Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag
Artikel 18d
1
Indien een daartoe aangewezen ambtenaar als bedoeld in artikel 18a vaststelt dat een beboetbaar feit is begaan, maakt hij daarvan een rapport op.
2
Het rapport is gedagtekend en vermeldt in ieder geval:
a
de naam van degene die het beboetbare feit heeft begaan;
b
de aard van het beboetbare feit onder vermelding van het wettelijke voorschrift dat niet is nageleefd;
c
de bij het beboetbare feit betrokken persoon of personen;
d
de natuurlijke of rechtspersoon op wie de verplichting rust tot naleving van het beboetbare wettelijke voorschrift.
3
Indien een ambtenaar als bedoeld in het eerste lid jegens de bij het beboetbare feit betrokken persoon een handeling verricht waaraan deze in redelijkheid de gevolgtrekking kan verbinden dat jegens hem wegens het begaan van een beboetbaar feit een rapport als bedoeld in het eerste lid zal worden opgemaakt, is die persoon niet langer verplicht terzake enige verklaring af te leggen. De in de eerste zin bedoelde persoon wordt hiervan in kennis gesteld alvorens hem mondeling om informatie wordt gevraagd.
4
Het rapport wordt toegezonden aan de op grond van artikel 18e, eerste lid, aangewezen ambtenaar.
5
Gelijktijdig met de toezending, bedoeld in het vierde lid, wordt het rapport in afschrift toegezonden of uitgereikt aan de persoon of personen, bedoeld in het tweede lid, onderdeel d.
6
Op verzoek van de in het vijfde lid, eerste zin, bedoelde persoon die het rapport wegens zijn gebrekkige kennis van de Nederlandse taal onvoldoende begrijpt, zorgt de ambtenaar, bedoeld in het eerste lid, er zoveel mogelijk voor dat de in het rapport vermelde informatie aan hem wordt medegedeeld in een voor hem begrijpelijke taal.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.