
Mediawet
Artikel 109 
1
 De instellingen die zendtijd hebben verkregen voor landelijke omroep - met uitzondering van de overheid - en de Wereldomroep leggen financiële rekening en verantwoording af aan het Commissariaat voor de Media ten behoeve van de rechtmatigheidstoetsing van de uitgaven. Zij doen daartoe jaarlijks voor 1 mei hun jaarrekening toekomen aan het Commissariaat. Het boekjaar is gelijk aan een kalenderjaar.  
2
 De instellingen die zendtijd hebben verkregen voor landelijke omroep - met uitzondering van de overheid - doen jaarlijks voor 1 mei een afschrift van hun jaarrekening over het voorafgaande boekjaar toekomen aan de raad van bestuur. De raad van bestuur zendt voor 1 juni zijn opmerkingen met betrekking tot de jaarrekeningen aan het Commissariaat.  
3
  Titel 9 van het Tweede Boek van het Burgerlijk Wetboek is van toepassing op de instellingen, bedoeld in het eerste lid, met dien verstande dat zij de winst- en verliesrekening vervangen door een exploitatierekening; op deze rekening zijn de bepalingen omtrent de winst- en verliesrekening zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing. Bepalingen omtrent winst en verlies zijn zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing op het exploitatiesaldo.  
4
  De jaarrekening bevat tevens de gegevens, bedoeld in artikel 99, zesde lid.  
5
  Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld omtrent de inrichting van de jaarrekening.  
6
 Het Commissariaat brengt als onderdeel van het financieel verslag, bedoeld in artikel 12, tweede lid, verslag uit over de rechtmatigheidstoetsing, bedoeld in het eerste lid. 
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.

