Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BI8677

Datum uitspraak2009-01-20
Datum gepubliceerd2009-06-18
RechtsgebiedHandelszaak
Soort ProcedureKort geding
Instantie naamRechtbank Middelburg
Zaaknummers65845/ KG ZA 08-239
Statusgepubliceerd


Indicatie

Goese Schans heeft, als gedelegeerd opdrachtgever van de gemeente Goes, een aanbestedingsprocedure uitgeschreven met betrekking tot sloopwerkzaamheden aan de Westhavendijk en het Geldeloozepad te Goes. Het betreft een nationale onderhandse aanbestedingsprocedure, waarop hoofdstuk 7 van het Aanbestedingsreglement Werken 2005 (hierna: ARW 2005) van toepassing is verklaard. Het gunningscriterium is de laagste prijs. Op 20 november 2008 heeft de aanbesteding plaatsgevonden. Van de in totaal 6 inschrijvers heeft, zo blijkt uit het proces-verbaal van aanbesteding, Sloopbedrijf [naam bedri[ bedrijf 1] v.o.f. te Kruiningen (hierna: [ bedrijf 1]) voor de laagste prijs ingeschreven. Sagro is de opvolgende laagste inschrijver. Bij brief van 2 december 2008 heeft Goese Schans aan Sagro meegedeeld voornemens te zijn het werk te gunnen aan [ bedrijf 1]. Het geschil. Sagro vordert bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad: Goese Schans te verbieden uitvoering te geven aan het door haar geuite gunningsvoornemen, althans Goese Schans te bevelen het (onder 2.1. bedoelde) werk aan Sagro te gunnen, althans Goese Schans te bevelen af te zien van gunning van het werk aan welke inschrijver dan ook, en; Goese Schans te veroordelen in de kosten van dit geding, met bepaling dat indien deze kosten niet binnen twee weken na dagtekening van het vonnis zijn voldaan, Goese Schans daarover wettelijke rente zal zijn verschuldigd, en; Goese Schans te veroordelen in de nakosten.


Uitspraak

Uitspraak vonnis RECHTBANK MIDDELBURG 65845 / KG ZA 08-239 Sector civiel recht, voorzieningenrechter zaaknummer / rolnummer: 65845 / KG ZA 08-239 Vonnis van 20 januari 2009 in de zaak van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid SAGRO AANNEMINGSMAATSCHAPPIJ ZEELAND B.V., gevestigd te 's-Heerenhoek, gemeente Borsele, eiseres, advocaat: mr. K.M. Moeliker, tegen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid GRONDEXPLOITATIEMAATSCHAPPIJ GOESE SCHANS BEHEER B.V., gevestigd te Goes, gedaagde, advocaat: mr. A.C. van Langen. Partijen zullen hierna Sagro en Goese Schans genoemd worden. De procedure. Het verloop van de procedure blijkt uit: de dagvaarding met producties 1 tot en met 6; de bij telefaxbericht van 12 januari 2009 van de zijde van Sagro gevoegde aanvullende productie; de mondelinge behandeling op 13 januari 2009; - de pleitnota van Sagro; - de pleitnota van Goese Schans. De feiten. Goese Schans heeft, als gedelegeerd opdrachtgever van de gemeente Goes, een aanbestedingsprocedure uitgeschreven met betrekking tot sloopwerkzaamheden aan de Westhavendijk en het Geldeloozepad te Goes. Het betreft een nationale onderhandse aanbestedingsprocedure, waarop hoofdstuk 7 van het Aanbestedingsreglement Werken 2005 (hierna: ARW 2005) van toepassing is verklaard. Het gunningscriterium is de laagste prijs. In het bestek (Besteksnummer [bestek nummer]) is bepaald aan welke eisen de inschrijvers dienen te voldoen. Onder het kopje 0.04 INSCHRIJVING is de volgende bepaling opgenomen: “De te verstrekken gegevens worden getoetst aan de volgende criteria: a. (…) b. Met betrekking tot de technische bekwaamheid: Een bewijs dat de inschrijver in het bezit is van een geldig kwaliteitssysteemcertificaat op basis van de norm ISO 9001 Model voor de kwaliteitsborging bij het ontwerpen, het ontwikkelen, het vervaardigen, het installeren en de nazorg, dat betrekking heeft op de aard van het werk; Een bewijs dat de inschrijver in het bezit is van een geldig veiligheidssysteemcertificaat op basis van de norm VCA** “Veiligheidscertificaat Aannemers”; Een bewijs dat de inschrijver in het bezit is van een geldig procescertificaat voor het verwijderen van asbest conform de BRL 5050; Een bewijs dat de inschrijver in het bezit is van een geldig sloopcertificaat conform de BRL SVMS-007; Een bewijs dat de inschrijver in het bezit is van een KIWA certificaat conform BRL-K 902 en BRL-K 904.” In de aanpassing op de Nota van Inlichtingen d.d. 13 november 2008 is de eis met betrekking tot de technische bekwaamheid dat de inschrijver in het bezit is van een geldig sloopcertificaat conform de BRL SVMS-007 komen te vervallen. Op 20 november 2008 heeft de aanbesteding plaatsgevonden. Van de in totaal 6 inschrijvers heeft, zo blijkt uit het proces-verbaal van aanbesteding, Sloopbedrijf [naam bedri[ bedrijf 1] v.o.f. te Kruiningen (hierna: [ bedrijf 1]) voor de laagste prijs ingeschreven. Sagro is de opvolgende laagste inschrijver. Bij brief van 2 december 2008 heeft Goese Schans aan Sagro meegedeeld voornemens te zijn het werk te gunnen aan [ bedrijf 1]. Sagro kan zich met dit gunningsvoornemen niet verenigen en heeft Goese Schans gesommeerd het werk niet aan [ bedrijf 1], maar aan Sagro te gunnen. Aan deze sommatie heeft Goese Schans geen gevolg gegeven. Het geschil. Sagro vordert bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad: Goese Schans te verbieden uitvoering te geven aan het door haar geuite gunningsvoornemen, althans Goese Schans te bevelen het (onder 2.1. bedoelde) werk aan Sagro te gunnen, althans Goese Schans te bevelen af te zien van gunning van het werk aan welke inschrijver dan ook, en; Goese Schans te veroordelen in de kosten van dit geding, met bepaling dat indien deze kosten niet binnen twee weken na dagtekening van het vonnis zijn voldaan, Goese Schans daarover wettelijke rente zal zijn verschuldigd, en; Goese Schans te veroordelen in de nakosten. Sagro legt aan haar vordering ten grondslag dat [ bedrijf 1] niet voldoet aan de in het bestek gestelde minimumeisen met betrekking tot de technische bekwaamheid, zodat haar inschrijving door Goese Schans als ongeldig ter zijde had moeten worden gelegd. Verder had Goese Schans aan [ bedrijf 1] geen gelegenheid moeten en mogen geven haar inschrijving alsnog aan te vullen. Dat geen van de inschrijvers voldoet aan alle in het bestek gestelde bekwaamheidseisen maakt dit niet anders. Aan Goese Schans moet dan ook worden verboden de opdracht aan [ bedrijf 1] te gunnen. Sagro is overigens van mening dat van alle inschrijvers zijzelf het meest in aanmerking komt voor gunning van de opdracht aangezien zij beschikt over de meeste certificaten die in het bestek geëist worden. Goese Schans voert gemotiveerd verweer tegen de vordering van Sagro. Goese Schans stelt dat geen van de inschrijvers voldoet aan alle in het bestek gestelde technische bekwaamheidseisen. Dit betekent dus dat alle inschrijvingen, dus ook de inschrijvingen van [ bedrijf 1] en Sagro, ongeldig zijn. Omdat alle inschrijvingen incompleet zijn, heeft Goese Schans mogen besluiten de inschrijvers de gelegenheid te bieden de gebreken te herstellen. Goese Schans heeft bij [ bedrijf 1] als laagste inschrijver en Sagro als op een na laagste inschrijver de ontbrekende gegevens opgevraagd. Omdat [ bedrijf 1] thans alsnog voldoet aan alle vereisten, heeft Goese Schans het voornemen de opdracht aan [ bedrijf 1] te gunnen. De beoordeling. In het bestek is in paragraaf 0.04 duidelijk geformuleerd over welke technische certificaten de inschrijvers dienen te beschikken. Vaststaat dat alle inschrijvingen door het ontbreken van één of meer van deze certificaten incompleet zijn, en daarmee niet voldoen aan de inhoudelijke eisen van het bestek. Tussen partijen is niet in geschil dat dit betekent dat alle inschrijvingen ongeldig zijn en in beginsel buiten beschouwing dienen te worden gelaten. Onderwerp van dit kort geding is de vraag of de handelwijze van Goese Schans waarbij zij [ bedrijf 1] heeft aangeboden haar gebreken te herstellen, afbreuk doet aan de gelijke kansen van de inschrijvers en Sagro in het bijzonder. Goese Schans stelt zich op het standpunt dat het gelijkheidsbeginsel niet wordt geschonden, omdat in wezen alle inschrijvers de gelegenheid zouden krijgen om hun inschrijvingen aan te vullen met de ontbrekende documenten. Dit standpunt wordt niet gevolgd. Het gaat namelijk niet om kleine tekortkomingen in de reeds verstrekte gegevens, maar om het niet voldoen aan inhoudelijke eisen van het bestek: er ontbreken relevante gegevens die bij de inschrijving hadden moeten worden verstrekt. Op het ontbreken hiervan staat ingevolge artikel 7.17.1 ARW de sanctie van ongeldigheid van de inschrijving. In dat geval is aanvulling van de stukken niet toelaatbaar. Bovendien verplicht het beginsel van gelijke behandeling dat Goese Schans jegens alle inschrijvers strikt de hand moet houden aan de in het bestek gestelde inhoudelijke eisen. Hieruit volgt dat het Goese Schans niet is toegestaan om inschrijvers na het tijdstip van aanbesteding nog in de gelegenheid te stellen om de inschrijving met de vereiste gegevens aan te vullen. Dit geldt te meer nu van alle inschrijvers kennelijk alleen [ bedrijf 1] en Sagro deze gelegenheid hebben gekregen en vervolgens de inschrijving van [ bedrijf 1] na overlegging van de documenten als eerste door Goese Schans is beoordeeld. Met betrekking tot de vorderingen van Sagro wordt het volgende overwogen. Reeds om reden dat er sprake is van een ongeldige inschrijving kan Goese Schans haar gunningsvoornemen niet ten uitvoer brengen. Het door Sagro gevorderde verbod zal dan ook worden toegewezen. Om te bepalen hoe het nu verder moet, is niet ter beoordeling van de voorzieningenrechter. Daarmee zou immers voorbij worden gegaan aan de inrichtings- en beoordelingsvrijheid die Goese Schans nu eenmaal heeft. De onderdelen van de vordering van Sagro die daar wel van uitgaan, moeten daarom worden afgewezen. Goese Schans zal als de in overwegende mate in het ongelijk gestelde partij in de kosten van de procedure worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Sagro worden begroot op: - dagvaarding € 72,25 - vast recht € 254,-- - salaris advocaat € 1.054,-- Totaal € 1.380,25 De door Sagro gevorderde wettelijke rente over de proceskosten en de tevens gevorderde vergoeding van nakosten zullen als onweersproken worden toegewezen De beslissing. De voorzieningenrechter: verbiedt Goese Schans uitvoering te geven aan haar voornemen, kenbaar gemaakt bij schrijven aan Sagro van 2 december 2008, tot gunning van het hiervoor onder 2.1. bedoelde werk aan Sloopbedrijf [naam bedri[ bedrijf 1] v.o.f. te Kruiningen, veroordeelt Goese Schans in de proceskosten, aan de zijde van Sagro tot op heden begroot op € 1.380,25, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de vijftiende dag na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling, veroordeelt Goese Schans in de nakosten, volgens het toepasselijke liquidatietarief begroot op een bedrag van € 131,--, en, indien en voor zover Goese Schans niet binnen 14 dagen na betekening van het vonnis aan dit vonnis heeft voldaan, vermeerderd met een bedrag van € 68,--, verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad, wijst het meer of anders gevorderde af. Dit vonnis is gewezen door mr. M.C. de Regt en in het openbaar uitgesproken op 20 januari 2009.