Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BJ7191

Datum uitspraak2009-09-04
Datum gepubliceerd2009-09-09
RechtsgebiedBestuursrecht overig
Soort ProcedureVoorlopige voorziening
Instantie naamRaad van State
Zaaknummers200905678/2/H3
Statusgepubliceerd
SectorVoorzitter


Indicatie

Bij besluit van 11 december 2008 heeft het college van burgemeester en wethouders van Smallingerland (hierna: het college) een aanvraag van de vereniging Honk- en Softbal Vereniging Drachten Diamonds (hierna: Drachten Diamonds) voor een reclamevergunning afgewezen.


Uitspraak

200905678/2/H3. Datum uitspraak: 4 september 2009 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) hangende het hoger beroep van: de vereniging Honk- en Softbal Vereniging Drachten Diamonds, gevestigd te Drachten, verzoekster, tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Leeuwarden van 22 juni 2009 in zaak nrs. 09/926 en 09/927 in het geding tussen: de vereniging Honk- en Softbal Vereniging Drachten Diamonds en het college van burgemeester en wethouders van Smallingerland. 1. Procesverloop Bij besluit van 11 december 2008 heeft het college van burgemeester en wethouders van Smallingerland (hierna: het college) een aanvraag van de vereniging Honk- en Softbal Vereniging Drachten Diamonds (hierna: Drachten Diamonds) voor een reclamevergunning afgewezen. Bij besluit van 3 april 2009 heeft het college het door Drachten Diamonds daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. Bij uitspraak van 22 juni 2009, verzonden op 23 juni 2009, heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Leeuwarden (hierna: de voorzieningenrechter) het door Drachten Diamonds daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak heeft Drachten Diamonds bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 3 augustus 2009, hoger beroep ingesteld. Voorts heeft Drachten Diamonds de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen. De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 27 augustus 2009, waar Drachten Diamonds, vertegenwoordigd door [voorzitter], en het college, vertegenwoordigd door mr. J. Jukema-Teertstra, ambtenaar in dienst van de gemeente, zijn verschenen. 2. Overwegingen 2.1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure. 2.2. Ingevolge artikel 4.4.2, eerste lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening (hierna: de APV) is het verboden zonder vergunning van het college op of aan een onroerende zaak handelsreclame te maken of te voeren met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die vanaf de weg zichtbaar is. Ingevolge het vijfde lid, aanhef en onder a, kan een vergunning bedoeld in het eerste lid worden geweigerd indien de handelsreclame, hetzij op zichzelf, hetzij in verband met de omgeving niet voldoet aan redelijke eisen van welstand. 2.3. De aanvraag heeft betrekking op het aanbrengen van een afbeelding op de achterzijde van een scorebord bij een honkbalveld met onder andere de tekst Yankee Doodle Stadium. De achterzijde van het scorebord is gericht naar de rijksweg A7. Het college heeft de aanvraag afgewezen omdat het aangevraagde niet voldoet aan redelijke eisen van welstand als bedoeld in artikel 4.4.2, vijfde lid, van de APV. Daaraan heeft het adviezen van de welstandscommissie Hûs & Hiem ten grondslag gelegd. 2.4. Drachten Diamonds wenst met het verzoek te bereiken dat in afwachting van de uitkomst van het hoger beroep de afbeelding alvast op de achterzijde van het scorebord mag worden aangebracht. 2.5. Voor het treffen van een voorlopige voorziening met een zo vergaande strekking bestaat naar het oordeel van de voorzitter slechts aanleiding indien op voorhand moet worden aangenomen dat in de bodemprocedure zowel de aangevallen uitspraak als het bij de rechtbank bestreden besluit niet in stand zullen blijven en het niet onwaarschijnlijk is dat college daarna alsnog een positief besluit zal nemen. Daarvoor bestaat geen aanleiding. Daartoe wordt het volgende in aanmerking genomen. 2.6. Over het betoog van Drachten Diamonds, dat de voorzieningenrechter niet heeft onderkend dat de aanvraag geen betrekking heeft op handelsreclame maar op de naamsaanduiding van een sportcomplex en dat de APV gelet daarop niet van toepassing is, zal door de Afdeling in de bodemprocedure een beslissing moeten worden genomen. De voorzitter ziet niet op voorhand grond voor het oordeel dat de aangevallen uitspraak naar aanleiding daarvan niet in stand zal blijven. Daarbij wordt in aanmerking genomen dat de afgewezen aanvraag ziet op het aanbrengen van een afbeelding met de naam en het logo van de restaurantketen Yankee Doodle, deze keten ook een vestiging in Drachten heeft en een financiële vergoeding betaalt voor het aanbrengen van de afbeelding. 2.7. De voorzitter ziet vooralsnog geen grond voor het oordeel dat de voorzieningenrechter ten onrechte heeft overwogen dat het college zich in redelijkheid op de adviezen van de welstandscommissie heeft kunnen baseren. Nu de gebiedsgerichte criteria nog niet zijn uitgewerkt mocht de welstandscommissie terugvallen op de algemene in welstandsnota neergelegde uitgangspunten. Ook ziet de voorzitter vooralsnog geen grond voor het oordeel dat het college zich ter invulling van het criterium redelijke eisen van welstand niet op de notitie buitenreclame 1994 mocht baseren. Evenmin bestaat grond voor het oordeel dat het college in een advies van architect A.J. de Vries van 5 maart 2009 aanleiding had behoren te zien om van de adviezen van de welstandscommissie af te wijken. Daarbij wordt in aanmerking genomen dat het advies van de architect vooral ziet op de locatie van het scorebord en de zichtbaarheid daarvan vanaf het honkbalveld. 2.8. De voorzieningenrechter heeft naar voorlopig oordeel met juistheid overwogen dat artikel 12a van de Woningwet niet van toepassing is omdat het aanbrengen van een afbeelding geen bouwwerk is. 2.9. Het door Drachten Diamonds gedane beroep op het gelijkheidsbeginsel slaagt naar voorlopig oordeel evenmin, reeds omdat die situatie niet op één lijn is te stellen met die van sportcentrum Veneboer. 2.10. Gelet op het voorgaande ziet de voorzitter aanleiding het verzoek af te wijzen. 2.11. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding. 3. Beslissing De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State: wijst het verzoek af. Aldus vastgesteld door mr. J.E.M. Polak, als voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. P.A.M.J. Graat, ambtenaar van Staat. w.g. Polak w.g. Graat Voorzitter ambtenaar van Staat Uitgesproken in het openbaar op 4 september 2009 307.