Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BI7444

Datum uitspraak2009-06-09
Datum gepubliceerd2009-06-11
RechtsgebiedSociale zekerheid
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamCentrale Raad van Beroep
Zaaknummers08/7138 WAZ
Statusgepubliceerd


Indicatie

Wegens het te laat indienen van het bezwaarschrift heeft de rechtbank het beroep van appellante ongegrond verklaard. Naar het oordeel van de Raad heeft de rechtbank de in hoger beroep herhaalde gronden afdoende besproken en genoegzaam gemotiveerd waarom die gronden niet slagen. Met de rechtbank is de Raad van oordeel dat hetgeen appellante heeft gesteld omtrent de naar haar mening door de door haar ingeschakelde advocaat gemaakte fouten haar niet kan baten. Daargelaten of het door appellante gestelde juist is, worden (beoordelings)fouten van degene die is ingeschakeld om de belangen van een rechtzoekende te behartigen toegerekend aan de rechtzoekende. Terecht heeft de rechtbank gewezen op de jurisprudentie van de Raad op dit punt, zoals deze blijkt uit onder andere zijn uitspraak van 24 april 2007, LJN BA4297.


Uitspraak

08/7138 WAZ Centrale Raad van Beroep Enkelvoudige kamer U I T S P R A A K op het hoger beroep van: [Appellante], wonende te [woonplaats] (hierna: appellante), tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 5 november 2008, 08/1552 (hierna: aangevallen uitspraak), in het geding tussen: appellante en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: Uwv). Datum uitspraak: 9 juni 2009 I. PROCESVERLOOP Appellante heeft hoger beroep ingesteld. Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend. Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 28 april 2009. Appellante is verschenen. Het Uwv was vertegenwoordigd door W.L.J. Weltevrede. II. OVERWEGINGEN 1. De rechtbank heeft op grond van de in de aangevallen uitspraak weergegeven overwegingen het beroep van appellante gericht tegen het besluit van 2 april 2008 – waarbij het Uwv het bezwaar van appellante gericht tegen zijn besluit van 8 januari 2008 niet-ontvankelijk heeft verklaard wegens het te laat indienen van het bezwaarschrift – ongegrond verklaard. 2. Appellante heeft in hoger beroep in essentie herhaald hetgeen zij reeds in beroep naar voren heeft gebracht. 3.1. Naar het oordeel van de Raad heeft de rechtbank de in hoger beroep herhaalde gronden afdoende besproken en genoegzaam gemotiveerd waarom die gronden niet slagen. Met de rechtbank is de Raad van oordeel dat hetgeen appellante heeft gesteld omtrent de naar haar mening door de door haar ingeschakelde advocaat gemaakte fouten haar niet kan baten. Daargelaten of het door appellante gestelde juist is, worden (beoordelings)fouten van degene die is ingeschakeld om de belangen van een rechtzoekende te behartigen toegerekend aan de rechtzoekende. Terecht heeft de rechtbank gewezen op de jurisprudentie van de Raad op dit punt, zoals deze blijkt uit onder andere zijn uitspraak van 24 april 2007, LJN BA4297. 3.2. Het hoger beroep treft mitsdien geen doel. De aangevallen uitspraak dient dan ook te worden bevestigd. 3.3. De Raad acht geen termen aanwezig om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht. III. BESLISSING De Centrale Raad van Beroep; Recht doende: Bevestigt de aangevallen uitspraak. Deze uitspraak is gedaan door J. Brand. De beslissing is, in tegenwoordigheid van M.A. van Amerongen als griffier, uitgesproken in het openbaar op 9 juni 2009. (get.) J. Brand. (get.) M.A. van Amerongen. KR