Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Burgerlijk Wetboek Boek 1

 

Artikel 386
1
Op het bewind van de curator zijn de omtrent het bewind van de voogd gegeven voorschriften van overeenkomstige toepassing. Tenzij de beloning bij het uitspreken van de curatele anders is geregeld, komt de curator - de ouder-curator daaronder begrepen - als beloning toe vijf ten honderd van de netto-opbrengst der door hem beheerde goederen. Op grond van bijzondere omstandigheden kan de kantonrechter, hetzij ambtshalve, hetzij op verzoek van de curator of van de onder curatele gestelde, voor bepaalde of onbepaalde tijd de beloning anders regelen dan bij het uitspreken van de curatele of door de wet is aangegeven.
2
De inkomsten van hem die uit hoofde van een geestelijke stoornis onder curatele is gesteld, moeten in de eerste plaats worden besteed voor een voldoende verzorging van de betrokkene.
3
Voor de toepassing van de artikelen 365 tot en met 367 treedt de officier van justitie in de plaats van de raad voor de kinderbescherming en het ontslag bedoeld in artikel 385, lid 1 onder d in de plaats van de ontzetting van de voogd op grond van artikel 327 lid 1 onder b. Mededelingen en zendingen als bedoeld in artikel 371a, geschieden alleen dan indien artikel 12, vierde lid, op de desbetreffende curatele niet van toepassing is.
4
Indien een gehuwde of een geregistreerde partner onder curatele wordt gesteld, en tussen de echtgenoten of de geregistreerde partners het bestuur over hun goederen en de goederen der gemeenschap anders is verdeeld dan volgens de regels van de wet en van huwelijkse voorwaarden, bepaalt de rechter bij het uitspreken van de curatele, of en in hoeverre die verdeling ook voor de curator zal gelden.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •