Instellingswet Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming
Artikel 4
1
De Raad heeft een voorzitter en ten hoogste zestig overige leden. De Raad kan uit de overige leden ondervoorzitters aanwijzen.
2
De voorzitter en de overige leden worden, de Raad gehoord, op voordracht van Onze Minister bij koninklijk besluit benoemd.
3
De benoeming geschiedt voor een periode van ten hoogste zes jaren. Herbenoeming kan eenmaal en voor ten hoogste zes jaren plaatsvinden.
4
Onze Minister draagt zorg voor openbaarmaking van een vacature in de Raad.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.