Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BJ5905

Datum uitspraak2009-08-25
Datum gepubliceerd2009-08-25
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureEerste aanleg - meervoudig
Instantie naamRechtbank Almelo
Zaaknummers08/710130-09
Statusgepubliceerd


Indicatie

De rechtbank Almelo heeft besloten tot heropening van het onderzoek inzake een van oplichting verdachte man. Het onderzoek ten aanzien van de persoon van de verdachte is niet volledig geweest.


Uitspraak

RECHTBANK ALMELO Parketnummer: 08/710130-09 INTERLOCUTOIR VONNIS STRAFZAKEN De rechtbank te Almelo, meervoudige kamer voor strafzaken: Gelet op het onderzoek ter terechtzitting van 11 augustus 2009 in de zaak van de officier van justitie in het arrondissement Almelo, tegen de verdachte: [VERDACHTE], geboren te [GEBOORTEPLAATS] op [1970], wonende te [WOONPLAATS], thans verblijvende in het huis van bewaring te Hoogeveen; Overwegende, dat onder de beraadslaging is gebleken dat het onderzoek niet volledig is geweest ten aanzien van de persoon van verdachte; Overwegende dat de rechtbank het noodzakelijk acht dat: -er omtrent verdachte een psychologisch en een psychiatrisch rapport wordt uitgebracht door het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie; -het over verdachte in 2002 door psychiater Morre uitgebrachte pro-justitia rapport aan het dossier wordt toegevoegd; Gezien artikel 346 van het Wetboek van Strafvordering; B E S L I S S E N D E : Heropent het onderzoek. Beveelt dat dit zal worden hervat (om vorenbedoelde klemmende redenen dat er een onderzoek naar de persoon van de verdachte dient plaats te vinden ) ter terechtzitting op een nader in overleg met de officier van justitie en de raadsvrouw te bepalen tijdstip doch uiterlijk gelegen binnen drie maanden na heden. Beveelt de oproeping van verdachte tegen de nadere zitting, met verzoek tot kennisgeving van die zitting aan de raadsvrouw mr. M.A.C. van Overmeire-de Vilder. Aldus gewezen door mr. Caminada, voorzitter, mrs. Teekman en Stam, rechters, in tegenwoordigheid van Wolbers, griffier, en uitgesproken ter terechtzitting van de rechtbank voornoemd, op 25 augustus 2009.