
Wijzigingswet Rijkswet bepalingen ten aanzien van octrooigemachtigden in de Rijksoctrooiwet enz.
Artikel VI
1
Een examen of een proeve van bekwaamheid, met goed gevolg afgelegd voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, waarbij de examencommissie voldoet aan artikel 23c, derde lid, van de Rijksoctrooiwet 1995 en het examen of de proeve van bekwaamheid voldoet aan de eisen die worden gesteld krachtens artikel 23c, zesde lid, van de Rijksoctrooiwet 1995, wordt gelijk gesteld met het examen of de proeve van bekwaamheid, bedoeld in artikel 23a, tweede lid, van de Rijksoctrooiwet 1995.
2
Tot 1 januari van het derde jaar na het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet wordt een gedeelte van een examen of een proeve van bekwaamheid, met goed gevolg afgelegd voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, gelijk gesteld met een gedeelte van een examen of een proeve van bekwaamheid als bedoeld in artikel 23a, tweede lid van de Rijksoctrooiwet 1995, indien de examencommissie en het gedeelte van het examen of de proeve van bekwaamheid voldoen aan de op dat tijdstip geldende eisen, dan wel de examencommissie voldoet aan artikel 23c, vierde lid, van de Rijksoctrooiwet 1995 en het gedeelte van het examen of de proeve van bekwaamheid voldoet aan de eisen die worden gesteld krachtens artikel 23c, zesde lid, van de Rijksoctrooiwet 1995.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.