
Jurisprudentie
BJ7965
Datum uitspraak2009-08-27
Datum gepubliceerd2009-09-21
RechtsgebiedSociale zekerheid
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamCentrale Raad van Beroep
Zaaknummers08/2328 WAO
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2009-09-21
RechtsgebiedSociale zekerheid
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamCentrale Raad van Beroep
Zaaknummers08/2328 WAO
Statusgepubliceerd
Indicatie
Ongewijzigde voortzetting WAO-uitkering. De Raad stelt vast dat het Uwv het in het bestreden besluit vervatte standpunt niet langer handhaaft. Vernietiging uitspraak. Vernietiging besluit.
Uitspraak
08/2328 WAO
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
U I T S P R A A K
op het hoger beroep van:
[Appellant], wonende te [woonplaats] (hierna: appellant),
tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 17 maart 2008, 07/644 (hierna: aangevallen uitspraak),
in het geding tussen:
appellant
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, (hierna: Uwv).
Datum uitspraak: 27 augustus 2009
I. PROCESVERLOOP
Appellant heeft hoger beroep ingesteld.
Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend en desgevraagd stukken overgelegd.
Bij faxbericht van 15 juli 2009 heeft het Uwv de Raad een nieuw besluit van gelijke datum doen toekomen.
Het geding is ter behandeling aan de orde gesteld ter zitting van 16 juli 2009, waar partijen - het Uwv met kennisgeving - niet zijn verschenen.
II. OVERWEGINGEN
1.1. Bij besluit van 28 april 2006 heeft het Uwv de aan appellant toegekende uitkering krachtens de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), welke werd berekend naar een mate van 80 tot 100%, per 3 november 2006 herzien naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 35 tot 45%.
1.2. Bij besluit op bezwaar van 3 januari 2007 (hierna: bestreden besluit) heeft het Uwv het bezwaar van appellant tegen het besluit van 28 april 2006 ongegrond verklaard.
2. Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep van appellant tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard.
3.1. Bij de in rubriek I van deze uitspraak vermelde gewijzigde beslissing op bezwaar van 15 juli 2009 heeft het Uwv het bezwaar van appellant tegen het besluit van 28 april 2006 alsnog gegrond geacht. Besloten is dat de uitkering van appellant met ingang van 3 november 2006 onveranderd gebaseerd blijft op een mate van arbeidsongeschiktheid van 80 tot 100%.
3.2. De Raad stelt vast dat het Uwv het in het bestreden besluit vervatte standpunt niet langer handhaaft. Dit heeft tot gevolg dat het bestreden besluit, evenals de aangevallen uitspraak waarbij dit besluit in stand is gelaten, geen stand kan houden. De aangevallen uitspraak zal worden vernietigd evenals het bestreden besluit.
4. De Raad acht geen termen aanwezig om toepassing te geven aan artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht.
III. BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep;
Recht doende:
Vernietigt de aangevallen uitspraak;
Verklaart het beroep gegrond;
Vernietigt het bestreden besluit;
Bepaalt dat het Uwv aan appellant het betaalde griffierecht van € 144,-- vergoedt.
Deze uitspraak is gedaan door T.L. de Vries als voorzitter en H.J. de Mooij en F.A.M. Stroink als leden, in tegenwoordigheid van W. Altenaar als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 27 augustus 2009
(get.) T.L. de Vries.
(get.) W. Altenaar.
IA