “In de periode 1999 / 2000 leverde ik mijn declaraties bij DFA aan. Dit was een idee vanuit Amicon om de declaraties via DFA te laten lopen. Ik werkte toen al met standaard software met de zogenaamde vektisch-standaard. Ik ben toen niet met andere software gaan werken. (…) Op de regels vulde ik mijn verrichtingen in. De software zorgde ervoor dat automatisch in de kolommen achter de verrichting werd aangegeven of het een verrichting was die onder de hoofdverzekering viel of onder een aanvullende verzekering.” De heer B heeft in dit kader verklaard: “Ik heb het contract gezien dat tussen Amicon en DFA is afgesloten. De rechter-commissaris leest mij artikel 5 lid 2 voor van genoemde overeenkomst, productie 2 bij dagvaarding. In dat artikel wordt afgesproken dat DFA een declaratie conform de overeengekomen lay-out van verzekerde en onverzekerde verrichtingen bij Amicon moet aanleveren. Ik zeg dat dat klopt. Er wordt hier gerefereerd aan de zogenaamde vektis lay-out. Dat is logisch want dat is de landelijke standaard. Bij mijn weten heeft DFA volgens die lay-out de declaraties aangeleverd.” Mevrouw E heeft in dit kader verklaard: “De rechter-commissaris leest mij artikel 5 lid 2 van de overeenkomst tussen Amicon en DFA voor. Daarin staat dat DFA voor elke tandarts een declaratie conform de overeengekomen lay-out van verzekerde en onverzekerde verrichtingen bij Amicon aanlevert. Dit zegt niets over gesplitst aanleveren. Dit artikel geeft aan dat DFA conform de landelijke lay-out declaraties dient aan te leveren. Dat is ook zo gebeurd.” De heer Schoorlemmer heeft in dit kader verklaard: “De tandartsen leverden ons de bestanden aan volgens de landelijke Vectis lay-out. Deze lay-out is misschien nog wel één keer landelijk veranderd. De rechter vraagt mij of dit de lay-out is die bedoeld is in artikel 5 lid 2 van de overeenkomst. Ik zeg dat dat zo is. Dit was ook dezelfde lay-out waar we destijds met Amicon Enschede mee werkten.” 2.6. De rechtbank komt tot de conclusie dat DFA in dit kader niet tekort is geschoten jegens Amicon. Heeft Amicon door toedoen van DFA tandartsen ten onrechte dubbel bevoorschot? 2.7. Amicon heeft in sub 1.5 van haar conclusie na enquête benadrukt dat het Amicon niet (meer) gaat om dubbel betaalde voorschotten, maar uitsluitend om volledig bevoorschotte declaraties, waarvan na het opstellen van de eindafrekening volgens Amicon duidelijk is geworden dat deze niet volledig voor vergoeding in aanmerking kwamen. Amicon heeft in dit kader gewezen op de verklaring van mevrouw X. Amicon heeft bij dagvaarding haar vordering wel gebaseerd op dubbele bevoorschotting. Amicon heeft haar vordering niet op grond van deze wijziging verminderd. Heeft Amicon door toedoen van DFA niet kunnen verrekenen met de tandartsen? 2.8. Naar het oordeel van de rechtbank is het in deze procedure niet komen vast te staan dat Amicon door toedoen van DFA niet heeft kunnen verrekenen met de tandartsen. Uit alle getuigenverklaringen en in het geding gebrachte (email-)correspondentie is het de rechtbank duidelijk geworden dat er tal van problemen zijn geweest: • de verhuizing van de declaratieadministratie van Enschede naar Wageningen; • euro-guldenverwisseling; • problemen bij Amicon in haar computersysteem; • AV/HV verwisseling; • Mikado-uitval bij digitaal ingediende declaraties en vergelijkbare problemen bij retourbestanden; • Overige problemen met de retourbestanden en de afrekenspecificaties. de verhuizing van de declaratieadministratie van Enschede naar Wageningen 2.9. De verhuizing van de declaratieadministratie van Enschede naar Wageningen veroorzaakte een groot probleem, omdat in Wageningen de declaraties op twee verschillende afdelingen werden verwerkt, terwijl in Enschede de declaraties op één afdeling werd verwerkt. In Wageningen was er een afdeling voor de zogenaamde HV-verrichtingen (de Hoofd-Verzekerde verrichtingen, die vallen onder de Ziekenfondswet) en een afdeling voor de zogenaamde AV-verrichtingen (de Aanvullende Verzekerde verrichtingen). In het kader van deze verhuizing hebben Amicon en DFA afspraken gemaakt over de wijze van aanlevering door DFA. De bedoeling was dat DFA de declaraties gesplitst ging aanleveren. Deze splitsing hield in dat DFA een bestand ging maken voor de AV-afdeling en bestand voor de HV-afdeling. Dit heeft zij een tijdje gedaan, te weten in de periode april-mei 2000. Daarna is DFA op verzoek van Amicon gestopt met het gesplitst aanleveren van de facturenadministratie. Dit blijkt uit het emailbericht van de heer B van DFA aan de heer Boltze van Amicon d.d. 9 juni 2000, productie 9 bij conclusie na enquête. Dit blijkt tevens uit de notitie “Aanscherpen afspraken m.b.t. het verzenden van declaraties door DFA service.”, bijlage bij eerder genoemd emailbericht, waarin het volgende staat: “Uitgangspunten 1. De tandarts/orthodontist is verantwoordelijk voor een correcte aanlevering van de declaratie. 2. Nieuwe declaraties (declaraties die nu nog niet door DFA service verstuurd zijn) worden niet meer gesplitst door DFA service.” De heer Boltze heeft per email op 23 juni 2000 gereageerd op het emailbericht van de heer B en op de hierboven genoemde notitie en heeft toen medegedeeld dat hij akkoord is. Het is de rechtbank gebleken dat het computerprogramma dat de tandartsen gebruikten automatisch de splitsing maakte in AV of HV. In deze procedure leek de discussie zich daarop toe te spitsen. Het leek alsof Amicon en DFA in discussie met elkaar waren of de tandartsen of DFA die splitsing dienden te realiseren. Na de getuigenverhoren is het de rechtbank gebleken dat de discussie daar niet om ging, maar om de gesplitste aanlevering van de declaraties, een bestand met HV-verrichtingen en een bestand met AV-verrichtingen. Of een verrichting HV of AV was, werd bepaald door de invoer van die verrichting door de tandarts in het computersysteem. Amicon heeft een generaal pardon afgegeven voor de periode van januari tot december 2000. De discussie over het gesplitst aanleveren van de declaraties door DFA speelde derhalve in de periode waarvoor Amicon het generaal pardon heeft afgegeven. Uit de getuigenverklaringen en de in het geding gebrachte correspondentie is niet gebleken dat Amicon na december 2000 DFA verzocht heeft om de declaraties gesplitst aan te leveren. euro-guldenverwisseling 2.10. Bij de invoering van de euro zijn er fouten gemaakt, omdat guldens en euro’s met elkaar verwisseld werden. Deze verwisseling heeft tot problemen geleid. Het is de rechtbank niet gebleken dat DFA in deze toerekenbaar tekort is geschoten. Zulks is niet gesteld, noch gebleken. De heer D heeft in dit kader verklaard: “Er zaten fouten in onze retourbestanden van Amicon naar DFA. We zijn toen eerst intern gaan kijken. Op dat moment speelde de gulden/euroconversie en de integratie van de verschillende bedrijfsonderdelen. Het gulden/euroconversieprobleem hebben we volgens mij opgelost en ten aanzien van de integratie van de verschillende bedrijfsonderdelen kan ik nu op dit moment niet iets oproepen.” Mevrouw Fraaije –Van Ewijk heeft in dit kader verklaard: “In die periode speelde ook de omzetting van de gulden naar de euro. Dat liep ook niet helemaal lekker.” De heer Schoorlemmer heeft in dit kader verklaard: “In 2002 speelde ook het probleem van de gulden en de euro. Ook daar werden fouten mee gemaakt. De valutacodes werden verwisseld. Wij zagen dan bijvoorbeeld dat er een bedrag was gefactureerd van FL. 20.000,-- en we zagen dan in het bestand van EUR 20.000,-- terugkomen. Ons systeem sloeg op hol.” Het probleem wordt aangekaart in de emailwisseling, overgelegd als productie 12e bij repliek in conventie, tevens antwoord in reconventie. “Dat in bestanden euro/gulden verwisselingen zijn geconstateerd Het bestand is door Amicon aangeleverd met een valutacode EUR, doch het bestand bevat ook NLG bedragen.” problemen bij Amicon in haar computersysteem 2.11. Er waren problemen bij Amicon in het computersysteem, hetgeen DFA niet verweten kan worden. Mevrouw X heeft in dit kader verklaard: “De rechter-commissaris gaat in op de toelichting door Amicon over periode b op de tweede bladzijde van die brief (brief van Amicon d.d. 25 september 2001 aan de tandartsen, productie 5 bij antwoord in conventie, tevens eis in reconventie, toevoeging rechtbank). P en of I code staat voor prothese en implantaten. Dit is een lastige codering omdat vaak deze codering valt in alle drie de categorieën. In de toelichting op periode b staat vermeld dat er een fout zat in het automatiseringssysteem. Dit was fout in het automatiseringssysteem van Amicon. In het systeem stond geprogrammeerd dat 75% van dit type verrichtingen ziekenfonds verzekerde verrichtingen waren en 25% aanvullende verzekerde verrichtingen. Dit moest volgens mij juist omgekeerd zijn. (…) Het probleem met de P en I codes was er niet geweest als DFA/tandartsen de gegevens gesplitst hadden aangeleverd. Omdat de gegevens niet goed werden aangeleverd heeft Amicon voor de zogenaamde DFA tandartsen een aanpassing gemaakt in haar computersysteem voor de P en I codes. Bij deze aangepaste programmering is er door Amicon een fout gemaakt. Bij de zogenaamde niet DFA tandartsen waren er geen problemen met de P en I codes.” De heer Y heeft in dit kader verklaard: “Toen ik bij de problematiek betrokken raakte in 2002 ben ik eerst gaan kijken naar de retourbestanden omdat daar zich de problemen voordeden. Er waren technische problemen waardoor Amicon de retourbestanden niet kon aanmaken. Ik denk dat 50% van het probleem veroorzaakt werd door het eigen systeem van Amicon en 50% door de wijze van aanleveren door DFA. Wij zijn eerst begonnen het systeem van Amicon te bekijken. Wij hebben die problemen toen als eerste opgelost. Toen dat was gebeurd was zijn we ook naar de andere problemen gaan kijken.” De heer Schoorlemmer heeft in dit kader verklaard: “Het systeem van Amicon Enschede was een ander systeem dan Amicon Wageningen. Ik weet dat er een verslag is gemaakt door Elseline van der Assen, toenmalig manager afdeling tandheelkunde bij Amicon. Haar conclusie was dat Amicon vanwege automatiseringsproblemen niet in staat was om retourbestanden aan te leveren. Dit is ook bevestigd in een bijeenkomst eind 2002 door Arno Evers, toenmalig directeur zorg van Amicon. Dat Amicon niet in staat was om retourbestanden aan te leveren was te wijten aan haarzelf. In augustus/september 2000 is er een taskforce in het leven geroepen die als doel had om de knelpunten op te lossen. In de taskforce zaten uitvoerende mensen van DFA en Amicon. Hier kwam niet veel resultaat uit. Het bleef lastig om retourbestanden te maken. Het bleef dus liggen bij Amicon.” Op 25 september 2001 heeft Amicon per brief de tandartsen als volgt geïnformeerd (productie 5 bij conclusie van antwoord, eis in reconventie): “Het is helaas gebleken dat door een fout in het automatiseringssysteem bij Amicon er een onjuiste verwerking heeft plaatsgevonden van P en I codes (…). In de periode augustus 2000 t/m juli 2001 zijn er geen facturen met een P en/of I code meer verwerkt door DFA, omdat toen bekend was dat er een fout zat in het automatiseringssysteem. Door Amicon worden daarom alle bestanden vanaf februari 2000 opnieuw gecontroleerd en gecorrigeerd. De planning is dat dit half december 2001 is afgerond. Op chronologische volgorde worden deze vervolgens verwerkt door DFA en zal er een verrekening plaatsvinden met de tandartsen. DFA houdt er rekening mee dat een gedeelte van deze verrekening niet meer in 2001 zal plaatsvinden, maar in de eerste maanden van 2002.” AV/HV verwisseling 2.12. Er hebben verwisselingen plaatsgevonden tussen de zogenaamde HV- en AV-verrichtingen in de declaraties van de tandartsen die via DFA bij Amicon gedeclareerd werden. Na uitgebreid onderzoek is de conclusie getrokken dat de tandartsen de verrichting goed in de computer invoerden, maar dat het computersysteem de verrichting vervolgens in een verkeerde kolom plaatste, in plaats van de HV-kolom in de AV-kolom. De heer Y heeft in dit kader verklaard: “Er waren ook veel problemen met de codering hoofdverzekerd, aanvullend verzekerd of een combinatie van die twee. Dit was echt minder dan in 50% van de gevallen. Wat ik constateerde was dat bijvoorbeeld bij tandarts 1 structureel fouten werden gemaakt en bij bijvoorbeeld bij tandarts 2 niet.” De heer D heeft in dit kader verklaard: “Er was sprake van HV/AV verwisseling. (…) Het HV/AV probleem had volgens mij te maken met het verkeerd vullen van velden (…). Het grootste probleem was de HV/AV verwisseling. De conclusie was dat de fout waarschijnlijk bij de tandartsen gemaakt werd en dat vervolgens deze fout via DFA bij Amicon terecht kwam. (…) Er zaten veel fouten in de declaraties van de negentig tandartsen die onder DFA vielen. Het waren technische problemen bij de tandartsen. Ik ben geen techneut, maar omdat er vervolgens actie is ondernomen richting de tandartsen, is mijn conclusie denk ik wel juist dat daar het probleem zat.” Mevrouw E heeft in dit kader verklaard: “Ik heb de software die de tandartsen gebruiken gezien. Ik ben bij de tandartsen langs geweest. Ik heb daar geconstateerd dat wat de tandarts zelf invult niet klopt met de gegevens in het bestand dat uiteindelijk naar DFA wordt gezonden. De software zette de bedragen niet in de juiste kolommen. Omdat wij deze verkeerde informatie van de tandartsen kregen, kreeg Amicon verkeerde informatie van DFA. (…) Toen het duidelijk was dat er een fout zat in de software van de tandartsen is de tandartsen verzocht om dit bij hun softwareleverancier te laten aanpassen. Als een tandarts verkeerd gedeclareerd had kwamen we daar pas achter bij het retourbestand van Amicon. De heer Schoorlemmer heeft in dit kader verklaard: “Halverwege 2003 werd het duidelijk dat er verkeerd gedeclareerd werd door de tandartsen, waardoor hoofdverzekerde en aanvullende verzekerde verrichtingen door elkaar werden gehaald. Overigens was dit te goeder trouw van de zijde van de tandartsen. Dit was een van de problemen waardoor Amicon niet in staat was om juiste retourbestanden te maken. (…) In 2002/2003 hebben wij, DFA en Amicon gezamenlijk een onderzoek verricht die betrekking had op de periode 2000/2001. Toen is ondermeer naar voren gekomen dat hoofdverzekerde verrichtingen werden verwisseld met aanvullend verzekerde verrichtingen. Door deze fout is een schade ontstaan van 3 miljoen euro. Het betreft 600 a 700 bestanden waarin deze fout geconstateerd is. Dit zijn gegevens van Amicon zelf. Als Amicon dit eerder had geconstateerd hadden we het nog kunnen corrigeren. Naar mijn idee had Amicon in begin 2001 bekend moeten zijn met dit probleem maar er bestonden nog meer problemen. Amicon was niet in staat om volgens de afgesproken lay-out aansluiting te krijgen op de afrekenspecificaties. Dit was een technisch probleem. (…) De meeste tandartsen werken destijds met het computersysteem Complan of Simplex. Maar als de tandartsen niet gewezen worden op problemen in de software dan zullen die tandartsen dat ook niet gaan aanpassen. Bij andere verzekeraars speelde dit probleem van verwisseling van aanvullend verzekerd of hoofdverzekerd niet. Eind 2003 is een onderzoek gedaan bij de tandartsen. Toen is gebleken dat de tandartsen aan de voorzijde alles goed invoerden, maar dat het systeem het onjuist vertaalde. Dit is een technisch probleem. Er was sprake van fout op fout en zo kwam er geen terugmelding vanuit Amicon.” Uit het memo van 11 april 2003, dat is opgesteld naar aanleiding van een bezoek van Amicon en DFA aan tandartsen, (productie 28 zijdens Amicon) met enkele verslagen van bezoeken aan tandartsen, blijkt onder meer het volgende: “Samenvatting Op het invoerscherm dat de tandarts gebruikt lijkt het dat de tandarts de behandeling juist aanlevert. Echter wordt dit door het systeem (na mei 2001) niet goed vertaald naar het bestand. Alle bedragen met uitzondering van de techniekkosten, worden in de HV-kolom vermeld in plaats van de AV-kolom. Dit betekent dat DFA deze bedragen ook omzet, in de tussen Amicon en DFA afgesproken lay-out, naar de HV-kolom in het bestand dat naar Amicon gaat.” 2.13. Naar het oordeel van de rechtbank is de tandarts verantwoordelijk voor de door hem of haar ingediende declaratie en niet DFA. Als DFA hiervoor verantwoordelijk zou zijn, hadden partijen dat naar het oordeel van de rechtbank vastgelegd in de overeenkomst. Dit is niet gebeurd. Dus als de tandarts een verkeerde declaratie indient, is de tandarts in principe daarvoor verantwoordelijk en schiet niet DFA, maar de tandarts tekort jegens Amicon. De rechtbank komt tot deze conclusie ook op grond van het volgende. In het memo “aanscherpen afspraken m.b.t. het verzenden van declaraties door DFA service.”, productie 9 bij conclusie na enquête houdende producties, wordt als uitgangspunt genoemd: “De tandarts is verantwoordelijk voor een correcte aanlevering van de declaratie.” De heer D heeft in dit kader verklaard: “Als de tandartsen de declaraties niet goed bij DFA aanleveren, is dat een probleem van DFA. (…) Na deze bevindingen is er intensief overleg geweest om tot een oplossing te komen. DFA en Amicon hebben toen de tandartsen gevraagd om hun declaraties opnieuw en correct aan te leveren. De tandartsen vonden dat geen goed idee. Het was inmiddels twee a drie jaar later en de tandartsen hebben dat geweigerd. (…) We waren in die tijd niet zo zeer op zoek naar een schuldige maar naar een oplossing. Het was voor Amicon duidelijk dat het probleem bij DFA lag maar aan de andere kant wilden we wel gezamenlijk tot een oplossing komen. DFA heeft in die periode ook wel erkend dat er fouten zaten in de aanlevering van de tandartsen, en dat DFA er niet zoveel aan kon doen volgens DFA. (…) Alle tandartsen, dus ook de negentig die via DFA declareerden hebben een contract met Amicon over de kwaliteit en over de prijs. In dat contract is opgenomen dat de tandarts zelf verantwoordelijk blijft voor zijn declaratie betreffende een verrichting die onder de ziekenfondswet valt, ongeacht of hij zijn administratie aan derden heeft uitbesteed. Zoals bijvoorbeeld aan DFA. Er is tussen Amicon en de tandartsen geen contract inzake de AV verrichtingen.” De heer B heeft in dit kader verklaard: “DFA heeft altijd gezegd dat zij niet verantwoordelijk is voor de inhoud van de declaraties. Dat heb ik gedaan in woord en in geschrift. (…) DFA heeft geen bestanden inhoudelijk gemanipuleerd. Het omgaan met AV HV werd inhoudelijk niet anders door de verhuizing van Enschede naar Wageningen. De tandartsen waren verantwoordelijk voor de inhoud van de declaraties. (…) Wij hebben expliciet de afspraak gemaakt dat wij niet verantwoordelijk zijn voor de inhoud van de declaraties. Dat kan ook niet op basis van het verzekeringsrecht. Wij stuurden alles een op een door. Als een tandarts verkeerd gedeclareerd had stuurden wij de declaratie weer terug naar de tandarts. Dit was dan op aangeven van Amicon. Wij deden dit op basis van de retourbestanden. Wij hebben nooit zelf op inhoudelijke gronden declaraties teruggestuurd. (…) De rechter-commissaris wijst mij op een verklaring eerder in deze procedure dat DFA zou zorgen dat de declaraties van de tandartsen in orde zouden zijn en ook als die declaraties niet goed zouden zijn dat DFA daarvoor zou zorgdragen. Dat is niet juist. De inhoud van een declaratie is de verantwoordelijkheid van de tandarts. Daar werd altijd op gehamerd.” Mevrouw E heeft in dit kader verklaard: “De software zette de bedragen niet in de juiste kolommen. Omdat wij deze verkeerde informatie van de tandartsen kregen, kreeg Amicon verkeerde informatie van DFA. Het was niet de bedoeling dat DFA dat controleerde omdat DFA niet wist wat viel onder HV of onder AV. DFA was niet verantwoordelijk voor de inhoud van de door de tandarts ingevulde declaratie. Er is op een gegeven moment wel een brief uit gegaan naar de tandartsen waarin gevraagd is of de tandartsen de declaraties gesplitst wilden aanleveren en als zij dat niet konden dat DFA dat dan wel zou kunnen. In diezelfde brief is ook aangegeven dat als een tandarts een verrichting in een verkeerde kolom plaatste dat dit op dezelfde manier zou worden doorgestuurd naar Amicon. (…) De tandarts was zelf verantwoordelijk voor zijn declaratie. DFA controleerde niet de verrichtingen en controleerde niet of de bedragen in de juiste kolommen stonden. Die kennis heeft DFA niet. Hoe het precies zat weet ik niet meer.” De heer Schoorlemmer heeft in dit kader verklaard: “Amicon heeft DFA er niet op aangesproken dat DFA gegevens verkeerd aanleverde. Voor zover mijn betrokkenheid is dit nooit aan de orde geweest. (…) Wij moesten niet het onderscheid maken tussen hoofdverzekerd of aanvullend verzekerd. Ik heb geen tandheelkundige in dienst. Ik werk alleen met mensen met verstand van debiteuren en financiën.” Mikado-uitval bij digitaal ingediende declaraties en vergelijkbare problemen bij retourbestanden 2.14. Het zogenaamde Mikado-uitval had te maken met digitaal ingediende declaraties die niet voldeden aan de format-eisen. Er waren vergelijkbare problemen bij de retourbestanden van Amicon. Het is de rechtbank in deze procedure niet gebleken dat Amicon DFA in gebreke heeft gesteld ten aanzien van deze problemen. Het is de rechtbank niet duidelijk geworden welke afspraken partijen hebben gemaakt met betrekking tot format-eisen van de in te dienen declaraties en de retourbestanden. Het is daarom ook onduidelijk gebleven of partijen in die zin tekort geschoten zijn jegens elkaar. De heer Y heeft in dit kader verklaard: “Ik heb geconstateerd dat er bij Amicon problemen waren ontstaan bij het inlezen van de door DFA aangeleverde bestanden. De bestanden voldeden niet aan de bestandsbeschrijving die tussen partijen was afgesproken. Ik geef een voorbeeld. Partijen hadden bijvoorbeeld afgesproken dat een regel 50 posities zou moeten hebben. DFA leverde dan een bestand aan met bijvoorbeeld met een regel met 48 posities. In zo’n geval kan dat bestand niet worden ingelezen. Ook waren er problemen dat er bestanden werden aangevoerd met een bestand zonder verrichtingen, derhalve werd er alleen een zogenaamd voorloop en sluit record aangeleverd. In dat sluitrecord stond dat alleen vermeld dat er geen bedrag gedeclareerd werd. Dit waren dus technische problemen. Ik weet niet of partijen afspraken hebben gemaakt over de situatie dat door DFA in strijd met de bestandbeschrijving gegevens aanleverde. Deze problemen worden in de correspondentie Mikado uitval genoemd. Hiervan was heel veel sprake. In de honderd bestanden waren er zeker 98 bestanden met problemen. Een ander probleem was dat bijvoorbeeld niet duidelijk was of de patiënt verzekerd was omdat genoemd patiënt niet in ons systeem stond. Zo’n patiënt konden wij dan niet identificeren. Dit kwam omdat er bijvoorbeeld een onjuist verzekeringsnummer was ingevoerd. Op deze manier kon Amicon de door DFA aangevoerde gegevens niet verwerken. Een aantal omschrijvingen van de velden die door DFA moesten worden ingevuld waren duidelijk maar bij een aantal velden was dat minder duidelijk. Ik heb toen ook een paar keer goed moeten kijken hoe ik een dergelijk veld zou moeten invullen. Het veld voor het verzekeringsnummer was bijvoorbeeld heel duidelijk. Maar de velden waar de bedragen neergezet moesten worden waren minder duidelijk. (…) DFA gaf aan dat als in een retourbestand van een tandarts met een aantal verrichtingen daarop waarvan 1 verrichting geen NAW gegevens had, DFA het totale retourbestand van Amicon niet kon inlezen. (…) Ook voor het retourbestand gold een beschrijving die tussen partijen was afgesproken. Er waren zogenaamde verplichte velden en optionele velden. Partijen hadden volgens mij geen afspraken gemaakt over wanneer de optionele velden moesten worden ingevuld. Volgens mij was het verzekeringsnummer een verplicht veld en waren de NAW gegevens niet een verplicht veld. DFA heeft over dit probleem begin 2002, ik denk in april/mei, bij Amicon aan de bel getrokken. Dit probleem is door Amicon niet direct aangepast. Amicon heeft DFA verzocht om haar systeem aan te passen. Ik weet niet of dat gebeurd is. Amicon heeft haar systeem niet aangepast omdat Amicon op dat moment alle retourbestanden al klaar had. Zij zou anders weer helemaal opnieuw moeten beginnen. Ik weet dat Amicon bij de eerste retourbestanden handmatig NAW gegevens heeft toegezegd zodat DFA wel kon factureren. Later heeft Amicon dat niet meer gedaan, omdat DFA zelf de controle in haar systeem moest aanpassen, althans dat vond Amicon.” De heer Govers heeft in dit kader verklaard: “DFA leverde diskettes aan en omdat er fouten inzaten werden deze diskettes weer teruggestuurd met het verzoek ze aan te passen. Ik weet niet precies of ze allemaal zijn teruggestuurd. Op een gegeven moment zijn we gaan stoppen met behandelen vanwege de fouten in de diskettes en wij zijn toen gaan bevoorschotten. We hadden het vertrouwen dat het goed zou komen.” De heer B heeft in dit kader verklaard: “De declaraties voldeden aan de lay-out die was afgesproken. U moet zich voorstellen dat die lay-out een lange rij van data is. In de posities 1 tot en met 10 staat bijvoorbeeld zus en in de positie 11 tot en met 15 staat bijvoorbeeld zo. Dat klopte wel.” De heer Schoorlemmer heeft in dit kader verklaard: “Amicon was niet in staat om volgens de afgesproken lay-out aansluiting te krijgen op de afrekenspecificaties. Dit was een technisch probleem. (…) Wij hadden een systeem ontwikkeld waardoor wij de bestanden konden controleren op fouten. Ik heb het dan over systeemfouten zoals bijvoorbeeld het ontbreken van NAW-gegevens en het aanwezig zijn van creditbedragen. Bij de eerste controle was de foutscore ongeveer 79 a 80%. De bestanden waar fouten inzaten gingen dan weer terug en als we die dan weer opnieuw kregen controleerden we ze opnieuw en zagen dat de foutscores daalden.” Overige problemen met de retourbestanden en de afrekenspecificaties 2.15. Er waren problemen bij Amicon om retourbestanden aan DFA te kunnen retourneren. Op grond van de overeenkomst diende Amicon op zo kort mogelijke termijn, doch uiterlijk binnen 25 kalenderdagen na indiening van de declaratie bij DFA een retourbestand volgens de overeengekomen recordlay-out en een specificatie van de afrekening van de verzekerde verrichtingen aan DFA te retourneren. In de meeste gevallen is het Amicon bij lange na niet gelukt om binnen de overeengekomen termijn retourbestanden aan DFA te retourneren. DFA heeft Amicon daarop aangesproken en heeft zelfs een kort geding aangespannen, dat uiteindelijk niet door behoefde te gaan. Doordat er vaak een lange tijd zat tussen de ingediende declaratie en het retourbestand ontstonden er problemen bij de uiteindelijke verrekening vanwege mutaties bij de tandartsen, maar ook omdat de uiteindelijke verrekening niet inzichtelijk was vanwege de vele afrekenspecificaties. Daarnaast bleek er weinig structuur te zitten in de door Amicon aangeleverde retourbestanden en afrekenspecificaties. Mevrouw X heeft in dit kader verklaard: “Amicon heeft uiteindelijk alle retourbestanden opgemaakt. In juli 2001 was Amicon bij. Vanaf toen hoefde Amicon niet meer te bevoorschotten. Later in het eerste kwartaal van 2002 zijn alle retourbestanden met de hand per regel doorgenomen door Amicon. Amicon heeft aan DFA laten weten dat zij alle retourbestanden heeft opgemaakt. Wij hebben in april 2002 aan DFA laten weten dat wat ons betreft Amicon alles had gedaan conform de overeenkomst. (…) Normaal gesproken hoort bij 1 retourbestand 1 papieren afrekenspecificatie. Vanwege de complexiteit, de fouten en de correcties die voor Amicon inzichtelijk waren en die Amicon voor de tandarts kon doorvoeren kon bij een retourbestand 3 afrekenspecificaties worden opgemaakt. Dit gebeurde niet altijd. Bij de meeste retourbestanden zaten meer dan 1 afrekenspecificaties. De maximale periode tussen een aangeleverde factuur en een opgemaakt afrekenspecificatie en retourbestand was maximaal 2 jaar. (…) Het kwam voor dat een declaratie van februari 2000 pas in mei 2002 terugkwam op het retourbestand en de daarbij behorende afrekenspecificatie. Naar aanleiding van de afrekenspecificaties heeft DFA facturen gezonden naar de verzekerden. DFA heeft niet afgerekend richting de tandartsen. DFA gaf aan dat dat niet mogelijk was, omdat zij het de tandarts niet inzichtelijk konden maken. Dit kwam door de meerdere afrekenspecificaties. De tandarts zou dan in 3 plukjes geld vergoed krijgen bijvoorbeeld en op basis daarvan nog wel een deel van de oorspronkelijk gedeclareerde factuur moeten terugbetalen. DFA heeft de afrekenspecificaties in de meeste gevallen niet doorgezet naar de tandartsen. Ik kan mij herinneren dat ik bij een bespreking aanwezig was in een ruimte bij DFA waar dozen tot het plafond stonden met afrekenspecificaties. Volgens mij heeft DFA wel een aantal afrekenspecificaties doorgestuurd naar tandartsen maar hebben ze die afrekenspecificaties ook weer teruggekregen. Amicon heeft vervolgens geprobeerd om van de meerdere afrekenspecificaties 1 afrekenspecificatie te maken. Dat lukte niet. Ook externe ingeschakelden lukte dat niet. Vervolgens heeft Amicon niet zelf actie ondernomen naar de tandartsen.” De heer Y heeft in dit kader verklaard: “Toen ik bij de problematiek betrokken raakte in 2002 ben ik eerst gaan kijken naar de retourbestanden omdat daar zich de problemen voordeden. Er waren technische problemen waardoor Amicon de retourbestanden niet kon aanmaken.” De heer D heeft in dit kader verklaard: “Er heeft uiteindelijk geen eindafrekening plaatsgevonden. Het dossier was zo groot geworden dat er overleg kwam op bestuurlijk niveau. Ook dit heeft niet geleid tot een definitieve afrekening met de tandartsen. De tandartsen hebben geen eindoverzicht gekregen. Er zijn wel veel afrekenspecificaties naar DFA gegaan maar die zijn niet door DFA aan de tandartsen aangeboden. Ik weet niet waarom dat niet gebeurd is.” De heer B heeft in dit kader verklaard: “Ik weet niet of er bij Amicon dozen met diskettes hebben gestaan. Wij zagen de retourbestanden niet terugkomen. Ik weet niet hoe dat kwam, maar dat werd niet veroorzaakt door DFA in mijn beeld. Wij kregen retourbestanden niet of heel laat en als we ze kregen zaten er vaak inhoudelijke fouten in. Bij de retourbestanden horen controlegetallen. Deze getallen klopten vaak niet met elkaar. (…) Het kwam regelmatig voor dat de papierenverantwoording niet matchte met de digitale retourbestanden. Als de retourbestanden niet klopten en het kon niet worden opgelost dan stuurde ik ze terug. (…) Als de retourinformatie correct was, konden wij dat verder afhandelen en correct verrekenen. Ik kan geen percentage geven van het aantal correcte retourbestanden. Naar mijn gevoel is minder dan de helft aan retourbestanden wat wij correct hebben kunnen verwerken. Of er zijn helemaal geen retourbestanden gekomen of er zaten fouten in de retourbestanden. (…) Er zijn verschillende papieren afrekenspecificaties bij DFA gekomen via Amicon. Deze kwamen vaak niet overeen met de digitale retourbestanden. Als ze wel overeen kwamen werden ze doorgestuurd naar de tandartsen. Dat deden we in dat geval een op een.” Mevrouw E heeft in dit kader verklaard: “De samenwerking tussen Amicon en DFA liep in Enschede niet naar behoren. DFA kreeg geen goede retourbestanden om te verwerken voor DFA. Er is daarover meerdere malen contact geweest. Ik ben daarbij betrokken geweest. Ik weet niet meer goed waarom de retourbestanden niet klopten. Ze klopte in ieder geval niet met de oorspronkelijk door DFA verstuurde bestanden aan Amicon. Dit is nooit helemaal opgelost. Wij zijn bij Amicon geweest om te kijken en om mee te helpen. Dit heeft wel tot verandering geleid maar de problemen bleven. (…) In Wageningen liep het niet met de retourbestanden omdat Amicon de declaraties niet kon verwerken. Waarom zij dat niet konden weet ik niet. Er kwamen klachten vanuit Amicon dat bepaalde bedragen behorend bij bepaalde verrichtingen in verkeerde kolommen stonden. Dat was dan door de tandarts niet goed ingevuld. (…) Het duurde lang voordat een retourbestand terugkwam, dat zal te maken hebben gehad met het feit dat de bedragen in de onjuiste kolommen zaten en dat er daardoor een verwisseling plaatsvond tussen AV en HV. (…) Er is wel wat afgerekend. In de verwerking zaten veel fouten waardoor veel onterechte facturen zijn gezonden. Bepaalde coderingen waren niet goed afgehandeld, waardoor er facturen uitgingen en dat had niet gemoeten.” De heer V heeft in dit kader verklaard: “De rechter vraagt mij of er uiteindelijk is afgerekend of verrekend. Wij wilden geen strop om onze eigen nek leggen. Wij wilden al onze medewerking verlenen maar dan wel onder de voorwaarde dat het voorschot als eindafrekening zou worden beschouwd. Hierop hebben wij nooit akkoord gekregen. (…) Wij wilden dat het voorschot de eindafrekening was omdat er ontzettend veel tijd in zou gaan zitten om alle declaraties door te lopen. Dat kun je van ons niet verwachten. Daarvoor zou je iemand fulltime in dienst kunnen nemen. (…) De periode tussen overleggen met DFA en Amicon werd steeds groter. Er is uiteindelijk niet afgerekend of verrekend. Nadat wij de maandspecificaties bij DFA hadden teruggebracht hebben we niets meer gehoord. (…) De maandspecificaties die wij van DFA hadden ontvangen kon je vergelijken met telefoonboeken. Het was niet gestructureerd en de maanden zaten kris kras door elkaar heen. (…) Je kon van ons redelijkerwijs niet verlangen dat wij dit allemaal gingen uitzoeken.” De heer Schoorlemmer heeft in dit kader verklaard: “Wij hebben in april 2001 de eerste retourbestanden van Amicon ontvangen. De retourbestanden hadden betrekking op de periode van februari 2000 tot juni/juli 2000. Ook ontvingen wij toen de eerste afrekenspecificaties. Wij waren blij want nu konden wij aan het werk. Wij wilden snel en doelmatig de retourbestanden verwerken. Wij hebben de retourbestanden op aansluiting gecontroleerd. Wij keken of de retourinformatie klopte met onze eigen informatie en aansloot op de afrekenspecificaties. Wij zijn met deze controle in april 2001 gestart. Wij zijn daar ook op verzoek van Amicon heel snel weer mee gestopt. Omdat wij tot de conclusie kwamen dat er fouten in zaten. Ik geef een paar voorbeelden. Er waren fouten met P-codes en X-codes. Er waren bestanden zonder NAW-gegevens waardoor wij niet konden factureren. Er zaten fouten in de wel of niet vergoeding. Er zouden creditbedragen bij. Er stonden verrichtingen tussen die feitelijk bij andere personen hadden moeten staan. Wij hebben toen snel overleg gevoerd met Amicon. (…) Pas in april 2001 ontvingen wij de eerste retourbestanden van Amicon. Daar zaten heel veel fouten in. Wij hebben de afrekenspecificaties die wij toen kregen naar de tandartsen gestuurd. Het betreft dan alleen die afrekenspecificaties die behoren bij een afgerekend declaratiebestand. Het klopt dat deze pakketten op telefoonboeken leken. Soms wel 6 telefoonboeken op elkaar. Als deze bestanden goed waren geweest, had er toen nog gecorrigeerd kunnen worden maar er zaten fouten in. Wij hebben in januari 2002 Amicon gesommeerd om correcte retourbestanden aan ons te verstrekken. Wij hebben een kort geding aangespannen jegens Amicon. De zaak is toen pro forma aangehouden en in die periode hebben wij een cd-rom ontvangen van Amicon met 517 bestanden. Dat was in maart 2002. We hebben daarna nog meerdere bestanden ontvangen maar daar zaten ook weer fouten in zoals bijvoorbeeld dubbele bestanden. Wij hadden een systeem ontwikkeld waardoor wij de bestanden konden controleren op fouten. Ik heb het hier dan over systeemfouten zoals bijvoorbeeld het ontbreken van NAW-gegevens en het aanwezig zijn van creditbedragen. Bij de eerste controle was de foutscore ongeveer 79 a 80%. De bestanden waar fouten inzaten gingen dan weer terug en als we die dan weer opnieuw kregen controleerden we ze opnieuw en zagen dat de foutscores daalden. (…) Naar mate de tijd verstrijkt tussen de verrichting en de afrekenspecificatie wordt het lastiger om te corrigeren voor een tandarts. Zeker als die periode anderhalf of soms wel tweeënhalfjaar bestrijkt. Ik geef een aantal voorbeelden: tandartsen kunnen zijn gestopt met hun praktijk of kunnen zijn overleden zoals bijvoorbeeld orthodontist Gelink, verrichtingencodes kunnen zijn veranderd, boekjaren kunnen zijn afgesloten, tandartsen kunnen fiscaal hebben afgerekend, patiënten kunnen zijn overleden, tandartsen kunnen zijn overgestapt naar andere systemen en software en patiënten kunnen zijn verhuisd, 30% verhuisd gemiddeld per jaar. (…) Wij konden niet met de tandartsen afrekenen omdat wij geen kloppende retourbestanden hadden met daarmee corresponderende afrekenspecificaties.” 2.16. Op grond van het bovenstaande komt de rechtbank tot de conclusie dat er heel veel is misgegaan, maar dat het de rechtbank in deze procedure niet is gebleken dat DFA toerekenbaar tekort is geschoten jegens Amicon. Amicon heeft DFA niet schriftelijk in gebreke gesteld, DFA heeft Amicon wel schriftelijk in gebreke gesteld en heeft een kort geding aanhangig gemaakt. Volgens de heer Schoorlemmer was de dagvaarding de eerste ingebrekestelling van Amicon. Uit het door Amicon in het geding gebrachte onderzoek van Ernst & Young, productie 8 bij dagvaarding, blijkt wellicht dat Amicon via DFA teveel geld heeft betaald aan de tandartsen, maar blijkt niet dat DFA toerekenbaar tekort is geschoten jegens Amicon. Amicon heeft een generaal pardon afgegeven voor de periode van januari tot december 2000, waarbij de voorschotbetaling door Amicon aan de tandartsen door Amicon als eindafrekening is beschouwd. Het is de rechtbank niet gebleken, welke wijzigingen er na de periode van het generaal pardon zijn doorgevoerd, waardoor alle problemen waren opgelost. Integendeel, gebleken is dat de problemen verre van opgelost waren. in conventie: 2.17. De rechtbank zal op grond van het bovenstaande de vordering van Amicon afwijzen en Amicon als de in het ongelijk gestelde partij veroordelen in de kosten van deze procedure. De rechtbank begroot deze kosten als volgt: verschotten: • griffierecht: € 4.584,- kosten advocaat: • conclusie van antwoord: 1 punt • conclusie van dupliek 1 punt • comparitie van partijen 1 punt • akte houdende productie ½ punt • enquête aan de zijde van Amicon ½ punt • enquête aan de zijde van Amicon ½ punt • enquête aan de zijde van Amicon ½ punt • enquête aan de zijde van DFA 1 punt • conclusie na enquête houdende producties 1 punt + totaal: 7 pnt. x € 3.211 = € 22.477,- in reconventie: 2.18. Op grond van hetgeen in conventie is overwogen, is de rechtbank van oordeel dat van DFA thans niet meer gevergd kan worden, dat zij zich nog verder inzet om tot afrekening met de tandartsen te komen. Vaststaat dat Amicon niet heeft voldaan aan het tijdig aanleveren van retourbestanden. Amicon is daardoor in verzuim. De rechtbank zal daarom DFA op grond van artikel 6:60 van het Burgerlijk Wetboek bevrijden van de verbintenissen die mogelijk thans nog voortvloeien uit de overeenkomst (van 6 januari 1999, bij rechtsoverweging 2.3. van het tussenvonnis in deze zaak van 28 juni 2006 is door de rechtbank overwogen, dat deze overeenkomst verder als ‘de overeenkomst’ zal worden aangeduid, DFA noemt deze overeenkomst in haar processtukken de Service Overeenkomst). 2.19. Nu de rechtbank de vordering van DFA in reconventie zal toewijzen, zal Amicon in de kosten van deze procedure veroordeeld worden. De rechtbank begroot deze kosten op nihil. 3. De beslissing De rechtbank: in conventie: 3.1. Wijst de vorderingen af. 3.2. Veroordeelt Amicon in de kosten van het geding, tot aan deze uitspraak aan de zijde van DFA begroot op € 4.584,- (zegge: vierduizend en vijfhonderd en vierentachtig euro) aan verschotten en € 22.477,- (zegge: tweeëntwintig duizend en vierhonderd en zevenenzeventig euro) aan salaris van de advocaat. in reconventie: 3.3. Verklaart dat DFA van haar verbintenissen onder de overeenkomst zal zijn bevrijd. 3.4. Veroordeelt Amicon in de kosten van het geding en begroot deze kosten tot aan deze uitspraak aan de zijde van DFA op nihil. Dit vonnis is gewezen door mr. A.H. Margadant, mr. J.S. Y en mr. J.H. van der Veer en in het openbaar in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken op 21 januari 2009.?