Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Schepenwet

 

Artikel 4
1
De kapitein is verplicht, alvorens met zijn schip eene reis te ondernemen, te zorgen dat:
a
het schip volkomen zeewaardig is en alle daarvoor in aanmerking komende openingen binnen en buiten boord afdoende zijn gesloten;
b
aan boord de noodige redding- en veiligheidsmiddelen, alsmede heel- en verbandmiddelen en eene desbetreffende handleiding, aanwezig zijn, in verband met den dienst, waarin het schip wordt gebruikt, den aard en den duur der voorgenomen reis en het aantal opvarenden en de noodige aanwijzingen betrekkelijk een doelmatig gebruik van de reddingmiddelen zijn aangebracht;
c
aan boord de noodige zeekaarten, zeilaanwijzingen en instrumenten aanwezig zijn en deze behoorlijk zijn bijgehouden of op tijd zijn nagezien en gesteld;
d
alle hulpmiddelen, noodig om te kunnen voldoen aan de bepalingen ter voorkoming van aanvaringen, aan boord zijn en in deugdelijken staat verkeeren, de lantaarns in overeenstemming met deze bepalingen kunnen worden geplaatst, en in het algemeen de uitrusting van het schip aan de eischen van zeewaardigheid en veiligheid voldoet;
e
de lensinrichting in orde en van voldoende capaciteit is;
f
de aanwezige electrische inrichtingen voldoen aan de vastgestelde voorschriften;
g
de radioinstallaties bedrijfsklaar zijn;
h
de belading, de stuwage en het ballasten van het schip aan de eischen van zeewaardigheid en veiligheid voldoen;
i
het schip zodanig is geladen, dat het geen geringer vrijboord heeft dan blijkens de afgegeven certificaten is toegestaan;
k
het schip behoorlijk bemand is met voor zijne taak berekend personeel, dat lichamelijk geschikt is voor de hem opgedragen werkzaamheden, een en ander in verband met de veiligheid van het schip;
l
de voorgeschreven stabiliteitsgegevens aan boord zijn;
m
de met betrekking tot oorlog of oorlogsgevaar gegeven voorschriften in acht zijn genomen;
n
de met betrekking tot het vervoer van lading gegeven voorschriften in acht zijn genomen.
o
*
indien het schip een passagiersschip is
*
niet meer passagiers zijn ingescheept dan blijkens het de afgegeven certificaten geoorloofd is, de alarmrol bekend is gemaakt, de voorgeschreven appèls zijn gehouden en op duidelijke wijze de nodige aanwijzingen zijn aangebracht betreffende de plaatsen, waar de reddingmiddelen zijn opgeborgen of geplaatst, hoe deze plaatsen zijn te bereiken en hoe de reddingmiddelen moeten worden gebruikt.
2
Bij of krachtens algemene maatregel van rijksbestuur wordt vastgesteld aan welke eisen ter voldoening aan het bepaalde in het eerste lid moet worden voldaan.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •