
Jurisprudentie
BH5944
Datum uitspraak2009-03-11
Datum gepubliceerd2009-03-13
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Dordrecht
Zaaknummers75265 / HA ZA 08-2277
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2009-03-13
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Dordrecht
Zaaknummers75265 / HA ZA 08-2277
Statusgepubliceerd
Indicatie
Bestuurdersaansprakelijkheid. Startende onderneming gaat binnen 10 maanden na sluiten huurovereenkomst failliet. Huurovereenkomst wordt door curator opgezegd. Verhuurders spreekt twee van de drie bestuurders aan tot schadevergoeding op grond van Beklamel-norm, voorkeursbehandeling van crediteuren, excessieve privé-onttrekkingen en te niet doen van enige waardevolle activa van de vennootschap. Vorderingen afgewezen. Stellingen (als onvoldoende onderbouwd) verworpen en bestuurders behoeven hun vordering wegens managementfee e.d. niet achter te stellen bij toekomstige vorderingen van de verhuuder
Uitspraak
vonnis
RECHTBANK DORDRECHT
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 75265 / HA ZA 08-2277
Vonnis van 11 maart 2009
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MJK BEHEER B.V.,
gevestigd te Waardenburg,
eiseres,
advocaat mr. A.G.W. van Kessel te Culemborg,
tegen
1. [gedaagde 1],
wonende te Zeist,
2. [gedaagde 2],
wonende te Dordrecht,
gedaagden,
advocaat mr. V.J. Groot te Dordrecht.
Partijen zullen hierna MJK Beheer en [gedaagde 1] en [gedaagde 2] genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 16 juli 2008,
- het proces-verbaal van comparitie van 16 december 2008.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. Op 6 februari 2007 hebben [gedaagde 1], handelend voor zichzelf en voor [B] Holding B.V., [gedaagde 2] en [betrokkene 1] (verder: [betrokkene 1]) een overeenkomst ondertekend over hun participatie in iWize B.V. (verder: iWize). In deze overeenkomst (verder: de participatieovereenkomst) is onder meer bepaald dat in 2007 de managementfee van elk van de bestuurders van iWize € 7.000,- exclusief BTW per maand bedraagt en dat zij daarnaast een autokostenvergoeding, dan wel leaseauto op basis van fulle operational lease, voor een bedrag van € 1.350,- kunnen declareren.
2.2. Medio maart 2007 heeft iWize van ABN Amro bank een rekening-courant krediet gekregen voor een bedrag van € 150.000,--. Hiervoor hebben [gedaagde 1] en [gedaagde 2] zich ieder tot het bedrag van € 25.000,-- borg gesteld. Ter verkrijging van deze financiering is een businessplan opgesteld.
2.3. Medio maart 2007 heeft [betrokkene 1], overeenkomstig de participatieovereenkomst, ter verkrijging van zijn aandelen een bedrag van € 150.000,-- in iWize ingebracht.
2.4. [B] Holding en [gedaagde 2] hebben, overeenkomstig de participatieovereenkomst, door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] tot dan toe ontwikkelde producten in iWize ingebracht tegen een daaraan toegekende waarde van € 81.145,-.
2.5. MJK Beheer is eigenaar van het bedrijfspand gelegen aan de Haagse Uitweg 1-a te Buurmalsen. Op 28 april 2007 heeft MJK Beheer met iWize een huurovereenkomst gesloten waarbij dit bedrijfspand voor de duur van 5 jaar aan iWize is verhuurd tegen een kale huur van € 2.850,-- exclusief BTW. MJK Beheer heeft een deel van de kosten van aanpassing van het bedrijfspand tot kantoorruimte gedragen.
2.6. Ten tijde van het sluiten van voormelde huurovereenkomst was [gedaagde 1], door middel van [B] Holding B.V., enig aandeelhouder en bestuurder van iWize. Nadien zijn [gedaagde 2], door middel van Taxco B.V., en [betrokkene 1], door middel van Sulaco B.V., mede aandeelhouder en bestuurder van iWize geworden. De drie aandeelhouders hadden ieder een gelijk belang.
2.7. Op 2 oktober 2007 en 28 november 2007 hebben [gedaagde 1] en [gedaagde 2] voor iWize geldleningen bij Vespertillo Investeringen B.V. gesloten van respectievelijk € 30.000,- en € 20.000,-.
2.8. [betrokkene 1] is in ieder geval tot oktober 2007 middelijk bestuurder van iWize geweest. Op 6 december 2007 is de samenwerking tussen hem een [gedaagde 1] en [gedaagde 2] beëindigd, waarmee ook zijn werkzaamheden voor iWize tot een einde zijn gekomen.
2.9. iWize heeft, naast een waarborgsom ter hoogte van drie huurtermijnen, tot en met december 2007 de verschuldigde huur aan MJK Beheer voldaan.
2.10. Bij vonnis van de rechtbank Utrecht van 25 februari 2008 is iWize in staat van faillissement verklaard. De curator in het faillissement heeft bij brief van 29 februari 2008 de huurovereenkomst met MJK Beheer met in achtneming van de wettelijke opzegtermijn opgezegd.
2.11. Op 27 maart 2008 heeft MJK Beheer met verlof van de voorzieningenrechter van de rechtbank Utrecht conservatoir beslag doen leggen op de woning van [gedaagde 1] aan de P.C. Hooftlaan 10 te Zeist.
3. Het geschil
3.1. MJK Beheer vordert samengevat - [gedaagde 1] en [gedaagde 2] te veroordelen:
a. om aan MJK Beheer te betalen de gederfde huurpenningen gematigd tot een duur van twee jaren, gelijk aan een bedrag van € 68.400,00 (excl. BTW), te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 1 januari 2008 tot aan de voldoening;
b. om aan MJK Beheer te betalen de door haar in de huurovereenkomst geïnvesteerde kosten gelijk aan een bedrag van € 14.254,70 (excl. BTW) te vermeerden met wettelijke rente vanaf de datum van betekening van de dagvaarding tot de voldoening;
c. om aan MJK Beheer te betalen de contractuele incassokosten, gelijk aan een bedrag van € 1.788,-- te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van de betekening van de dagvaarding tot de voldoening;
d. om aan MJK Beheer te betalen de contractuele boetesom gelijk aan een bedrag van € 7.750,-- te vermeerderen met de verschuldigde wettelijke rente van de datum van betekening van de dagvaarding tot de voldoening;
e. in de kosten van deze procedure, de kosten van beslaglegging daaronder begrepen.
MJK Beheer baseert deze vorderingen op de volgende stellingen.
3.2. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hebben als bestuurders van iWize onrechtmatig gehandeld jegens MJK Beheer door:
A) de huurovereenkomst met MJK Beheer aan te gaan, terwijl zij wisten, althans redelijkerwijs behoorden te begrijpen, dat iWize niet of niet volledig aan haar verplichtingen uit de huurovereenkomst zou kunnen voldoen en dat iWize geen verhaal zou bieden voor de schade die MJK Beheer daardoor zou lijden;
B) voorkeursbehandelingen toe te passen middels uitbetalingen aan zichzelf boven de crediteuren, waaronder MJK Beheer, terwijl zij wisten of behoorden te weten dat het gevolg daarvan zou zijn dat iWize haar verplichtingen jegens externe crediteuren, waaronder MJK Beheer, niet zou nakomen en ook geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade;
C) excessieve privé-onttrekkingen aan het vermogen van iWize te doen, terwijl zij wisten of behoorden te weten dat het gevolg daarvan zou zijn dat iWize haar verplichtingen jegens externe crediteuren, waaronder MJK Beheer, niet zou nakomen en ook geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade;
D) [betrokkene 1] buiten spel te zetten en zodoende de enige waardevolle activa van iWize voor een eventuele verkoop teniet te doen, terwijl zij wisten of behoorden te begrijpen dat daardoor iWize geen mogelijkheid meer kreeg om haar verplichtingen jegens MJK Beheer na te komen en dat iWize vervolgens geen verhaal meer zou bieden voor de daardoor opgetreden schade.
3.3. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] voeren verweer en bestrijden voormelde stellingen van MJK Beheer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
4.1. Een bestuurder van een vennootschap kan bij uitstek aansprakelijk zijn in twee categorieën van gevallen:
(i) wanneer hij bij het namens de vennootschap aangaan van verbintenissen wist of redelijkerwijs behoorde te weten dat de vennootschap niet aan die verbintenissen zou kunnen voldoen en geen verhaal zou bieden, behoudens door de bestuurder aan te voeren omstandigheden op grond waarvan de conclusie gerechtvaardigd is dat hem terzake van de benadeling geen persoonlijk verwijt kan worden gemaakt (de zogenoemde Beklamel-norm), en
(ii) wanneer hij heeft bewerkstelligd of toegelaten dat de vennootschap haar contractuele verplichtingen niet nakomt waarbij het er op aankomt of het handelen of nalaten van de bestuurder ten opzichte van de schuldeiser in de gegeven omstandigheden zodanig onzorgvuldig is dat hem persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Van een dergelijk ernstig verwijt zal in ieder geval sprake kunnen zijn als komt vast te staan dat de bestuurder wist of redelijkerwijs behoorde te begrijpen dat de door hem bewerkstelligde of toegelaten handelwijze van de vennootschap tot gevolg zou hebben dat deze haar verplichtingen niet zou nakomen en ook geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade, maar er kunnen zich ook andere omstandigheden voordoen op grond waarvan een ernstig verwijt kan worden aangenomen.
De onder 3.2 sub A vermelde grondslag van MJK Beheer valt onder de onrechtmatigheids-categorie (i) en haar overige grondslagen onder de onrechtmatigheidscategorie (ii).
Grondslag A
4.2. Deze grondslag is door MJK Beheer uitgewerkt met de volgende stellingen:
- [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hebben jegens MJK Beheer gehandeld met een feitelijk lege rechtspersoon. iWize was voorheen genaamd Dentica B.V., in welke rechtspersoon op 1 januari 2007 niet of nauwelijks vermogen aanwezig was;
- de huurovereenkomst met MJK Beheer had een waarde van ten minste (€ 2.850,-- x 12 x 5=) € 171.000,--, terwijl MJK Beheer bij het sluiten van de overeenkomst een investering heeft moeten uitvoeren van € 14.254,70 (excl. BTW);
- binnen een jaar na het sluiten van de huurovereenkomst hebben [gedaagde 1] en [gedaagde 2] iWize op eigen verzoek laten failleren.
4.3. Vast staat dat tussen 1 januari 2007 en het aangaan van de huurovereenkomst door [betrokkene 1] een bedrag van € 150.000,-- in iWize is ingebracht en door ABN Amro bank een krediet van € 150.000,-- aan iWize is verstrekt. iWize beschikte daardoor over zowel eigen vermogen als vreemd vermogen waarbij voor dit laatste onweersproken geldt dat een aan de bank verstrekt businessplan daaraan ten grondslag lag. Hieraan gaat MJK Beheer, zoals door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] is aangevoerd, ten onrechte voorbij. De stelling dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] jegens MJK Beheer hebben gehandeld met een lege, althans nagenoeg lege rechtspersoon, dient derhalve als ongegrond te worden verworpen.
4.4. Tegenover het verweer van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] dat zij er van mochten uitgaan dat iWize het door haar te ontwikkelen product in juni/juli 2007 zou kunnen gaan verkopen en daaruit inkomsten zou krijgen, heeft MJK Beheer geen feiten of omstandigheden gesteld waaruit het tegendeel kan worden afgeleid. Dit brengt tezamen met het voormelde startkapitaal mee dat hetgeen MJK Beheer overigens heeft gesteld niet de conclusie wettigen dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] bij het aangaan van de huurovereenkomst wist of redelijkerwijs behoorde te begrijpen dat iWize haar verplichtingen jegens MJK Beheer niet zou kunnen (blijven) nakomen.
4.5. Uit het vorenstaande volgt reeds dat de vorderingen van MJK Beheer voor zover gebaseerd op grondslag A niet toewijsbaar zijn, zodat niet behoeft te worden ingegaan op het verweer dat [gedaagde 2] eerst na het aangaan van de huurovereenkomst bestuurder van iWize is geworden.
Het causaal verband tussen de onder grondslagen B, C en D verweten gedragingen en de geïnvesteerde kosten
4.6. De in de huurovereenkomst geïnvesteerde kosten, die MJK Beheer onder b. vordert, bestaan uit de kosten van de makelaar en de kosten van verbouwing van het bedrijfspand welke verbouwing ten behoeve van de totstandkoming van de huurovereenkomst diende. Een causaal verband tussen deze kosten en de aan [gedaagde 1] en [gedaagde 2] verweten gedragingen na de totstandkoming van de huurovereenkomst is niet gesteld en volgt evenmin uit de door MJK Beheer gestelde feiten en omstandigheden. Vordering sub b is reeds daarom onder de grondslagen B, C en D niet toewijsbaar.
Grondslag D
4.7. MJK Beheer heeft deze grondslag ter gelegenheid van de comparitie van partijen niet herhaald als één van de pijlers waarop zij het onrechtmatig handelen van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] baseert. Niettemin zal de rechtbank op deze grondslag ingaan nu MJK Beheer deze niet uitdrukkelijk heeft laten varen.
4.8. MJK Beheer heeft de grondslag uitgewerkt met de volgende stellingen:
Het product dat iWize op de markt wilde brengen, diende nog (verder) ontwikkeld te worden en daarvoor was [betrokkene 1] nodig. Door het besluit van 6 december 2007 om [betrokkene 1] op staande voet te ontslaan hebben [gedaagde 1] en [gedaagde 2] iWize vleugellam gemaakt en aldus bewerkstelligd of toegelaten dat iWize geen mogelijkheid meer had haar verplichtingen jegens MJK Beheer na te komen en geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade.
4.9. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hebben het volgende daartegen aangevoerd:
Het was de taak van [betrokkene 1] om het te verkopen product te ontwikkelen. Hij is zijn verplichtingen jegens iWize niet nagekomen, waardoor het te verkopen product niet in juni/juli 2007 gereed was en dat was, ondanks de toezeggingen van [betrokkene 1], evenmin in oktober, november of december 2007 het geval. Door de opstelling van [betrokkene 1] konden [gedaagde 1] en [gedaagde 2] op 6 december 2007 niet anders dan de samenwerking beëindigen. Van ontslag op staande voet is geen sprake.
4.10. Op de exacte aard van het besluit van 6 december 2007 behoeft niet te worden ingegaan, nu tussen partijen niet in geschil is dat het besluit tot gevolg had dat de samenwerking met [betrokkene 1] werd beëindigd en hij zich niet langer bezig hield met de ontwikkeling van het product dat iWize op de markt wilde brengen.
4.11. Tegenover de voormelde gemotiveerde betwisting van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] heeft MJK Beheer geen feiten of omstandigheden gesteld waaruit zou kunnen worden afgeleid dat het te verkopen product tijdig gereed zou zijn gekomen indien [betrokkene 1] zijn werkzaamheden aan het product na 6 december 2007 zou hebben voortgezet. Haar stelling dat door het besluit van 6 december 2007 is bewerkstelligd of toegelaten dat iWize geen mogelijkheid meer had haar verplichtingen jegens MJK Beheer na te komen en geen verhaal zou bieden voor de als gevolg daarvan optredende schade, dient derhalve als onvoldoende onderbouwd te worden verworpen. Uit de door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] overgelegde producties blijkt veeleer dat commerciële mogelijkheden voor verkoop van het te ontwikkelen product er lagen maar dat de ontwikkeling, waarvan onweersproken is dat [betrokkene 1] daarvoor verantwoordelijk was, ook ten tijde van [betrokkene 1]' aanwezigheid bij iWize stagneerde zonder dat er concreet uitzicht op voortgang was.
4.12. Op grond van het vorenstaande zijn de vorderingen van MJK Beheer niet op grondslag D toewijsbaar.
Grondslagen B en C
4.13. Deze grondslagen zijn door MJK Beheer uitgewerkt met de volgende stellingen:
- [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hebben uitkeringen aan zichzelf gedaan zonder zich de belangen van de andere crediteuren voldoende aan te trekken. Er is selectief ten gunste van de bestuurders betaald;
- [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hebben heimelijke afspraken met een eventuele koper van de activa van iWize gemaakt, waar de vordering van MJK Beheer bewust buiten werd gehouden;
- De door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] gedane privé-onttrekkingen zijn te hoog ten opzichte van wat de onderneming zich op dat moment kon permitteren. Vanaf de startdatum van iWize (28 februari 2007) tot 6 december 2007 heeft [gedaagde 1] een bedrag van ten minste € 123.527,85 onttrokken en [gedaagde 2] ten minste € 105.641,49. Voorts hebben zij hun onttrekkingen voortgezet nadat de bankrekening van iWize in een debetstand kwam en nadat het kredietlimiet (herhaaldelijk) werd bereikt;
- Tot begin december 2007 hebben [gedaagde 1] en [gedaagde 2] managementfee opgenomen.
4.14. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hebben daartegen het volgende aangevoerd:
- Er is geen sprake van dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] voorkeursbehandelingen hebben toegepast door uitbetalingen aan zichzelf boven de crediteuren van iWize. Alle crediteuren van iWize zijn tot en met december 2007 voldaan.
- De overeenkomst met de gestelde heimelijke afspraken is nimmer gesloten. Uit die afspraken blijkt bovendien niet dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] MJK Beheer bewust hebben willen benadelen.
- De aan [gedaagde 1] en [gedaagde 2] gedane uitbetalingen zijn conform de participatieovereenkomst gedaan en passen in het businessplan. Er was steeds voldoende kapitaal aanwezig om de crediteuren te voldoen en van benadeling van crediteuren is geen sprake. Betwist wordt ook dat iWize vele onbetaalde crediteuren achterlaat.
- iWize beschikte, naast het door [betrokkene 1] gestorte kapitaal van € 150.000,- en het door ABN Amro bank verstrekte krediet, nog over een kapitaal van € 81.145,- en verwachtte inkomsten te verkrijgen uit het te verkopen product, waarvoor door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] voldoende potentiële afnemers zijn vastgelegd. Eerst in december 2007 werd duidelijk dat het te verkopen product er niet zou komen. Dat heeft tot het faillissement van iWize geleid.
- Vanaf september 2007 hebben [gedaagde 1] en [gedaagde 2] geen managementfee meer opgenomen. De vanaf die maand aan hun (management)B.V.’s gedane betalingen dienden om te voorkomen dat [betrokkene 1] gelden van de rekening nam. Deze betalingen zijn weer teruggestort.
- [gedaagde 1] en [gedaagde 2] zijn al in juni 2006 met hun ondernemingsactiviteiten begonnen.
4.15. De stelling van MJK Beheer dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] met een eventuele koper van de activa van iWize heimelijke afspraken hebben gemaakt, waar de vordering van MJK Beheer op iWize bewust buiten werd gehouden, baseert MJK Beheer op de door haar als productie 12 overgelegde niet ondertekende “Intentieverklaring terzake van de koop en verkoop van activiteiten en activa van iWize B.V.” tussen Maxcredible Holding B.V. en iWize. De inhoud daarvan kan MJK Beheer niet baten. Naar MJK Beheer stelt is immers geen enkel actief van iWize verkocht en zonder toelichting, die ontbreekt, kan niet worden ingezien dat MJK Beheer door de gestelde intentie om haar achter te stellen daadwerkelijk is benadeeld. Hierbij komt dat op zichzelf niet als ongebruikelijk kan worden aangemerkt een activatransactie die erin voorziet dat zekere passiva niet in de overname zullen zijn begrepen.
4.16. Vast staat dat iWize tot en met december 2007 aan haar verplichtingen jegens MJK Beheer heeft voldaan. Niet gesteld is dat vorderingen van andere crediteuren van iWize zijn voorgetrokken en evenmin is gesteld dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] tussen december 2007 en de uitspraak van het faillissement iWize privé-onttrekkingen aan het vermogen van iWize hebben gedaan. De stelling dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] tot begin december 2007 managementfee hebben opgenomen, biedt onder deze omstandigheden geen steun voor de door MJK Beheer gestelde voorkeursbehandelingen.
4.17. In december 2007 waren de thans gevorderde huurpenningen, incassokosten en boete nog niet opeisbaar, maar slechts (mogelijke) toekomstige verplichtingen uit een bestaande huurovereenkomst. De wet noch de zorgvuldigheid die een bestuurder volgens het ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer jegens crediteuren van de vennootschap in acht dient te nemen, brengt mee dat een bestuurder bij financiële problemen van de vennootschap door achterblijvende omzet de met hem overeengekomen vergoeding voor zijn werkzaamheden of zijn andere opeisbare vorderingen op de vennootschap niet mag incasseren, opdat reserveringen kunnen worden gedaan voor (mogelijke) toekomstige verplichtingen van de vennootschap. Dit is niet anders als die verplichtingen voortvloeien uit een reeds bestaande huurovereenkomst. Anders gezegd: hij behoeft zijn vorderingen wegens managementfee c.a. niet achter te stellen bij toekomstige vorderingen van de verhuurder.
4.18. Op grond van het vorenstaande is het opnemen van managementfee tot begin december 2007 door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] op zichzelf niet onrechtmatig, zodat in het midden kan blijven of zij de vanaf september 2007 opgenomen bedragen al dan niet hebben teruggestort.
4.19. Tegen de achtergrond van de participatieovereenkomst en het businessplan zijn de aan [gedaagde 1] en [gedaagde 2] uitbetaalde bedragen, zoals door MJK Beheer in de dagvaarding opgesomd, op zichzelf genomen niet zodanig dat zij op voorhand als excessief moeten worden aangemerkt. Niet gesteld is dat de in de participatieovereenkomst neergelegde managementfee niet in verhouding is met de door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] verrichte werkzaamheden. Evenmin heeft MJK Beheer, zoals onder deze omstandigheden op haar weg lag, naast de opgenomen managementfee specifieke uitbetalingen aan [gedaagde 1] en/of [gedaagde 2] genoemd waarvan zij, gezien de hoogte van het bedrag en de omstandigheden op het moment van de uitbetaling, wisten of redelijkerwijs behoorde te begrijpen dat deze tot gevolg zouden hebben dat iWize haar verplichtingen jegens MJK Beheer niet zou kunnen nakomen.
4.20. Uit het vorenstaande volgt dat MJK Beheer onvoldoende heeft gesteld om de conclusie te wettigen dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] in de gegeven omstandigheden ter zake van enige uitbetaling aan henzelf persoonlijk een zodanig ernstig verwijt kan worden gemaakt dat hun handelen als onrechtmatig moet worden aangemerkt. Slechts ten overvloede wordt nog overwogen dat, gezien de beëindiging van de ontwikkeling van het te verkopen product, uit de stellingen van MJK Beheer onvoldoende blijkt dat het faillissement van iWize niet zou zijn uitgesproken of dat de curator in dat faillissement niet tot opzegging van de huurovereenkomst zou zijn overgegaan indien [gedaagde 1] en [gedaagde 2] op enig moment hadden afgezien van een deel van de aan hen gedane uitbetalingen.
4.21. Op grond van het vorenstaande kunnen de vorderingen evenmin op de grondslagen B en/of C worden toegewezen.
Slotsom
4.22. Het vorenstaande leidt tot de conclusie dat de vorderingen afgewezen dienen te worden.
4.23. MJK Beheer zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] worden begroot op:
- vast recht € 1.148,00
- salaris advocaat € 1.788,00 (2 punten × tarief € 894,00)
Totaal € 2.936,00
5. De beslissing
De rechtbank
wijst de vorderingen af;
veroordeelt MJK Beheerin de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] tot op heden begroot op € 2.936,00.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.W. Langeler en in het openbaar uitgesproken op 11 maart 2009?door de rolrechter mr. J.C. Halk, die – wegens afwezigheid van mr. Langeler voornoemd – tevens dit vonnis heeft ondertekend