
Flora- en faunawet
Artikel 12a
1
Onverminderd artikel 9 is het verboden zonder vergunning van Onze Minister van een Nederlands schip uit walvissen te vangen of te doden dan wel aan boord van een zodanig schip walvissen te verwerken.
2
Aan een vergunning als bedoeld in het eerste lid worden voorschriften verbonden ter bescherming van de walvisstand dan wel ter bevordering van het wetenschappelijk onderzoek met betrekking tot walvissen.
3
Bij de voorschriften, bedoeld in het tweede lid, wordt verboden:
a
walvissen van bepaalde soorten, walvissen die een bepaalde lengte niet hebben bereikt en vrouwelijke walvissen die vergezeld worden door jonge walvissen, te vangen of te doden;
b
walvissen in bepaalde zeegebieden te vangen, te doden of te verwerken;
c
gedode walvissen niet, niet tijdig of niet volledig te verwerken.
4
De voorschriften, bedoeld in het derde lid, kunnen voorts onder meer regels inhouden omtrent het vangen, doden of verwerken van walvissen in bepaalde tijdvakken, omtrent het tijdstip, waarop de walvisvangst ieder seizoen moet worden gestaakt, omtrent de wijze van beloning van de harpoeniers en de bemanningen van de vaartuigen waarmee de walvisvangst wordt uitgeoefend, dan wel omtrent de door de vergunningplichtige met betrekking tot de walvisvangst te verstrekken gegevens.
5
Onze Minister kan aan de vergunning verbonden voorschriften wijzigen of intrekken dan wel aan die voorschriften nieuwe toevoegen.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.