Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BJ7085

Datum uitspraak2009-09-08
Datum gepubliceerd2009-09-08
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureHerziening
Instantie naamHoge Raad
Zaaknummers09/00980 H
Statusgepubliceerd


Indicatie

Herziening. De aanvraag zal niet tot herziening kunnen leiden, reeds omdat de beslissing waarvan herziening wordt gevraagd niet een einduitspraak in de zin van art. 457.1 Sv is, maar een beslissing TUL.


Uitspraak

8 september 2009 Strafkamer Nr. 09/00980 H Hoge Raad der Nederlanden Arrest op een aanvrage tot herziening van een in kracht van gewijsde gegane beslissing van de Politierechter in de Rechtbank te Rotterdam van 7 januari 2009, nummer 10/661148-06, ingediend door mr. K.R. Verkaart, advocaat te Rotterdam, namens: [Aanvrager], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1965, domicilie kiezende ten kantore van zijn raadsman. 1. De beslissing waarvan herziening is gevraagd De Politierechter heeft de tenuitvoerlegging gelast van de bij vonnis van de Politierechter in de Rechtbank te Rotterdam van 6 juli 2006 opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf van zes weken. 2. De aanvrage tot herziening De aanvrage tot herziening is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit. 3. Beoordeling van de aanvrage De aanvrage zal niet tot herziening kunnen leiden, reeds omdat de beslissing van 7 januari 2009, een beslissing op de vordering van het openbaar ministerie als bedoeld in art. 14g Sr, betreft en daarom niet is een einduitspraak houdende veroordeling in de zin van art. 457, eerste lid, Sv. De aanvrage kan derhalve niet worden ontvangen (vgl. HR 28 november 2006, LJN AZ4421). 4. Beslissing De Hoge Raad verklaart de aanvrage niet-ontvankelijk. Dit arrest is gewezen door de vice-president F.H. Koster als voorzitter, en de raadsheren B.C. de Savornin Lohman en M.A. Loth, in bijzijn van de waarnemend griffier J.D.M. Hart, en uitgesproken op 8 september 2009.