Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden
Artikel 53 Parallelle toelating
1
Het college besluit tot toelating van een biocide die:
a
in een andere Staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte is toegelaten,
b
wordt ingevoerd vanuit een andere Staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte waar het middel is toegelaten,
c
niet wezenlijk verschilt van een reeds in Nederland toegelaten biocide, en
d
afkomstig is van de onderneming die de in onderdeel c, bedoelde biocide vervaardigt, een daarmee gelieerde onderneming, een onderneming die onder licentie de biocide vervaardigt of een onderneming die beschikt over de verklaringen van toegang, bedoeld in artikel 45, tweede lid, onderdelen a en b.
2
De artikelen 45, tweede en vierde lid, alsmede 46 tot en met 50 zijn niet van toepassing op een aanvraag als bedoeld in het eerste lid.
3
Alle besluiten inzake toelating van de in het eerste lid, onderdeel c, bedoelde reeds in Nederland toegelaten biocide gelden eveneens voor de biocide die op grond van dit artikel wordt toegelaten.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.