
Jurisprudentie
BH2769
Datum uitspraak2009-02-11
Datum gepubliceerd2009-02-12
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank 's-Hertogenbosch
Zaaknummers153158 HA ZA 07-124
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2009-02-12
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank 's-Hertogenbosch
Zaaknummers153158 HA ZA 07-124
Statusgepubliceerd
Indicatie
een rolbeslissing inhoudende "akte niet dienen" waarbij het recht om een bepaalde proceshandeling te verrichten vervallen is verklaard is een bindende eindbeslissing waarop in dezelfde instantie niet kan worden teruggekomen behoudens beperkte uitzonderingen. Een fout, die is toe te rekenen aan in dit geval de gedaagde partij, valt niet onder die uitzonderingen.
Uitspraak
rolbeslissing
RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: [nummer]
Rolbeslissing van 11 februari 2009
in de zaak van
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MAGMA DESIGN AUTOMATION B.V.,
gevestigd te Eindhoven,
2. de rechtspersoon naar het recht van de staat California (USA)
MAGMA DESIGN AUTOMATION INC.,
gevestigd te Santa Clara (California, U.S.A.),
eiseressen,
advocaat mr. Ph.C.M. van der Ven,
tegen
1. [gedaagde sub 1],
wonende te [woonplaats],
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KANTOOR VAN DEN BOOMEN BEHEER B.V.,
gevestigd te Waalre,
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KANTOOR VAN DEN BOOMEN ACCOUNTANTS B.V.,
gevestigd te Waalre,
4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KANTOOR VAN DEN BOOMEN SALARISADVISEURS B.V.,
gevestigd te Waalre,
5. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MOORE STEPHENS VAN DEN BOOMEN B.V.,
gevestigd te Waalre,
gedaagden,
advocaat mr. W.M.J. Weijers.
Partijen zullen hierna Magma Design Automation B.V. c.s. en [gedaagden] genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek
- de akte vermeerdering eis
- de antwoordakte houdende referte
- de conclusie van dupliek
- de akte houdende uitlating producties aan de zijde van eiseressen
- het op 4 september 2008 gehouden pleidooi, waarbij gedaagden producties in het geding hebben gebracht en partijen mede aan de hand van overgelegde pleitnotities hun standpunt hebben bepleit.
- de akte houdende overlegging producties aan de zijde van eiseressen
- de akte niet dienen, verleend ter rolzitting van 10 december 2008 ten laste van gedaagden
- het verzoek van 21 januari 2009 aan de zijde van gedaagden om alsnog een antwoord-akte te mogen nemen en de mondelinge beslissing van de rolrechter om deze akte niet toe te staan
- het extract van de rolzitting van 21 januari 2009 waarbij is hersteld het verzuim om partijen in de gelegenheid te stellen zich uit te laten conform artikel 2.11 LP
1.2. [gedaagden] heeft op de rolzitting 4 februari 2009 opnieuw verzocht om alsnog een antwoord-akte te mogen nemen. Zij heeft hierbij toegelicht dat haar rolwaarnemer heeft verzuimd de antwoord-akte tijdig te nemen. Naar de mening van [gedaagden] brengt een redelijke toepassing van het procesrecht mee dat zij alsnog in staat worden gesteld de antwoord-akte te nemen, nu er sprake is van een administratieve vergissing van ondergeschikte aard. Ook uit een oogpunt van proces-economie zou het wenselijk zijn dat de antwoord-akte alsnog genomen wordt.
1.3. Magma Design Automation B.V. c.s. heeft op de rolzitting van 4 februari 2009 (wederom) tegen dit verzoek bezwaar gemaakt.
2. De beoordeling
2.1. Uit het roljournaal blijkt dat aan [gedaagden] op de rolzitting van 5 november 2008 op haar verzoek een uitstel van 4 weken verleend voor het indienen van een antwoord-akte uitlating producties. Vervolgens is [gedaagden] op de rolzitting van 3 december 2008 op haar verzoek opnieuw uitstel verleend voor het indienen van voornoemde akte, ditmaal voor de gevraagde termijn van 1 week.
2.2. Op de rolzitting van 10 december 2008 werd geen antwoord-akte genomen, noch werd een verzoek om uitstel ontvangen. Hierop is, met toepassing van het bepaalde in punt 1.7 LR, een akte niet dienen verleend. Dit houdt in dat het recht om de antwoord-akte te nemen is vervallen.
2.3. De beslissing van 10 december 2008 om akte niet dienen te verlenen moet worden gekwalificeerd als een bindende eindbeslissing. (vgl HR 1 mei 1998, NJ 1999, 563). Hierop kan niet in dezelfde instantie worden teruggekomen behoudens beperkte uitzonderingen.
2.4. In casu blijkt uit de toelichting op de verzoeken van [gedaagden] om alsnog de antwoord-akte te mogen nemen, dat de antwoord-akte de rolwaarnemer die door (de advocaat van) [gedaagden] is ingeschakeld niet tijdig heeft bereikt door een fout binnen het kantoor van deze rolwaarnemer althans dat deze rolwaarnemer heeft verzuimd tijdig de antwoord-akte in te dienen. Van welke omissie er ook sprake is geweest, naar het oordeel van de rechter staat vast dat er sprake is van een omissie die [gedaagden] is toe te rekenen. Immers ook handelingen van het kantoor dat door (de advocaat van) een partij is ingeschakeld om namens haar proceshandelingen te verrichten, komen voor risico van de opdrachtgevende partij.
2.5. Nu vast staat dat de antwoord-akte door een aan [gedaagden] toe te rekenen omissie niet tijdig is genomen en niet in geschil is dat er niet ten derde male om uitstel is verzocht – daargelaten de vraag of dit uitstel zou zijn verleend – moet worden geconcludeerd dat de rolbeslissing om akte niet dienen te verlenen een juiste was. Van een uitzonderlijke situatie die in casu zou nopen om terug te komen op die beslissing is de rechter niet gebleken. De omstandigheid dat het voor [gedaagden] van elementair belang is dat de rechtbank alsnog kennis neemt van de inhoud van de akte, kan onder de hiervoor aangehaalde omstandigheden niet als zodanig gelden. Dat [gedaagden] zich genoodzaakt ziet om tegen de rolbeslissing om haar niet alsnog toe te staan de gewraakte antwoord-akte te nemen in appel te gaan, kan evenmin gelden als een uitzonderlijke die de rechter zou nopen op een bindende eindbeslissing terug te komen. Het verzoek van [gedaagden] om alsnog de antwoord-akte te mogen nemen zal mitsdien worden afgewezen nu dit recht op 10 december 2008 vervallen is verklaard.
3. De beslissing
De rechtbank
3.1. wijst het verzoek van [gedaagden] om alsnog een antwoord-akte uitlating producties te mogen nemen af,
3.2. bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van 25 maart 2009 voor vonnis,
Deze beslissing is gegeven door mr. B.C.W. Geurtsen-van Eeden en in het openbaar uitgesproken op 11 februari 2009.