
Archiefwet 1995
Artikel 1 
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:  
a
 Onze minister: Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;  
b
 overheidsorgaan:  
1
 een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, of  
2
 een ander persoon of college met enig openbaar gezag bekleed;  
c
 archiefbescheiden:  
1
 bescheiden, ongeacht hun vorm, door de overheidsorganen ontvangen of opgemaakt en naar hun aard bestemd daaronder te berusten;  
2
 bescheiden, ongeacht hun vorm, met overeenkomstige bestemming, ontvangen of opgemaakt door instellingen of personen, wier rechten of functies op enig overheidsorgaan zijn overgegaan;  
3
 bescheiden, ongeacht hun vorm, welke ingevolge overeenkomsten met of beschikkingen van instellingen of personen dan wel uit anderen hoofde in een archiefbewaarplaats zijn opgenomen om daar te berusten;  
4
 reprodukties, ongeacht hun vorm, welke bij of krachtens de wet in de plaats zijn gesteld van de onder 1°, 2° of 3° bedoelde archiefbescheiden of welke op grond van het bepaalde in artikel 7 zijn vervaardigd;  
d
 zorgdrager: degene die bij of krachtens de wet belast is met de zorg voor de archiefbescheiden;  
e
 archiefruimte: een ruimte, bestemd of aangewezen voor de bewaring van archiefbescheiden in afwachting van hun overbrenging ingevolge artikel 12, eerste lid of 13, eerste lid;  
f
 archiefbewaarplaats: een bij of krachtens deze wet voor de blijvende bewaring van archiefbescheiden aangewezen bewaarplaats.  
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
 - Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
 

