Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wetboek van Strafvordering

 

Artikel 117
1
De inbeslaggenomen voorwerpen worden niet vervreemd, vernietigd, prijsgegeven of tot een ander doel dan het onderzoek bestemd, tenzij na verkregen machtiging.
2
De in het eerste lid bedoelde machtiging kan door het openbaar ministerie worden verleend ten aanzien van voorwerpen
a
die niet geschikt zijn voor opslag;
b
waarvan de kosten van de bewaring niet in een redelijke verhouding staan tot hun waarde;
c
die vervangbaar zijn en waarvan de tegenwaarde op eenvoudige wijze kan worden bepaald.
Ten aanzien van inbeslaggenomen voorwerpen die van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of het algemeen belang, wordt slechts machtiging tot vernietiging verleend.
3
De in het eerste lid bedoelde machtiging is gericht tot de bewaarder of aan de ambtenaar die de voorwerpen in afwachting van hun vervoer naar de bewaarder onder zich heeft. Degene aan wie de machtiging is gericht, draagt zorg voor de bepaling van de waarde die het voorwerp op dat moment bij verkoop redelijkerwijs zou hebben opgebracht.
4
Indien inbeslaggenomen voorwerpen op grond van de machtiging van het openbaar ministerie tegen baat worden vervreemd, blijft het beslag, onverminderd het bepaalde in artikel 116, rusten op de verkregen opbrengst.
5
Indien het openbaar ministerie op het schriftelijk verzoek van de bewaarder hem de machtiging te verlenen als bedoeld in het eerste lid, niet binnen zes weken een beslissing heeft genomen, is de bewaarder bevoegd te handelen overeenkomstig het eerste lid.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • LJN AV6869, Eerste aanleg - enkelvoudig, 18/053047-04
    Rechtsoort
    Straf
    Datum uitspraak
    27-03-2006
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Eerste aanleg - enkelvoudig
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Rechtbank Groningen
    Onthouden van de nodige verzorging van dieren. Conclusies van dierenartsen, dat de dieren in deerniswekkende toestand verkeerden, voldoende onderbouwd en bruikbaar voor bewijs.
  • LJN BB6689, Eerste aanleg - meervoudig, 03/703312-06
    Rechtsoort
    Straf
    Datum uitspraak
    31-10-2007
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Eerste aanleg - meervoudig
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Rechtbank Maastricht
    De rechtbank acht bewezen dat verdachte het slachtoffer opzettelijk met een mes in diens bovenlichaam heeft gestoken (althans gesneden of geprikt), terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid. Beroep op noodweer wordt aanvaard. Uit het dossier en het verhandelde ter terechtzitting...
  •