Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BJ7897

Datum uitspraak2009-09-16
Datum gepubliceerd2009-09-17
RechtsgebiedPersonen-en familierecht
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Utrecht
Zaaknummers273773 / FA RK 09-5372
Statusgepubliceerd


Indicatie

Afwikkeling samenwerkingsovereenkomst (huurrecht, verdeling, kinderalimentatie). Tussenbeschikking: bevoegdheid, welke procedure moet worden gevolgd.


Uitspraak

beschikking RECHTBANK UTRECHT Sector handels- en familierecht zaaknummer / rekestnummer: 273773 / FA RK 09-5372 Afwikkeling samenlevingsovereenkomst Tussenbeschikking van 16 september 2009 in de zaak van [de vrouw], wonende te [woonplaats], hierna te noemen de vrouw, advocaat mr. J. Bredius, tegen [de man], wonende te [woonplaats], hierna te noemen de man. 1. Verloop van de procedure De vrouw heeft bij de sector kanton van deze rechtbank een verzoekschrift ingediend. De sector kanton heeft de zaak bij beschikking van 4 augustus 2009 verwezen naar de sector handels- en familierecht. 2. Beoordeling 2.1. Het verzoek van de vrouw houdt het volgende in: - dat de rechter bepaalt dat de man eraan moet meewerken dat zij medehuurder wordt van de woning [adres], op straffe van een dwangsom, en dat zij het voortgezet gebruik van deze woning zal hebben; - dat de rechter de omvang van de gemeenschappelijke eigendommen vaststelt, waaronder de spaarsaldi, en beveelt dat deze worden verdeeld; - dat de rechter de man veroordeelt aan haar een bijdrage voor de kinderen te betalen van € 500 per kind per maand. 2.2. De mogelijkheid om diverse verzoeken die betrekking hebben op een scheiding in één procedure aan de rechter voor te leggen is gegeven in artikel 827 van het Wetboek van burgerlijke rechtsvordering. Deze bepaling heeft echter alleen betrekking op de situatie van echtscheiding (inclusief scheiding van tafel en bed, ontbinding na scheiding van tafel en bed en ontbinding van een geregistreerd partnerschap). Zij is niet van overeenkomstige toepassing op deze situatie van partners die met elkaar hebben samengeleefd zonder een huwelijk of geregistreerd partnerschap te sluiten. Een samenlevingsovereenkomst is daarmee niet op één lijn te stellen. In beginsel dienen dus de verschillende verzoeken afzonderlijk te worden behandeld en beoordeeld. 2.3. In elk geval voor de verzoeken over het huurrecht is in beginsel de sector kanton bevoegd. Aangezien de sector kanton echter de zaak in zijn geheel verwezen heeft naar de sector handels- en familierecht, zal deze sector ook dat onderdeel in behandeling nemen. Daarmee is echter nog niet de vraag beantwoord welk procesrecht van toepassing is. Voor een verzoek om kinderalimentatie geldt inderdaad de verzoekschriftprocedure, maar in elk geval voor de verdeling dient de dagvaardingsprocedure gevolgd te worden. 2.4. De rechtbank acht het wenselijk dat nu eerst voor alle onderdelen van het verzoek de man de gelegenheid krijgt om verweer te voeren. Bovendien zal de rechtbank partijen in de gelegenheid stellen om zich over het bovenstaande uit te laten. Omdat tenminste voor de verdeling de dagvaardingsprocedure geldt, terwijl dagvaarden meer zekerheid biedt dan de oproeping in een verzoekschriftprocedure, dient het verzoekschrift als geheel betekend te worden. De rechtbank zal de vrouw in de gelegenheid stellen om hiervoor te zorgen. 2.5. De rechtbank heeft verder geconstateerd dat de bescheiden die vereist zijn voor een alimentatieprocedure nog ontbreken. De vrouw zal ook deze nog moeten overleggen. 3. Beslissing De rechtbank bepaalt over het vervolg van deze procedure het volgende: • De vrouw moet het verzoekschrift, met daarbij deze beschikking, aan de man laten betekenen. • Zij moet hem daarbij een verweertermijn stellen van tenminste zes weken. • Zij kan desgewenst eerst haar verzoekschrift aanvullen met een standpunt over het vervolg van de procedure en daarna het aangevulde verzoekschrift laten betekenen. • De betekening moet plaatsvinden binnen twee weken na heden. • Het exploit van betekening moet binnen vier weken na heden worden overgelegd door toezending aan de griffie van het team Familie- en Jeugdrecht van deze rechtbank. • Tegelijk met het exploit moet de vrouw de bescheiden overleggen zoals bedoeld in artikel 2.2 van het Procesreglement Alimentatie. • Na afloop van de verweertermijn, dan wel na ontvangst van een verweerschrift, zal de rechtbank beoordelen hoe de procedure voor de verschillende verzoeken verder zal worden voortgezet. • Iedere verdere beslissing wordt aangehouden. Deze beschikking is gegeven door mr. E.A.A. van Kalveen, (kinder)rechter, in aanwezigheid van mr. N.I. Ganzevoort, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 16 september 2009.?