Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme
Artikel 1
1
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
a
instelling:
1
kredietinstelling als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht die ingevolge artikel 107, tweede lid, onderdeel a, onder 1° tot en met 4° van die wet geregistreerd is;
2
financiële instelling als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht;
3
onderneming, niet zijnde een kredietinstelling of financiële instelling, die werkzaamheden verricht die zijn opgenomen onder punt 14 van Bijlage I van richtlijn nr. 2006/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 14 juni 2006 betreffende de toegang tot en de uitoefening van de werkzaamheden van kredietinstellingen (herschikking) (PbEU L 177);
4
geldtransactiekantoor als bedoeld in artikel 1 van de Wet inzake de geldtransactiekantoren, voor zover dit kantoor geldtransacties verricht als bedoeld in artikel 1, onderdeel c, onder 1°, 3° en 4° van de Wet inzake de geldtransactiekantoren;
5
levensverzekeraar als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht met uitzondering van een levensverzekeraar die uitsluitend het bedrijf van natura-uitvaartverzekeraar als bedoeld in dat artikel uitoefent;
6
beleggingsonderneming als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht;
7
beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht;
8
financiële dienstverlener als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht voor zover deze bemiddelt in levensverzekeringen;
9
bijkantoor in Nederland van een financiële onderneming als bedoeld onder 1° tot en met 8° met zetel buiten Nederland;
10
trustkantoor als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet toezicht trustkantoren;
11
externe registeraccountant, externe accountant-administratieconsulent of belastingadviseur, voor zover deze zijn beroepsactiviteiten uitoefent dan wel een natuurlijke persoon, rechtspersoon of vennootschap, voor zover die anderszins zelfstandig onafhankelijk beroeps- of bedrijfsmatig daarmee vergelijkbare activiteiten verricht;
12
natuurlijke persoon, rechtspersoon of vennootschap die als advocaat, notaris, of kandidaat-notaris of in de uitoefening van een gelijksoortig juridisch beroep of bedrijf zelfstandig onafhankelijk beroeps- of bedrijfsmatig advies geeft of bijstand verleent bij:
a
het aan- of verkopen van onroerende zaken;
b
het beheren van geld, effecten, munten, muntbiljetten, edele metalen, edelstenen of andere waarden;
c
het oprichten of beheren van vennootschappen, rechtspersonen of soortgelijke lichamen als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel b, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen;
d
het aan- of verkopen dan wel overnemen van ondernemingen;
e
werkzaamheden op fiscaal gebied die vergelijkbaar zijn met de werkzaamheden van de onder 11° beschreven beroepsgroepen;
13
natuurlijke persoon, rechtspersoon of vennootschap die als advocaat, notaris of kandidaat-notaris dan wel in de uitoefening van een gelijksoortig juridisch beroep optreedt in naam en voor rekening van een cliënt bij enigerlei financiële transactie of onroerende zaaktransactie;
14
tussenpersoon als bedoeld in artikel 62 van het Wetboek van Koophandel, voor zover deze bemiddelt bij het tot stand brengen en het sluiten van overeenkomsten inzake onroerende zaken en rechten waaraan onroerende zaken zijn onderworpen;
15
beroeps- of bedrijfsmatig handelende verkoper van goederen, voor zover betaling van deze goederen in contanten plaatsvindt voor een bedrag van 15 000 of meer, ongeacht of de transactie plaatsvindt in een handeling of door middel van meer handelingen waartussen een verband bestaat;
16
natuurlijke persoon, rechtspersoon of vennootschap die beroeps- of bedrijfsmatig een speelcasino in de zin van artikel 27g, tweede lid, van de Wet op de kansspelen organiseert;
17
onderneming die creditcards uitgeeft, tenzij de door haar uitgegeven creditcards uitsluitend kunnen worden gebruikt bij haarzelf of bij een onderneming die deel uitmaakt van dezelfde groep;
18
natuurlijke persoon of rechtspersoon die behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen categorie beroepen of bedrijven;
b
cliënt: natuurlijke persoon of rechtspersoon met wie een zakelijke relatie wordt aangegaan of die een transactie laat uitvoeren;
c
identificeren: opgave van de identiteit laten doen;
d
verifiëren van de identiteit: vaststellen dat de opgegeven identiteit overeenkomt met de werkelijke identiteit;
e
politiek prominente persoon: een persoon als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Uitvoeringsrichtlijn, tenzij deze de in dat lid bedoelde functie ten minste gedurende één jaar niet meer heeft uitgeoefend, diens directe familieleden en naaste geassocieerden in de zin van artikel 2, tweede en derde lid, van de Uitvoeringsrichtlijn;
f
uiteindelijk belanghebbende:
1
natuurlijke persoon die een belang houdt van meer dan 25 procent van het kapitaalbelang of meer dan 25 procent van de stemrechten van de aandeelhoudersvergadering kan uitoefenen van een rechtspersoon anders dan een stichting, dan wel op andere wijze feitelijk zeggenschap kan uitoefenen in deze rechtspersoon, tenzij deze rechtspersoon een vennootschap is die is onderworpen aan openbaarmakingsvereisten als bedoeld in richtlijn nr. 2004/109 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 15 december 2004 betreffende de transparantievereisten die gelden voor informatie over uitgevende instellingen waarvan effecten tot de handel op een gereglementeerde markt zijn toegelaten en tot wijziging van Richtlijn 2001/34/EG (PbEU L 390) of aan voorschriften van een internationale organisatie die gelijkwaardig zijn aan die richtlijn;
2
begunstigde van 25 procent of meer van het vermogen van een stichting of een trust als bedoeld in het Verdrag inzake het recht dat toepasselijk is op trusts en inzake de erkenning van trusts (Trb. 1985, 141) of degene die bijzondere zeggenschap heeft over 25 procent of meer van het vermogen van een stichting of een trust;
g
zakelijke relatie: zakelijke, professionele, of commerciële relatie tussen een instelling en een natuurlijke persoon of een rechtspersoon, die verband houdt met de professionele activiteiten van die instelling en waarvan op het tijdstip dat het contact wordt gelegd, wordt aangenomen dat deze enige tijd zal duren;
h
transitrekening: door een bank aangehouden bankrekening in een staat die geen lidstaat is en die door een cliënt van de bank die niet in die staat is gevestigd gedebiteerd of gecrediteerd kan worden zonder tussenkomst van de bank;
i
financieren van terrorisme:
1
opzettelijk verwerven of voorhanden hebben van voorwerpen met geldswaarde, bestemd tot het begaan van een misdrijf als bedoeld in artikel 83 van het Wetboek van Strafrecht;
2
opzettelijk verschaffen van middelen met geldswaarde tot het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 83 van het Wetboek van Strafrecht; of
3
het verlenen van geldelijke steun, alsmede het opzettelijk werven van geld ten behoeve van een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven als bedoeld in artikel 83 van het Wetboek van Strafrecht;
j
shellbank: bank of een onderneming die zich met vergelijkbare activiteiten bezig houdt, opgericht in een staat waar zij geen fysieke aanwezigheid heeft en die geen onderdeel uitmaakt van een onder toezicht staand financieel conglomeraat in de zin van de Wet op het financieel toezicht of een daarmee vergelijkbare groep;
k
lidstaat: staat die lid is van de Europese Unie alsmede een staat, niet zijnde een lidstaat van de Europese Unie, die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte;
l
correspondentbankrelatie: vaste relatie tussen banken in verschillende landen voor de afwikkeling van transacties of de uitvoering van opdrachten;
m
transactie: handeling of samenstel van handelingen van of ten behoeve van een cliënt in verband met het afnemen of het verlenen van diensten;
n
ongebruikelijke transactie: transactie die ingevolge artikel 15 als zodanig is aangemerkt;
o
melding: melding als bedoeld in artikel 16;
p
Uitvoeringsrichtlijn: Richtlijn nr. 2006/70/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 1 augustus 2006 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen van Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de definitie van politiek prominente personen en wat betreft de technische criteria voor vereenvoudigde cliëntenonderzoeksprocedures en voor vrijstellingen op grond van occasionele of zeer beperkte financiële activiteiten (PbEU L 214);
q
meldpunt: het Meldpunt ongebruikelijke transacties, bedoeld in artikel 12, eerste lid;
r
bank: een bank als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht.
2
Deze wet is niet van toepassing op belastingadviseurs als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, onder 11°, en de personen, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, onder 12° en 13°, voor zover zij voor een cliënt werkzaamheden verrichten betreffende de bepaling van diens rechtspositie, diens vertegenwoordiging en verdediging in rechte, het geven van advies voor, tijdens en na een rechtsgeding of het geven van advies over het instellen of vermijden van een rechtsgeding.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.