Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BH2088

Datum uitspraak2009-02-06
Datum gepubliceerd2009-02-06
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamGerechtshof Leeuwarden
Zaaknummers24-002286-08
Statusgepubliceerd


Indicatie

Veroordeelde is door het hof onder meer veroordeeld voor het dealen van cocaïne en het telen van hennep. De veroordeelde heeft uit het bewezen verklaarde handelen voordeel verkregen. Er zijn tevens voldoende aanwijzingen dat hij voordeel heeft verkregen door middel van soortgelijke feiten als die waarvoor hij is veroordeeld. Het hof schat het wederrechtelijk verkregen voordeel op een bedrag van € 4.794, -. Het hof heeft eveneens aan veroordeelde de verplichting opgelegd dit bedrag aan de Staat te betalen ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel.


Uitspraak

Parketnummer: 24-002286-08 Parketnummer eerste aanleg: 17-880169-08 Arrest van 6 februari 2009 van het gerechtshof te Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Leeuwarden van 31 juli 2008, in de zaak strekkende tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel tegen: [verdachte], geboren op [1979] te [geboorteplaats], wonende te [woonplaats], [adres], verschenen in persoon, bijgestaan door zijn raadsman, mr. I.J. Woltman, advocaat te Bolsward. Het vonnis waarvan beroep De rechtbank Leeuwarden heeft bij voormeld vonnis, op tegenspraak gewezen, onder verwijzing naar het vonnis d.d. 31 juli 2008 van voormelde rechtbank Leeuwarden in de strafzaak met parketnummer 17-880169-08, het door veroordeelde uit baten van de door hem gepleegde strafbare feiten wederrechtelijk verkregen voordeel geschat op € 10.810, - en hem de verplichting opgelegd € 10.810, - aan de Staat te betalen, ter ontneming van dat voordeel. Gebruik van het rechtsmiddel De veroordeelde is op de voorgeschreven wijze en tijdig van voormelde uitspraak in hoger beroep gekomen. Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg. De vordering van de advocaat-generaal De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het wederrechtelijk te ontnemen voordeel zal schatten op een bedrag van € 11.190, - en de betalingsverplichting zal vaststellen op hetzelfde bedrag. De beslissing op het hoger beroep Het hof zal het vonnis, waarvan beroep, vernietigen en opnieuw recht doen. De vaststelling van het wederrechtelijk verkregen voordeel De veroordeelde is bij arrest van dit hof (parketnummer 24-002285-08) onder meer ter zake van het dealen van cocaïne en het telen en aanwezig hebben van hennep veroordeeld tot straf. De veroordeelde heeft uit het bewezen verklaarde handelen voordeel verkregen. Er zijn tevens voldoende aanwijzingen dat hij voordeel heeft verkregen door middel van soortgelijke feiten als die waarvoor hij is veroordeeld. Berekening van het voordeel Op grond van wettige bewijsmiddelen komt het hof tot de volgende berekening. Cocaïne Uit een verklaring van veroordeelde blijkt dat hij in totaal 320 gram cocaïne heeft verhandeld. Tevens heeft veroordeelde verklaard van een dealer woonachtig te [plaats] telkens 10 gram cocaïne per week voor € 400, - te hebben gekocht. Van deze 10 gram heeft veroordeelde telkens 18 pakjes gemaakt, waarvan 16 pakjes steeds werden verhandeld en twee pakjes voor eigen gebruik bestemd waren. De pakjes werden - naar eigen zeggen - door veroordeelde voor € 30, - tot € 40, - aan zijn afnemers (door)verkocht. In aansluiting op het Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel handel in drugs d.d. 1 juli 2008 houdt het hof rekening met telefoonkosten van € 35, - per maand en kosten voor vervoer van in totaal € 240, -. Voorts zal het hof het aandeel van medeverdachte [medeverdachte], geschat op € 1.900, -, in mindering brengen op de opbrengst. Berekening Inkomsten : verkoop cocaïne: 320 gram : 10 gram = 32 leveringen x 16 pakjes à € 35, - € 17.920, - Kosten : - inkoop cocaïne: 32 leveringen x € 355,55 (€ 400, - x 16/18) € 11.378, - - telefoonkosten: 8 maanden (32 weken) x € 35, - € 280, - - vervoerskosten € 240, - - aandeel[medeverdachte] € 1.900, - - Netto voordeel € 4.122, - Hennep Uit een verklaring van veroordeelde blijkt dat de opbrengst van de oogst van de hennepkwekerij met 120 planten 850 gram is geweest. Hiervan heeft veroordeelde - naar eigen zeggen - 700 gram verkocht voor € 3, - per gram. Conform de normen van het rapport Wederrechtelijk verkregen voordeel hennepkwekerij bij hennepteelt onder kunstlicht, standaardberekening en normen, zoals dat door het Bureau Ontnemingswetgeving Openbaar Ministerie in april 2005 is uitgegeven, zal het hof op de opbrengst afschrijvingskosten, variabele kosten en kosten voor elektriciteit in mindering brengen. Berekening Inkomsten : verkoop hennep: 700 gram x € 3, - € 2.100, - Kosten : - afschrijvingskosten € 150, - - variabele kosten: 120 planten x € 4,40 € 528, - - elektriciteit: 6 lampen van 600 Watt x € 125, - € 750, - - Netto voordeel € 672, - Het hof komt tot de volgende berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel: Netto voordeel cocaïne € 4.122, - Netto voordeel hennep € 672, - + Wederrechtelijk verkregen voordeel € 4.794, - Het hof zal eveneens aan de veroordeelde de verplichting opleggen om € 4.794, - ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel aan de Staat te betalen. Toepassing van wetsartikelen Het hof heeft gelet op artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht. De uitspraak HET HOF, RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP: vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende: stelt het bedrag waarop het door veroordeelde [verdachte] voornoemd wederrechtelijk verkregen voordeel wordt geschat vast op een bedrag van 4.794 euro; legt de veroordeelde [verdachte] voornoemd de verplichting op tot betaling aan de Staat van een geldbedrag van vierduizend zevenhonderdvierennegentig euro ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel. Dit arrest is aldus gewezen door mr. O. Anjewierden, voorzitter, mr. D.J. Keur en mr. J.A. Wiarda, in tegenwoordigheid van mr. L. Keekstra als griffier, zijnde mr. Wiarda voornoemd buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.