
Jurisprudentie
BI1764
Datum uitspraak2009-04-07
Datum gepubliceerd2009-04-21
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Arnhem
Zaaknummers180391
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2009-04-21
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Arnhem
Zaaknummers180391
Statusgepubliceerd
Indicatie
Vordering tot betaling van saldo op kwaliteitsrekening van notaris, na executoriaal beslag. Notaris wordt bevolen saldo over te maken. Medegerechtigde ex-echtgenote moet betaling gehengen en gedogen.
Uitspraak
vonnis
RECHTBANK ARNHEM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 180391 / KG ZA 09-72
Vonnis in kort geding van 7 april 2009
in de zaak van
de naamloze vennootschap
GUARANTEE INSURANCE N.V.,
gevestigd te Gent, België,
eiseres,
procesadvocaat mr. J.M.W. Werker te Arnhem,
tegen
[gedaagden],
gedaagden,
[gedaagde sub 1] is verschenen in persoon en als schriftelijk gemachtigde van [gedaagde sub 2]
[gedaagde sub 3] is verschenen in persoon.
Eiseres zal hierna Guarantee Insurance, gedaagden sub 1 en 2 zullen [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] en gezamenlijk de notaris en gedaagde sub 3 zal mevrouw [gedaagde sub 3] genoemd worden.
1. Het verloop van de procedure
1.1. Guarantee Insurance heeft [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] ter zitting in kort geding doen dagvaarden en gevorderd als weergegeven in de dagvaarding van 16 februari 2009. Bij de mondelinge behandeling op 2 maart 2009 zijn verschenen: mr. A. Stendahl namens Guarantee Insurance, [gedaagde sub 1] in persoon en mr. P.M. Gunning, curator in het faillissement van Verzekerd Keur. [gedaagde sub 2] was niet verschenen, noch in persoon noch vertegenwoordigd door een advocaat. Gelet op het eerste lid van artikel 255 Rv, moet formeel verstek tegen hem worden verleend, zij het dat op grond van artikel 140 lid 2 Rv het vonnis toch als een vonnis op tegenspraak wordt beschouwd. Gelet op het karakter van de zaak, een executiegeschil als bedoeld in artikel 438 Rv dat ten aanzien van de notarissen kan worden beschouwd als een “jugement sur référé” in klassieke zin, heeft de voorzieningenrechter ter zitting besloten dat voor [gedaagde sub 2] niet zonder meer de verstekmaatstaf van artikel 139 Rv zal worden aangelegd, maar dat rekening zal worden gehouden met zijn standpunt, mits dit door zijn kantoorgenoot voorzien van een schriftelijke volmacht naar voren wordt gebracht.
De advocaat van Guarantee Insurance heeft de zaak vervolgens bepleit overeenkomstig de overgelegde pleitnotitie. Daarna is de zaak aangehouden omdat de voorzieningenrechter het nodig vond om mevrouw [gedaagde sub 3] als derde belanghebbende ex artikel 438 lid 2 Rv in het geding op te roepen.
Bij exploot van 12 maart 2009 is mevrouw [gedaagde sub 3] opgeroepen. Daarmee is zij partij geworden in deze procedure. De mondelinge behandeling is voortgezet op 23 maart 2009. Daarbij zijn verschenen mr. A. Stendahl namens Guarantee Insurance, [gedaagde sub 1] in persoon en als schriftelijk gemachtigde van [gedaagde sub 2] en mevrouw [voorletters] [gedaagde sub 3]. De advocaat van Guarantee Insurance heeft de zaak opnieuw bepleit overeenkomstig de overgelegde pleitnotitie.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. Guarantee Insurance verkocht garantieverzekeringen. Guarantee Insurance heeft op of omstreeks november 1996 een samenwerkingsovereenkomst gesloten met [betrokkene] Holding B.V. handelend onder de naam Verzekerd Keur, verder te noemen Verzekerd Keur. [betrokkene] (hierna: [betrokkene]) was directeur - grootaandeelhouder van Verzekerd Keur.
2.2. Bij brief van 15 maart 1999 heeft Guarantee Insurance de samenwerking opgezegd en aanspraak gemaakt op terugbetaling van door haar betaalde premies en voorgeschoten schade uitkeringen, alsmede een vergoeding in verband met het verlies van klanten.
2.3. Bij vonnis van 20 juni 2001 is Verzekerd Keur, evenals een aantal andere aan [betrokkene] gelieerde vennootschappen, in staat van faillissement verklaard, waarbij mr. P.M. Gunning (hierna: de curator) tot curator is benoemd.
2.4. Bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad van 7 november 2007 is [betrokkene] onder meer veroordeeld tot betaling van een bedrag van EUR 1.043.239,- aan Guarantee Insurance. [betrokkene] is van het vonnis in hoger beroep gekomen. [betrokkene] heeft behoudends het aanbrengen van de dagvaarding niets ondernomen, zodat de procedure sinds ruim een jaar stil ligt.
2.5. [betrokkene] en mevrouw [gedaagde sub 3] zijn gescheiden. Zij waren gehuwd in algehele gemeenschap van goederen. De voormalig echtelijke woning, waarvan zij gezamenlijk eigenaar waren, is verkocht in juli 2003. De overwaarde is gestort op de derdenrekening van de notaris.
2.6. Op 2 juli 2008 heeft Guarantee Insurance na betekening van het vonnis executoriaal derdenbeslag gelegd onder de notaris. Op 8 juli 2008 heeft de notaris een verklaring derdenbeslag afgegeven waarin staat vermeld:
“Tussen de ondergetekenden en de schuldenaar bestaat(n) (nog) de volgende rechtsverhoudingen: De depotovereenkomst; gelden gestort op afzonderlijke derdengeldrekening bij Rabobank Graafschap-Midden, rek.nr. 3625.411.180.
Aan de schuldenaar zijnde volgende bedragen verschuldigd: onbekend;
door casu quo namens betrokkenen, al dan niet in rechte, vast te stellen saldo 1/1/2008 € 177.983,91.”
Het betreft een rekening met de tenaamstelling “ [gedaagden] notarissen
Inz. [betrokkene], [voorletters] [gedaagde sub 3], Mr. P.M. Gunning, curator in het faillissement van Verzekerd Keur B.V., VK Finance B.V., VK Nederland B.V. en [betrokkene] Holding B.V. en Guarantee Insurance N.V.”
2.7. De notaris heeft, ondanks sommaties daartoe, voornoemd bedrag tot op heden niet overgemaakt op de rekening van de deurwaarder.
3. Het geschil
3.1. Guarantee Insurance vordert - samengevat - de notaris, op straffe van een dwangsom, te veroordelen tot nakoming van de verplichting het saldo op de rekening op naam van [gedaagden] (thans [gedaagde sub 1] & [gedaagde sub 2]), waarop door Guarantee Insurance executoriaal derdenbeslag is gelegd, over te boeken op de rekening van deurwaarder M.G. de Jong te Arnhem.
3.2. Als grondslag voor haar vordering voert Guarantee Insurance aan dat de notaris verplicht is tot afgifte / afdracht van de in de verklaring van 8 juli 2008 genoemde geldsommen aan de deurwaarder (artikel 477 lid 1 Rv). Guarantee Insurance is van mening dat sprake is van een toereikende rechtsgrond voor betaling van de geldsommen. De notaris is betaling aan Guarantee Insurance verschuldigd (mede) op grond van artikel 25 lid 2 Notariswet, waarin wordt bepaald dat indien onder de notaris derdenbeslag is gelegd op het aandeel van een rechthebbende in de bijzondere rekening en de notaris overeenkomstig de artikelen 476a en 477 Rv verklaring heeft gedaan, de notaris dan zonder opdracht van de rechthebbende betaling kan verrichten aan de executant. Omdat de notaris zijn afdrachtverplichting niet nakomt vordert Guarantee Insurance op grond van artikel 477 lid 4 Rv veroordeling van de notaris daartoe.
Guarantee Insurance is daarnaast van mening dat aan de vereiste toestemming van de rechthebbenden is voldaan. Betrokkenen bij het saldo zijn de curator, mevrouw [gedaagde sub 3] en Guarantee Insurance als beslaglegger. Guarantee Insurance is naar haar zeggen met de curator overeengekomen dat hij de executie van het vonnis van 7 november 2007 zal gehengen en gedogen. De curator heeft de notaris opdracht gegeven het saldo over te maken. Volgens Guarantee Insurance heeft mevrouw [gedaagde sub 3], ondanks meerdere schriftelijke verzoeken om een standpunt ten aanzien van het saldo in te nemen, tot op heden daarop geen aanspraak gemaakt.
3.3. Guarantee Insurance vordert mevrouw [gedaagde sub 3] te veroordelen de gevorderde overboeking c.q. betaling door de notaris te gehengen en te gedogen. Guarantee Insurance stelt dat haar vordering op [betrokkene] een gemeenschapsschuld is die op grond van artikel 1:100 lid 2 BW kan worden verhaald op het onverdeelde deel van de huwelijksgoederengemeenschap, zijnde het bedrag dat zich op de derdenrekening van de notaris bevindt.
3.4. De notaris refereert zich aan het oordeel van de voorzieningenrechter en mevrouw [gedaagde sub 3] voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
4.1. Guarantee Insurance heeft op 2 juli 2008 ter executie van het vonnis van 7 november 2007 executoriaal beslag gelegd op het saldo van de kwaliteitsrekening van de notaris. De notaris heeft aan Guarantee Insurance op 8 juli 2008 een derdenverklaring ex artikel 476a lid 1 Rv afgegeven. Op grond van artikel 477lid 1 Rv is de notaris verplicht de geldsommen die hij blijkens de verklaring aan de executant is verschuldigd, aan de deurwaarder te voldoen. De notaris heeft gesteld dat hij zich niet vrij acht tot uitbetaling van het saldo op de kwaliteitsrekening omdat de daarvoor vereiste toestemming van de gerechtigden, met name van mevrouw [gedaagde sub 3], ontbreekt. Ter zitting heeft de notaris verklaard dat hij zich refereert aan het oordeel van de voorzieningenrechter.
4.2. De mogelijke rechthebbenden op het saldo zijn [betrokkene], mevrouw [gedaagde sub 3], de curator en Guarantee Insurance zelf. Ter zitting heeft de curator de door Guarantee Insurance gestelde afspraak dat hij de executie van het vonnis van 7 november 2007 zal gehengen en gedogen, bevestigd. De curator heeft de notaris inmiddels opdracht gegeven het saldo over te maken. Mevrouw [gedaagde sub 3] heeft zich verzet tegen de aanspraak die Guarantee Insurance maakt op het volledige saldo van de kwaliteitsrekening van de notaris. Zij was met [betrokkene] gehuwd in gemeenschap van goederen. Zij waren gezamenlijk eigenaar van de voormalige echtelijke woning, die is verkocht nadat zij waren gescheiden. De overwaarde is destijds gestort op de kwaliteitsrekening van de notaris. Mevrouw [gedaagde sub 3] is van mening dat zij recht heeft op de helft van die overwaarde.
4.3. De voorzieningenrechter overweegt het navolgende. Niet in geschil is dat mevrouw [gedaagde sub 3] als deelgenoot in de voormalige echtelijke woning nu ook deelgenoot is in het restant van de opbrengst, dat bij de notaris is gedeponeerd. Dit laat echter onverlet dat Guarantee Insurance zich op de opbrengst en dus ook op het aandeel van mevrouw [gedaagde sub 3] kan verhalen. Mevrouw [gedaagde sub 3] was immers met [betrokkene] gehuwd in algehele gemeenschap van goederen. Ingevolge de hoofdregel van artikel 1:94 lid 1 BW omvat deze gemeenschap alle tegenwoordige en toekomstige goederen en schulden van de echtgenoten (ongeacht door wie verkregen of door wie aangegaan).
Artikel 1:94 lid 3 BW maakt hierop een uitzondering, in die zin dat goederen of schulden die zodanig aan een van de echtgenoten zijn verknocht, slechts in de gemeenschap vallen voor zover die verknochtheid zich daartegen niet verzet. Niet gesteld of gebleken is dat deze uitzondering zich hier voordoet. De woning en de opbrengst daarvan vallen dus in de ontbonden maar nog niet vereffende gemeenschap. Dat geldt echter ook voor de schuld aan Guarantee Insurance. Vast staat dat Guarantee Insurance uit hoofde van het vonnis van 7 november 2007 een vordering heeft op [betrokkene]. Deze schuld van [betrokkene] aan Guarantee Insurance is tijdens het huwelijk ontstaan uit onrechtmatige daad en dient te worden aangemerkt als een gemeenschapsschuld. Guarantee Insurance kan deze schuld ingevolge artikel 1:100 lid 2 BW verhalen op de ontbonden onverdeelde huwelijksgemeenschap, waartoe het totale saldo van de kwaliteitsrekening van de notaris behoort. Mevrouw [gedaagde sub 3] zal de betaling daarvan aan de deurwaarder dienen te gehengen en gedogen.
4.4. Uit het voorgaande volgt dat de vorderingen zullen worden toegewezen als na te melden, met dien verstande dat, gelet op de referte van de notaris, geen aanleiding bestaat de gevorderde dwangsommen op te leggen.
Aangezien geen van partijen als in het ongelijk gesteld is te beschouwen, zullen de proceskosten worden gecompenseerd op de hierna te vermelden wijze.
5. De beslissing
De voorzieningenrechter
5.1. beveelt de notaris om binnen acht dagen na betekening van dit vonnis het saldo op de rekening op naam van [gedaagden] (thans [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2]), met rekeningnummer 3625.411.180 bij de Coöperatieve Rabobank Doesburg-Giesbeek en Omstreken U.A. te Doesburg, waarop door Guarantee Insurance executoriaal derdenbeslag is gelegd, over te boeken op de rekening van de deurwaarder M.G. de Jong Gerechtsdeurwaarders te Arnhem,
5.2. veroordeelt mevrouw [gedaagde sub 3] de onder 5.1. genoemde overboeking van het saldo te gehengen en te gedogen,
5.3. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.4. compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt,
5.5. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. N.W. Huijgen en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier mr. E.S.M. Daamen op 7 april 2009