Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BJ7110

Datum uitspraak2009-09-08
Datum gepubliceerd2009-09-08
RechtsgebiedStraf
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamGerechtshof Leeuwarden
Zaaknummers24-000423-08
Statusgepubliceerd


Indicatie

Vervolging wegens diefstal in vereniging van goederen uit een auto en openlijk geweld, danwel medeplegen van vernieling van andere auto's. Het hof spreekt verdachte vrij omdat slechts kan worden vastgesteld dat verdachte aanwezig was bij het plegen van de feiten door de medeverdachten. Die enkele aanwezigheid is onvoldoende voor veroordeling ter zake van medeplegen (van diefstal en vernieling) en deelname aan openlijk geweld.


Uitspraak

Parketnummer: 24-000423-08 Parketnummer eerste aanleg: 19-622056-07 Arrest van 8 september 2009 van het gerechtshof te Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Assen van 11 februari 2008 in de strafzaak tegen: [verdachte], geboren op [1989] te [geboorteplaats], wonende te [woonplaats], [adres], verschenen in persoon, bijgestaan door zijn raadsman mr. W.M. Bierens, advocaat te Assen. Het vonnis waarvan beroep De politierechter in de rechtbank Assen heeft de verdachte bij het vonnis wegens misdrijven veroordeeld tot een straf en een maatregel en heeft voorts op de vordering van de benadeelde partij beslist, zoals in dat vonnis omschreven. Gebruik van het rechtsmiddel De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen. Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg. De vordering van de advocaat-generaal De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof verdachte zal vrijspreken van het hem ten laste gelegde en de benadeelde partij niet-ontvankelijk zal verklaren in de vordering. De beslissing op het hoger beroep Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen. Tenlastelegging Aan de verdachte is ten laste gelegd, dat: 1: hij op of omstreeks 22 november 2007 te [plaats] tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, in/uit een auto (merk Daihatsu Aplause) geparkeerd staande aan/nabij de [straat], met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een lifehammer, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming; 2: hij op of omstreeks 22 november 2007 te en in de gemeente [gemeente], op of aan, althans zichtbaar vanaf de openbare weg, de [straat], althans op of aan, althans zichtbaar vanaf een openbare weg, openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een of meer auto's, welk geweld bestond uit het slaan met een hard voorwerp op/tegen deze auto's, waarbij hij, verdachte, opzettelijk een of meer van die auto's heeft vernield; althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, terzake dat hij op of omstreeks 22 november 2007 te en in de gemeente [gemeente] tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk en wederrechtelijk een of meer auto's, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt. Vrijspraak Het hof acht niet bewezen hetgeen onder 1 en 2 aan verdachte is ten laste gelegd, zodat hij daarvan moet worden vrijgesproken. Uit de stukken in het dossier blijkt naar het oordeel van het hof niet, althans onvoldoende, van enige mate van samenwerking tussen verdachte en zijn vrienden die de ten laste gelegde feiten daadwerkelijk pleegden. Op grond van de verklaring van verdachte en de stukken in het dossier kan slechts worden vastgesteld dat verdachte zich ten tijde van het plegen van die feiten daar (dicht) in de buurt bevond. Voor een veroordeling wegens het (mede)plegen van diefstal of openlijk geweld, dan wel vernieling is dit onvoldoende. Benadeelde partij [slachtoffer 1] Uit het onderzoek ter terechtzitting van het hof is gebleken, dat de benadeelde partij [slachtoffer 1] zich in het geding in eerste aanleg heeft gevoegd en dat haar vordering ad € 68,-- in eerste aanleg geheel is toegewezen. Derhalve duurt de voeging ter zake van haar gehele vordering tot schadevergoeding in het geding in hoger beroep voort. Gelet op artikel 361, tweede lid, aanhef en onder a van het Wetboek van Strafvordering dient de benadeelde partij, nu verdachte van het hem ten laste gelegde wordt vrijgesproken, in haar vordering niet-ontvankelijk te worden verklaard. De uitspraak HET HOF, RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP: vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende: verklaart het verdachte onder 1 en 2 ten laste gelegde niet bewezen en spreekt hem daarvan vrij; verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in haar vordering. Dit arrest is aldus gewezen door mr. W. Foppen, voorzitter, mr. W.P.M. ter Berg en mr. G.J. Niezink, in tegenwoordigheid van mr. A. Meester als griffier, zijnde mr. Niezink voornoemd buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.