Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BI0862

Datum uitspraak2009-04-06
Datum gepubliceerd2009-04-14
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - meervoudig
Instantie naamRechtbank Zwolle
Zaaknummers07/450115-08
Statusgepubliceerd


Indicatie

bewijs, diefstal of joyriding, oogmerk


Uitspraak

RECHTBANK ZWOLLE - LELYSTAD Sector Strafrecht - Meervoudige Strafkamer Parketnr. : 07.450115-08 en 07.450322-08 Uitspraak: 6 april 2009 Vonnis in de zaak van: het openbaar ministerie tegen [verdachte] geboren op [geboortejaar] wonende te [adres] Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgevonden op 13 oktober 2008, 5 november 2008, 12 maart 2009 en 23 maart 2009. De verdachte is, met uitzondering van de terechtzitting van 12 maart 2009, verschenen, bijgestaan door mr. A.C. Huisman, advocaat te Deventer. De officier van justitie, mr. A.J. de Loor, heeft ter terechtzitting van 23 maart 2009 gevorderd de veroordeling van verdachte ter zake van alle ten laste gelegde feiten tot -een jeugddetentie voor de duur van 53 dagen, met aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht; -een werkstraf voor de duur van 100 uren, subsidiair 50 dagen jeugddetentie, waarvan 44 uren, subsidiair 22 uren, voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar met de bijzondere voorwaarde dat de verdachte zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen te geven door of namens de Jeugdreclassering, ook als dat een klinische behandeling inhoudt. TENLASTELEGGING De verdachte is ten laste gelegd dat: Parketnummer 07-450115-08: 1. hij op of omstreeks 10 april 2008 te Wijhe in de gemeente Olst-Wijhe, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een auto (merk Renault, type Laguna, kenteken [xx-xx-xx] kleur wit), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [xxx], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel; 2. hij op of omstreeks 10 april 2008 te Olst in de gemeente Olst-Wijhe, als bestuurder van een motorrijtuig betrokken bij een verkeersongeval of door wiens gedraging een verkeersongeval was veroorzaakt op de A. Geertsstraat, de plaats van het ongeval heeft verlaten, terwijl bij dat ongeval naar hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden aan een ander (te weten [xxx] en/of [xxx]) letsel en/of schade was toegebracht; 3. hij op of omstreeks 10 april 2008 te Wijhe en/of Olst in de gemeente Olst-Wijhe, als bestuurder van een motorrijtuig (auto) heeft gereden op de weg, de Enkweg en/of Prins Bernhardstraat en/of Hendrik Droststraat en/of A. Geertsstraat en/of Jan Hooglandstraat, zonder dat aan hem door de daartoe bevoegde autoriteit, als bedoeld in artikel 116 lid 1 van de Wegenverkeerswet 1994 een rijbewijs was afgegeven voor de categorie van motorrijtuigen, waartoe dat motorrijtuig behoorde; Parketnummer 07-450322-08 hij op of omstreeks 25 oktober 2008 te Olst in de gemeente Olst-Wijhe, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een personenauto (merk Toyota, type Corolla, kenteken [xx-xx-xx]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aa[xxx] en/of [xxx], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte; BEWIJS Ten aanzien van het in de zaak met parketnummer 07-450115-08 onder 1 ten laste gelegde: Door de raadsman van de verdachte is aangevoerd dat verdachte de auto niet heeft weggenomen met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening. Nu dit oogmerk ontbreekt is volgens de raadsman hooguit sprake van joyriding en dient de verdachte van het ten laste gelegde te worden vrijgesproken. De rechtbank verwerpt dit betoog. Uit de bewijsmiddelen leidt de rechtbank af dat de verdachte wel degelijk het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening van de auto heeft gehad. Verdachte heeft de dag voor de diefstal doelbewust de autosleutel van zijn stageadres meegenomen en heeft aldus niet in een opwelling gehandeld. Vervolgens heeft hij de auto buiten het bereik van [xxx] gebracht door met de auto weg te rijden. Nadat verdachte in Olst een aanrijding had veroorzaakt vreesde hij voor herkenning en heeft hij besloten om de auto op een industrieterrein achter te laten. De sleutel heeft hij daarbij meegenomen. Door deze handelwijze is verdachte als heer en meester over de auto gaan beschikken en is niet aannemelijk geworden dat hij voornemens was om de auto naar [xxx] terug te brengen. Ten aanzien van het in de zaak met parketnummer 07-450322-08 ten laste gelegde: Door de raadsman is ook in deze zaak aangevoerd dat verdachte de auto niet heeft weggenomen met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening en dat, nu dit oogmerk ontbreekt, hooguit sprake is van joyriding. De rechtbank verwerpt dit betoog eveneens. Uit de bewijsmiddelen leidt de rechtbank af dat de verdachte het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening van de auto heeft gehad. Nadat hij enkele dagen eerder uit het ouderlijk huis was weggegaan zonder achterlating van bericht over zijn verblijfplaats, is verdachte ’s nachts naar het ouderlijk huis teruggekeerd. Verdachte heeft de auto buiten het bereik van [xxx] gebracht door ’s nachts de sleutel uit zijn ouderlijke woning weg te nemen en is vervolgens als heer en meester over de auto gaan beschikken door hiermee weg te rijden. Verdachte is vervolgens naar vrienden in Zutphen gereden die hem hebben overgehaald om de auto terug te brengen. Verdachte heeft aanvankelijk naar deze vrienden geluisterd door naar Wijhe terug te rijden, maar is nadat hij een aanrijding had veroorzaakt toch weer doorgereden. Ter terechtzitting heeft verdachte bovendien verklaard dat hij voornemens was om gedurende een langere periode met de auto weg te blijven en dat hij naar Tilburg wilde rijden. Uiteindelijk is verdachte bij een benzinepompstation in Emmeloord aangehouden, nadat de medewerker van het tankstation de politie had gealarmeerd. Gelet hierop is verdachte als heer en meester over de auto gaan beschikken en is niet aannemelijk geworden dat hij voornemens was om de auto naar [xxx] terug te brengen. De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen de verdachte ten laste is gelegd, met dien verstande dat: Parketnummer 07-450115-08: 1. hij op 10 april 2008 te Wijhe in de gemeente Olst-Wijhe, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een auto (merk Renault, type Laguna, kenteken [xx-xx-xx] kleur wit), toebehorende aan [xxx], waarbij verdachte het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel; 2. hij op10 april 2008 te Olst in de gemeente Olst-Wijhe, als bestuurder van een motorrijtuig door wiens gedraging een verkeersongeval was veroorzaakt op de [straat], de plaats van het ongeval heeft verlaten, terwijl bij dat ongeval naar hij wist aan een ander (te weten [xxx] en [xxx]) schade was toegebracht; 3. hij op 10 april 2008 te Wijhe en/of Olst in de gemeente Olst-Wijhe, als bestuurder van een motorrijtuig (auto) heeft gereden op de weg, de Enkweg en Prins Bernhardstraat en Hendrik Droststraat en A. Geertsstraat en Jan Hooglandstraat, zonder dat aan hem door de daartoe bevoegde autoriteit, als bedoeld in artikel 116 lid 1 van de Wegenverkeerswet 1994 een rijbewijs was afgegeven voor de categorie van motorrijtuigen, waartoe dat motorrijtuig behoorde; Parketnummer 07-450322-08: 1. hij op 25 oktober 2008 te Olst in de gemeente Olst-Wijhe, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een personenauto (merk Toyota, type Corolla, kenteken [xx-xx-xx]), toebehorende aa[xxx]. Van het meer of anders ten laste gelegde zal de verdachte worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet wettig en overtuigend bewezen acht. STRAFBAARHEID Het bewezene levert op: Parketnummer 07-450115-08 onder 1: Diefstal waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valste sleutels, strafbaar gesteld bij artikel 311 van het Wetboek van strafrecht. Parketnummer 07-450115-08 onder 2: Overtreding van artikel 7 van de Wegenverkeerswet 1994, het misdrijf is strafbaar gesteld bij artikel 176 van de Wegenverkeerswet 1994. Parketnummer 07-450115-08 onder 3: Overtreding van artikel 107, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994, de overtreding is strafbaar gesteld bij artikel 177 van de Wegenverkeerswet 1994. Parketnummer 07-450322-08: Diefstal, strafbaar gesteld bij artikel 310 van het Wetboek van Strafrecht. De verdachte is deswege strafbaar, nu geen feiten of omstandigheden gebleken zijn die die strafbaarheid zouden opheffen of uitsluiten. OPLEGGING VAN STRAF OF MAATREGEL Gelet op de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, op de omstandigheden waaronder verdachte zich daaraan heeft schuldig gemaakt en op de persoon en de draagkracht van verdachte, zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, acht de rechtbank de na te noemen beslissing passend. De rechtbank is in dit geval van oordeel dat een gedeeltelijk onvoorwaardelijke vrijheidsstraf noodzakelijk is, omdat aard en ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, door een lichtere strafrechtelijke afdoening van de zaak miskend zouden worden. Bijzondere omstandigheden die tot een ander oordeel zouden moeten voeren, acht de rechtbank niet aanwezig. De rechtbank acht het opleggen van de door de officier van justitie geëiste werkstraf niet opportuun nu de tenuitvoerlegging van deze straf het civiele traject waarin de verdachte is geplaatst zou doorkruisen. Bij haar beslissing heeft de rechtbank rekening gehouden met: een de verdachte betreffend uittreksel justitiële documentatie d.d. 29 augustus 2008; de verdachte betreffende rapporten d.dis.11 april 2008, 19 augustus 2008, 27 oktober 2008 en brieven d.dis. 4 november 2008 en 26 februari 2009 opgemaakt door de Raad voor de Kinderbescherming; de verdachte betreffende adviesrapporten d.dis. 11 april 2008, 29 september 2008, 3 november 2008, 2 december 2008, 15 december 2008 en 3 maart 2009 uitgebracht door Bureau Jeugdzorg Overijssel; een Pro Justitia rapport/psychiatrisch onderzoek van P.M. Boeting, kinder- en jeugdpsychiater d.d. 26 januari 2009, waarvan de rechtbank de daarin vervatte conclusie betreffende de licht verminderde toerekeningsvatbaarheid van de verdachte op de daarvoor in dat rapport bijeengebrachte gronden overneemt; een Pro Justitia rapport/psychologisch onderzoek van M.J.C.M. Driessen, gezondheidszorgpsycholoog d.d. 7 februari 2009, waarvan de rechtbank de daarin vervatte conclusie betreffende de licht verminderde toerekeningsvatbaarheid van de verdachte op de daarvoor in dat rapport bijeengebrachte gronden overneemt; een trajectconsult d.d. 6 november 2008 uitgebracht door W. Vrolijk, psychiater NIFP. De oplegging van straf of maatregel is, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 77a, 77h, 77i, 77x, 77y, 77z, 77aa en 77gg, van het Wetboek van Strafrecht. BESLISSING Het ten laste gelegde is bewezen zoals hiervoor aangegeven en levert de strafbare feiten op, zoals hiervoor vermeld. De verdachte is deswege strafbaar. Het meer of anders ten laste gelegde is niet bewezen en de verdachte wordt daarvan vrijgesproken. Parketnummers 07-450115-08 onder 1 en 2 en 07-450322-08: De rechtbank veroordeelt de verdachte tot jeugddetentie voor de duur van 3 maanden. De tijd, door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, zal bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde jeugddetentie in mindering worden gebracht. Van de jeugddetentie zal een gedeelte, groot 2 maanden, niet worden tenuitvoergelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond van het feit dat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van 2 jaar aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of gedurende die proeftijd de hierna te melden bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd. Als bijzondere voorwaarde wordt gesteld dat de verdachte zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen, te geven door het Bureau Jeugdzorg Overijssel, jeugdreclassering, ook indien zulks inhoudt dat verdachte een behandeling zal ondergaan bij een orthopsychiatrische behandelgroep binnen een gesloten jeugdzorg+ groep, zoals de Otto Gerard Stichting te Zetten of de Rentray te Eefde dan wel een soortgelijke instelling, zulks gedurende een termijn van één jaar met opdracht aan de jeugdreclassering als bedoeld in artikel 77aa van het Wetboek van Strafrecht. Parketnummer 07-450115-08 onder 3: De rechtbank veroordeelt de verdachte tot betaling van een geldboete van € 250,-- bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door jeugddetentie voor de duur van 5 dagen. De geldboete zal niet worden tenuitvoergelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van 2 jaar aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt. Aldus gewezen door mr. H.J. Buijsman, voorzitter tevens kinderrechter, mrs. W.P.M. Elderman en A.J. Louter, rechters, in tegenwoordigheid van mr. H.R. Lageveen als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 6 april 2009.