
Jurisprudentie
BI2832
Datum uitspraak2009-04-22
Datum gepubliceerd2009-05-01
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank 's-Hertogenbosch
Zaaknummers171347 HA ZA 08-413
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2009-05-01
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank 's-Hertogenbosch
Zaaknummers171347 HA ZA 08-413
Statusgepubliceerd
Indicatie
"Oproeping in vrijwaring van in India woonachtige "borg" toegestaan. Om verdere vertraging te voorkomen wordt in de hoofdzaak afzonderlijk naar rol verwezen."
Uitspraak
vonnis
RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 171347 / HA ZA 08-413
Vonnis in incident van 22 april 2009
in de zaak van
1. de stichting
BORDEAUX BELEGGERS BELANGEN,
gevestigd te 's-Hertogenbosch,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SPORTSLINE B.V.,
gevestigd te Geldrop,
3. [eiser sub 3],
wonende te [woonplaats],
4. [eiser sub 4],
wonende te [woonplaats],
5 (eiser sub 5),
wonende te (woonplaats),
6. [eiser sub 6],
wonende te [woonplaats],
7. [eiser sub 7],
wonende te [woonplaats],
8. [eiser sub 8],
wonende te [woonplaats],
9. [eiser sub 9],
wonende te [woonplaats],
10. [eiser sub 10],
wonende te [woonplaats],
11. [eiser sub 11],
wonende te [woonplaats],
12. [eiser sub 12],
wonende te [woonplaats],
13. [eiser sub 13],
wonende te [woonplaats],
14. [eiser sub 14],
wonende te [woonplaats],
15. [eiser sub 15],
wonende te [woonplaats],
16. [eiser sub 16],
wonende te [woonplaats],
17. [eiser sub 17],
wonende te [woonplaats],
18. [eiser sub 18],
wonende te [woonplaats],
19. [eiser sub 19],
wonende te [woonplaats],
20. [eiser sub 20],
wonende te [woonplaats],
21. [eiser sub 21],
wonende te [woonplaats],
22. [eiser sub 22],
wonende te [woonplaats],
23. (eiser sub 23),
wonende te (woonplaats),
24. [eiser sub 24],
wonende te [woonplaats],
25. [eiser sub 25],
wonende te [woonplaats],
26. [eiser sub 26],
wonende te [woonplaats],
eisers in de hoofdzaak,
verweerders in het incident,
advocaat mr. R.H.J.M. Silvertand,
tegen
[gedaagde],
woonplaats onbekend,
gedaagde in de hoofdzaak,
eiser in het incident,
advocaat mr. Ph.C.M. van der Ven.
Partijen zullen hierna Bordeaux Beleggers Belangen c.s. en [gedaagde] genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het vonnis in incident van 24 december 2008, waarbij de rechtbank zich onbevoegd heeft verklaard van de vordering van [eiser sub 5] (eiser 5) en v[eiser sub 23] (eiser 23) kennis te nemen
- de incidentele conclusie tot oproeping in vrijwaring
- de incidentele conclusie van antwoord.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.
2. De beoordeling in het incident
2.1. [gedaagde] vordert dat hem wordt toegestaan [X] (hierna: [X]), wonende te India, in vrijwaring op te roepen. [gedaagde] stelt dat alle door hem uitgevoerde handelingen, die door Bordeaux Beleggers Belangen c.s. als onrechtmatig jegens hen worden bestempeld, zijn uitgevoerd in opdracht van [X]. [gedaagde] legt een tussen hem en [X] gesloten overeenkomst over, waaruit volgens [gedaagde] blijkt dat [X] heeft toegezegd hem te zullen vrijwaren voor civiele claims als de onderhavige.
2.2. Bordeaux Beleggers Belangen c.s. voeren het volgende verweer. [X] is een katvanger. [gedaagde] tracht door het opwerpen van een nieuw incident opnieuw de procedure te vertragen. [gedaagde] tracht tijd te winnen om zo veel mogelijk vermogensbestanddelen aan verhaal te onttrekken. Veel van die vermogensbestanddelen bevinden zich in het buitenland. Bordeaux Beleggers Belangen c.s. dienen over een vonnis van de Nederlandse rechter te beschikken om effectief verhaal te kunnen zoeken op die vermogensbestanddelen. Aangezien [X] in India woont, zal er geruime tijd verstrijken vooraleer hij op de voorgeschreven wijze is gedagvaard. Bordeaux Beleggers Belangen c.s. achten het onaanvaardbaar als al die tijd in de hoofdzaak gewacht zou moeten worden op de uitkomst van de vrijwaringsprocedure. De zaak heeft in januari 2008 voor het eerst op de rol gestaan voor antwoord. Indien en voor zover de rechtbank het verzoek toewijst, verzoeken zij dat in de hoofdzaak afzonderlijk wordt beslist op hun vordering, waardoor er in de hoofdzaak zonder vertraging kan worden voortgeprocedeerd.
Bordeaux Beleggers Belangen c.s. verzoeken voorts [gedaagde] te bevelen thans geen nadere incidenten in de hoofdzaak meer op te werpen, aangezien [gedaagde] die incidenten slechts gebruikt om de zaak te vertragen en daarmee misbruik van procesrecht maakt.
2.2. De rechtbank overweegt als volgt.
Om een verzoek tot oproeping in vrijwaring te kunnen toewijzen is vereist dat de vordering tegen de waarborg afhankelijk is van de vordering in de hoofdzaak, in die zin dat de eerstgenoemde vordering alleen toewijsbaar zal zijn, omdat in de hoofdzaak een voor de gewaarborgde ongunstig vonnis wordt gewezen. De rechtsverhouding tussen de gewaarborgde en de waarborg dient zodanig te zijn dat de waarborg gehouden is de gewaarborgde vrij te houden van de nadelige gevolgen van het verliezen van de hoofdzaak. Uit de stellingen van [gedaagde] komt voldoende naar voren dat van zo’n rechtsverhouding (mogelijk) sprake is, zodat aan de vereisten voor oproeping in vrijwaring in beginsel is voldaan. Het verweer van Bordeaux Beleggers Belangen c.s. dat [X] een katvanger is ziet op de inhoudelijke kant van de vrijwaringszaak, niet op de toelaatbaarheid van de oproeping in vrijwaring. Het al dan niet bestaan van de gestelde verplichting tot vrijwaring is niet een zaak tussen de partijen in het incident, maar tussen [gedaagde] en [X].
Voor beantwoording van de vraag of de hoofdzaak onredelijk zou worden vertraagd als de vordering tot vrijwaring wordt toegestaan, zoals Bordeaux Beleggers Belangen c.s. aanvoeren, komt het aan op een onderzoek naar de belangen van partijen en naar de eisen van een doelmatige procesvoering. [gedaagde] heeft er belang bij dat de zaak tegen [X] door deze rechtbank wordt behandeld, om tegenstrijdige uitspraken te voorkomen. Aan Bordeaux Beleggers Belangen c.s. kan worden toegegeven dat de hoofdzaak vertraging zal oplopen als de hoofdzaak en de vrijwaring gezamenlijk worden behandeld, nu [X] in India woont. Op grond van artikel 115, lid 2, Rv bedraagt de termijn van dagvaarding van [X] immers tenminste drie maanden. Bordeaux Beleggers Belangen c.s. hebben er naar het oordeel van de rechtbank belang bij dat zonder verdere vertraging in de hoofdzaak kan worden voortgeprocedeerd. Daaraan kan worden tegemoet gekomen door, zoals Bordeaux Beleggers Belangen c.s. verzoeken, afzonderlijk in de hoofdzaak te beslissen en daartoe de behandeling van de hoofdzaak afzonderlijk van de vrijwaring voor te zetten (artikel 215 Rv). De rechtbank zal de vordering in het incident toewijzen en de hoofdzaak afzonderlijk naar de rol verwijzen voor conclusie van antwoord.
2.3. De rechtbank kan niet op voorhand oordelen dat een nieuw door [gedaagde] op te werpen incident misbruik van procesrecht zal opleveren. Het verzoek van Bordeaux Beleggers Belangen c.s. [gedaagde] te bevelen thans geen nadere incidenten in de hoofdzaak meer op te werpen kan daarom niet worden toegewezen.
2.4. De rechtbank zal de beslissing omtrent de kosten van het incident aanhouden, totdat in de hoofdzaak zal worden beslist.
3. De beslissing
De rechtbank
in het incident
3.1. staat toe dat [X] door [gedaagde] wordt gedagvaard tegen de terechtzitting van 26 augustus 2009,
3.2. houdt de beslissing omtrent de kosten van het incident aan,
in de hoofdzaak
3.3. bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van 3 juni 2009 voor conclusie van antwoord.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.C.W. Geurtsen-van Eeden en in het openbaar uitgesproken op 22 april 2009.