Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BJ7075

Datum uitspraak2009-07-23
Datum gepubliceerd2009-09-07
RechtsgebiedBestuursrecht overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Amsterdam
ZaaknummersAWB 09/3129 WRO
Statusgepubliceerd


Indicatie

Wro, tijdelijke ontheffing. Indien binnen het ontheffingsgebied zaken zijn geplaatst waarvoor nog geen vergunning is verleend dan geldt het traject van de handhaving, dit geldt evenzo voor zaken die niet onder de tijdelijke ontheffing vallen. Dat maakt de ontheffing nog niet onrechtmatig. Aannemelijk dat de voorzieningen ten behoeve van de voorbereiding van de bouw van het winkelcentrum in een tijdelijke behoefte voorzien. De tijdelijke behoefte geldt eveneens voor de afsluiting van een weggedeelte aan de Cassinlaan. Dat het weggedeelte na voltooiing van de werkzaamheden niet meer wordt opengesteld, ziet op de wijziging van het bestemmingsplan dat in voorbereiding is.


Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM Sector Bestuursrecht zaaknummer: AWB 09/3129 WRO proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter op 23 juli 2009. Zitting hebben: mr. H.P. Kijlstra, als voorzieningenrechter R.E. Toonen, als griffier, In de zaak tussen [verzoeker], wonende te [woonplaats], verzoeker, en het college van burgermeester en wethouders van de gemeente Diemen, verweerder, gemachtigden [gemachtigde 1] en [gemachtigde 2]. Voorts hebben als belanghebbenden aan het geding deelgenomen: [vergunninghouder] (vergunninghouder), 2. DeltaLoyd Vastgoed Winkels B.V (opdrachtgever), voor beide gemachtigde mr. D.S.P. Fransen. Verschenen zijn: [verzoeker], de gemachtigden van verweerder, de gemachtigde van de belanghebbenden . Aan de zijde van verzoeker zijn nog verschenen [persoon 1] en [persoon 2]. De heren [persoon 3] en [persoon 4] zijn aan de zijde van de belanghebbenden verschenen. Beslissing De voorzieningenrechter: - wijst het verzoek af. Overwegingen De voorzieningenrechter zal geen uitspraak doen in de hoofdzaak (reg.nr. AWB 09/3130 WRO). De voorzieningenrechter heeft daartoe overwogen dat het verzonden verweerschrift de rechtbank niet heeft bereikt en dat een schriftelijke reactie van verzoeker de rechter te laat onder ogen is gekomen en verzoeker er belang aan hecht om zijn standpunt nader van een schriftelijke toelichting te voorzien. Verweerder heeft bij besluit van 9 juni 2009 tijdelijke ontheffing verleend van het bestemmingplan “Diemen Centrum inclusief partiele herziening” voor diverse tijdelijke voorzieningen langs de Rene Cassinlaan ten behoeve van de uitbreiding van het winkelcentrum. Het verzoek tot schorsing van het besluit kan alleen slagen als naar voorlopig oordeel aan de rechtmatigheid van de verleende ontheffing getwijfeld kan worden. Voor zover binnen het ontheffingsgebied zaken zijn geplaatst waarvoor nog geen vergunning is verleend dan geldt het traject van de handhaving, dit geldt evenzo voor zaken die niet onder de tijdelijke ontheffing vallen. Naar voorlopig oordeel acht de rechter het voldoende aannemelijk dat de voorzieningen ten behoeve van de voorbereiding van de bouw van het winkelcentrum in een tijdelijke behoefte voorzien. De tijdelijke behoefte geldt eveneens voor de afsluiting van een weggedeelte aan de Cassinlaan. Dat het weggedeelte na voltooiing van de werkzaamheden niet meer wordt opengesteld, ziet op de wijziging van het bestemmingsplan dat in voorbereiding is. De belangenafweging die verweerder heeft gemaakt tussen de overlast die de bewoners ondervinden en het belang van de vergunninghouder en opdrachtgever acht de rechter vooralsnog niet kennelijk onredelijk. De rechter heeft daarbij in aanmerking genomen de afwegingen zoals neergelegd in de reactienota van verweerder en de tijdelijkheid van de overlast die de ontheffing meebrengt. Bovendien is gebleken dat de vergunninghouder in overleg is geweest met de omwonenden om zoveel als doenlijk de overlast te beperken en heeft toegezegd dit ook in de toekomst te zullen doen. De rechter ziet dan ook -ondanks het gestelde belang- geen aanleiding om het verzoek tot voorlopige voorziening toe te wijzen. Voor vergoeding van het door verzoeker betaalde griffierecht en een veroordeling in de proceskosten ziet de rechter geen aanleiding. Tegen deze uitspraak staan geen rechtmiddelen open. Waarvan proces-verbaal, de griffier de voorzieningenrechter Afschrift verzonden op: DOC: C